Hoofdstuk 29

622 45 3
                                    

De terugweg is erg stil, zelfs wanneer Lucas me eruit laat zodat ik weer via het bos naar huis kan, zeggen we niets. "Ik zie je thuis." Verbreekt Lucas de stilte terwijl ik de autodeur dichtdoe. Lucas rijd weg. "Het is jouw huis niet." Brom ik tegen de wegrijdende auto. Ik draai me om en ren het bos in, niet veel later ben ik aangekomen bij de metershoge muur. Zonder al te veel moeite klim ik erover heen en land ik soepel aan de andere kant. Ik vervolg mijn weg en kom al gauw thuis aan. Lucas auto staat er al en hij houdt de deur voor me open. Ik brom een bedankje en loop regelrecht naar de woonkamer. Lucas komt me achterna. "Waarom doe je nu zo afstandelijk?" Vraagt hij terwijl hij me bij probeert te benen. Ik negeer hem en stap de woonkamer binnen.

Daar loop ik tegen Johnny op. "Stor!" Roep ik geïrriteerd uit. Johnny kijkt mij verbaast aan. "Je spreekt Zweeds!" Zegt hij verbaast. Ik kijk hem met toegenepen ogen aan. "Stanna hos Jamie bort." Zeg ik dreigend. "En waarom zou ik bij haar uit de buurt moeten blijven?" Zegt Johnny lacherig. Jamie, die op de bank zat, komt nu naast hem staan. "Wat doe je achterlijk? Bemoei je met je eigen zaken!" Snauwt ze me toe. Ik negeer haar, ik negeer Lucas en richt me op Johnny. "Jag vet varför du är här. Om du inte försvinner ... Jag berätta för henne. Dessutom har jag se till att du aldrig gå igen." Bedreig ik hem door te zeggen dat als hij niet weggaat, ik zijn verleden vertel aan Jamie en ik hem in elkaar ga slaan. Om mijn punt duidelijk te maken, pak ik zijn duim en draai hem uit de kom. Johnny kreunt van de pijn en trekt snel zijn hand terug. Ik pak zijn schouder en trek zijn hoofd hardhandig naar mij toe. "Jij bent een triest mannetje, jij stalkt je exen. Jij kan beter vertrekken voordat ik je echt zeer ga doen." Ik duw hem weer bij me weg en loop, zonder hem nog een blik waardig te geven, naar de keuken. Jamie komt achter me aan. "Wat is jouw probleem?" Gilt ze hysterisch. Ik kijk haar doods aan. "Ik zag hem zoenen met een ander." Lieg ik soepel. Jamie's gezicht verstrakt en ze draait zich om naar Johnny, ze haalt uit en slaat vol in zijn gezicht. "Ophoepelen!" Schreeuwt ze buiten zinnen. Johnny gaat er als een haas vandoor. Huilend rent Jamie naar boven, naar de kamer van Maya.

"Was dat nodig?" Vraagt Lucas. Ik kijk hem stuurs aan. "Ja." Zeg ik kort en koud. Ik open de koelkast, maar Lucas slaat hem kwaad weer dicht. "Dat was niet nodig, niet op die manier! Nu is Jamie helemaal overstuur." Ik haal mijn schouders op. "Jesusmina! Doe fucking normaal alsjeblieft en antwoord gewoon." Roept Lucas boos. Ik kijk hem vernietigend aan. Voor een paar seconden staren we elkaar zwijgend aan, tot Lucas het oogcontact verbreekt. "Bitch." Mompelt hij kwaad en gaat aan de eettafel zitten. "Ik dacht dat je geen emoties had?" Pest Lucas mij. "Dat je altijd een poker-face op heb. Zal ik je eens wat zeggen? Die emoties, die heb je wel. Daarom reageer je zo, daarom doe je zo lullig tegen Johnny in het bijzijn van Jamie. Je hebt misschien die poker-face, maar je hebt duidelijk emoties en daar handel je ook na." Na zijn zegje is het stil. Ik denk na over wat hij net zei. Deed ik echt zo lullig tegen Johnny omdat ik chagrijnig ben om wie de stalker is? Het antwoord is ja. Fuck! Scheld ik in mezelf. Hoe heb ik het zo ver laten komen? Het is heel duidelijk: van emoties word je zwak, vrienden leiden je af en medelijden is voor verliezers. Een winnaar is sterk, slim, onverschrokken, sluw, vecht gemeen en heeft geen zwakke plekken.

Ik ga tegenover Lucas zitten. "Je hebt gelijk." Zeg ik zacht. "Ik handel vanuit mijn emotie. Daardoor ben ik zwak." Lucas schud zijn hoofd. "Nee, daardoor ben je mens. Je wilt graag een perfecte vechtmachine zijn, maar dat kan niet. Je bent een mens van vlees en bloed, met emoties en behoefte aan vrienden. Je bent geen perfecte vechtmachine, maar je bent wel een goede vriendin." Zegt hij rustig, zodat ik elk woord duidelijk versta. Als nu iemand ander op mijn plek had gezeten, was die gaan huilen. Zeker weten. Maar omdat ik mezelf ben, onderdruk ik het blije gevoel en de opkomende tranen. "Jij bent een perfecte vriend." Mompel ik zacht en kijk voorzichtig in zijn ogen. Lucas schenkt me een halve glimlach en zijn ogen staan warm. "We moeten het de rest vertellen." Verandert Lucas plots het onderwerp. Ik kijk hem verward aan. "We moeten vertellen dat ze heel voorzichtig moeten zijn omdat er een stalker is die uit is op bloed." Zegt hij doodserieus. "Wat?" Ik snap er nog steeds niets van. "Allison, Quinta, Jamie en Maya. We moeten het hun vertellen. Oh! En we moeten naar de politie." Ik schud mijn hoofd. "Geen sprake van." Antwoord ik. "Wat?" Zegt Lucas op zijn beurt verwart. "We gaan niet naar de politie en we gaan de rest niets vertellen." Beslis ik. "Wacht!  Waarom niet? We moeten naar de politie, die kunnen wat doen!" Roept hij verward. "Nee, die kunnen niets. De politie is waardeloos." Zeg ik, mijn ontvoerders napraten. "We moeten naar de politie!" Roept Lucas harder. "De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos." Zeg ik alsof ik in trans ben. Na een paar zinnen ben ik overgegaan in de niet-bestaande taal die ik met de ontvoerders sprak tijdens mijn gevangenschap. "De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos." Blijf ik in de onbegrijpelijke taal zeggen. "Jennifer?" Vraagt Lucas angstig. "Jennifer, wat betekend dat?" Ik reageer er niet op en blijf mijn zin herhalen. "What the hell?" Mompelt Lucas met grote angstogen. "Jen?" Probeert hij nogmaals, weer geen reactie. Lucas wilt mijn arm pakken, maar ik ben sneller. Binnen 1 seconde ligt Lucas met zijn borst op de tafel en ik heb zijn arm in een houdgreep terwijl ik naast mijn stoel sta. "Raak me niet aan." Sis ik. "Sorry." Piept Lucas. Ik laat zijn arm los en hij gaat weer recht staan. "Wat de fuck was dat?" Roept hij me toe. Mijn gedachten gaan uit naar mijn ontvoering.

Ik zit vastgebonden aan de stoel, met die enge dingen tegen mijn schouders. Elke keer wanneer ik emotie toon, kreeg ik schokken. Ik zit hier nu al 2 maanden opgesloten, elke ochtend wordt ik hierheen gebracht en elke avond halen ze mij weer op. Ik heb ondertussen het vechten opgegeven en loop gewillig elke keer mee en laat me gewillig vastbinden. Er komt een vrouw binnen, een van de ontvoerders, en komt recht voor me staan. "De politie is waardeloos." Zegt ze emotieloos in de niet-bestaande taal. Ik kijk haar niet-begrijpend aan. Ze haalt een pistool tevoorschijn en richt het op mij. "De politie is waardeloos." Herhaalt ze. Ik kijk haar met grote ogen aan. Ze haalt de trekker over en ik verwacht een kogel in mijn hoofd. Het is echter een lege huls. Ik haal opgelucht adem en krijg voor die emotie meteen een schok. Ik verdraag het en laat verder geen emotie meer zien. "De politie is waardeloos." Herhaalt ze nog een keer. Nu richt ze net langs mijn hoofd en haalt weer de trekker over. Een kogel zoeft langs mijn oor en beland in de muur achter me. Ik schrik me een ongeluk en zet me meteen schrap tegen de schrok die zal komen. Al snel krijg ik weer een elektrische schok. Wanneer ik weer helder kan zien, zie ik dat de vrouw op 2 centimeter afstand van mijn gezicht staat. "De politie is waardeloos." Roept ze in mijn gezicht en drukt de pistool tegen mijn slaap. "De politie is waardeloos." Zeg ik snel omdat ik zie dat ze langzaam de trekker overhaalt. Ik voel de pistool nog harder tegen mijn slaap drukken. "De politie is waardeloos." Schreeuwt ze buiten zinnen. Diep van binnen ben ik doodsbang voor deze hysterische vrouw, maar ik laat niets merken. De vrouw haalt de pistool van mijn slaap en zet het ding op mijn bovenbeen, een paar centimeters boven mijn knie. "De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos. De politie is waardeloos." Ze lijkt in trans en terwijl ze de zinnen zegt, haalt ze de trekker over. Ik gil het uit van de pijn. Ze mept met het pistool in mijn gezicht en graait met haar andere hand in mijn open wond. Ik krijs en schreeuw van de pijn. Na een paar pijnlijke seconden haalt de vrouw de kogel uit de wond. Ze laat het aan me zien. "De politie is waardeloos." Fluistert ze waarschuwend, daarna draait ze zich om en loopt de deur uit, mij bloedend achterlatend.

Ik heb de rest van de dag alleen maar geroepen dat de politie waardeloos is. De hele dag. Zo hoopte ik dat ze terug zou komen om mijn wond te verzorgen. Pas aan het einde van de dag komt de vrouw weer terug. Ze hecht proffesioneel de wond, wat ook heel veel pijn doet omdat het zonder verdoving wordt gedaan, en legt snel een steunverband aan. Het lopen doet pijn, maar ik laat niets merken. Ik bijt op mijn wang om de pijn te kunnen verdragen. "De politie is waardeloos." Zeg ik, schor van het roepen. "De politie is waardeloos." Zegt de vrouw op een bevestigde toon. Ik weet nu, ik haat de politie en zal ze nooit vrijwillig ergens bij roepen.

💟💟💟💟💟💟💟💟💟💟💟💟💟

Hallo lieve mensen😻,

Weer een heftig hoofdstuk. Let me know what you think.
Hier op vakantie is het heel lekker!

X Riez-_-

Wanneer het masker breektWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu