Na hun laatste training voor de wedstrijd op zaterdag had Olivier Plank slecht nieuws voor het team. "We spelen niet tegen Zwadderich!" zei hij woedend. "Hork was er net. We spelen nu tegen Huffelpuf!"
"Waarom?" riep de rest van de ploeg in koor.
"De smoes van Hork was dat hun Zoeker nog last heeft van z'n arm," zei Plank, die woedend met zijn tanden knarste. "Maar het is duidelijk wat er werkelijk achter zit. Ze willen gewoon niet spelen met dat slechte weer. Ze denken dat dat hun kansen nadelig zal beïnvloeden.""Gedraag je eens als een vent, Malfidus!" zei Ron. "Ik weet wat er gebeurd is, ik was er bij! Je viel op je armpje, het zei 'knak', madame Plijster heelde het weer en je bent weer de domme, treiterige jongen zoals je altijd was!" zei Ron met nul procent medelijden in zijn stem.
De dag voor de wedstrijd wakkerde de wind aan tot stormkracht en kletterde de regen harder neer dan ooit. Harry rende haastig naar het klaslokaal terwijl Plank hem naschreeuwde: "Kannewasser kan heel snel zwenken, Harry. Misschien is het verstandig om nog gauw je looping te oefenen-"
"Sorry dat ik te laat ben, professor Lupos, ik -"
Het was echter niet Lupos die hem aanstaarde van achter het bureau, maar Sneep."Oh, hemel." zei Lily. "Krijgen we dit weer.." Iedereen keek haar verbaasd aan, maar zeiden verder niks.
"Deze les is tien minuten geleden begonnen, Potter, dus laten we er maar tien punten aftrek voor Griffoendor van maken. Ga zitten."
Harry verroerde zich niet. "Waar is professor Lupos?" zei hij.
"Hij beweerde dat hij zich te ziek voelt om vandaag les te kunnen geven," zei Sneep met een verwrongen glimlach. "Had ik niet gezegd dat je moest gaan zitten?"
Maar Harry bleef in de deuropening staan. "Wat mankeerd hem?"
"Niets levensbedreigends," zei hij op een toon alsof hem dat speet. "Nog eens vijf punten aftrek voor Griffoendor en als ik nog één keer moet zeggen dat je moet gaan zitten, worden dat er vijftig.""Nou zeg.." mompelde Ginny. "Zo erg was hij nooit bij mijn lessen."
Ron snoof en keek naar zijn zusje naast hem. "Heb jij even geluk gehad. Hij moest alle Griffoendors hebben, maar Harry was zijn favoriet, daarna ik en daarna Hermelien en Marcel."Harry keek hoe hij hun lesboek doorbladerde tot hij bij het laatste hoofdstuk was. Hij moest weten dat ze dat nog niet behandeld hadden.
"- weerwolven," zei Sneep.Iedereen in de kamer keek langzaam naar Remus. Hij gaf de rest een nerveus glimlachje, maar bleef rustig.
"Er zijn diverse kleine verschillen tussen de echte wolf en de weerwolf, professor," zei Hermelien, die haar hand nog steeds opgestoken had. "De snuit van de weerwolf -"
"Dat is de tweede keer dat u ongevraagd uw mening spuit, juffrouw Griffel," zei Sneep koeltjes. "Nog eens vijf punten aftrek voor Griffoendor omdat u zo'n onuitstaanbare betweter bent."
Hermelien werd vuurrood, liet haar hand zakken en staarde naar de grond, met tranen in haar ogen. Je kon merken wat een vreselijke hekel de klas aan Sneep had aan hun woedende blikken, terwijl iedereen Hermelien minstens één keer zelf een betweter had genoemd.
Ron, die Hermelien zelf gemiddeld twee keer per week een betweter noemde, zei luid: "U stelde een vraag en zij gaf antwoord! Waarom vraagt u iets als u toch geen antwoord wilt hebben?""Ooeeeeh..." begonnen James, Sirius en Ginny. Hermelien bloosde net zoals ze toen deed, maar gaf Ron een kus op zijn voorhoofd.
"Nog bedankt daarvoor, Ron." zei ze zacht. Ron deed zijn armen om haar heen en trok haar dichter bij hem.---- Naar de Zwerkbalwedstrijd -----
Ze scholen dicht bij elkaar aan onder een gote paraplu aan de rand van het veld. Harry deed zijn bril af en veegde hem haastig af aan zijn gewaad. "Hoeveel staat het?"
"We staan vijftig punten voor," zei Plank, "maar als we die Snaai niet gauw te pakken krijgen, spelen we vannacht nog."
"Ik maak geen schijn van kans met dit ding op m'n neus!" zei Harry, die nijdig met zijn bril zwaaide.
"Ik heb een idee, Harry! Geef me je bril, vlug."
Harry gaf haar zijn bril en terwijl de ploeg stomverbaasd toekeek tikte Hermelien er met haar toverstok op en zei: "Nonpluvius!"
"Alsjeblieft! Nu is hij waterafstotend!""Waarom heb ik daar niet aangedacht tijdens mijn wedstrijden! Die ga ik gebruiken! Hermelien, bedankt voor de tip!" zei James, die zijn onzichtbare hoed naar haar afzette.
Het werd steeds gevaarlijker. Harry moest de Snaai zo snel mogelijk te pakken zien te krijgen-
Hij keerde, met het idee om terug te vliegen naar het midden van het veld, maar op dat moment zag Harry in het licht van een nieuwe bliksemflits iets op de tribunes waardoor hij alle aandacht voor de wedstrijd verloor - het silhouet van een reusachtige, harige zwarte hond, die roerloos op de lege bovenste rij zat en duidelijk afstak tegen de grauwe hemel."Merlijns baard.." mompelde Sirius. "Dat ben ik, of niet soms? Die hond?"
Hermelien, Ron en Ginny keken elkaar aan en toen ze alle drie naar elkaar knikten, deden ze dat ook naar de rest. "Ja, dat ben jij inderdaad." zei Ginny.
Sirius grijnsde. "En ik ben er alleen om naar zijn wedstrijd te kijken, toch? Niet meer dan dat?" zei hij plotseling nerveus.
Hermelien glimlachte. "Niet meer dan dat."Maar er gebeurde iets heel vreemds. Er viel een akelige stilte in het stadion. De wind gierde nog even hard als eerst, maar maakte een lawaai meer. Het was alsof iemand het geluid had uitgezet, alsof Harry plotseling doof was geworden - wat was er aan de hand?
En toen stroomde er een afschuwelijke, bekende kou over hem heen, door hem heen, op het moment dat hij besefte dat er beneden op het veld iets bewoog...
Zonder erbij na te denken scheurde Harry zijn blik los van de Snaai en keek omlaag.Minstens honderd Dementors stonden onder hem en staarden hem aan met hun verborgen gezichten. Het was alsof er ijskoud water opborrelde in zijn borst, dat zijn binnenste bevroor. En toen hoorde hij het weer.. iemand gilde in zijn hoofd.. een vrouw..
'Nee, niet Harry, niet Harry, alsjeblieft, niet Harry!'
'Opzij, dom wicht.. vooruit, opzij..'
'Nee, niet Harry, alsjeblieft! Neem mij, dood mij -'Lily werd bleek en het leek alsof ze ging overgeven. "Dat ben ik.. ik ben dat.. en ik praat tegen.. hem. Of niet soms? Zeg me dat ik dat niet ben!"
Harry deed zijn ogen open. Hij lag op de ziekenzaal. De hele Zwerkbalploeg van Griffeondor stond rond zijn bed. Ron en Hermelien waren er ook en zagen eruit alsof ze net uit een zwembad waren geklommen.
"Heeft iemand m'n Nimbus meegenomen?"
Ron en Hermelien keken elkaar aan.
"Eh-"
"Wat?" zei Harry, die van de een naar de ander keek.
"Nou.. toen je viel, werd je bezem weggeblazen door de wind en toen botste hij tegen.. Hij botste tegen de Beukwilg!"
"En?" zei hij, hoewel hij het antwoord helemaal niet wilde horen.
"Nou, je kent de Beukwilg," zei Ron. "Hij - hij vindt het niet leuk als hij door dingen wordt geraakt."
Langzaam pakte ze een tas die naast het bed stond, keerde hem om en schudde een stuk of tien splintertjes hout en gebroken twijgjes op het bed, de allerlaatste resten van Harry's trouwe, eindelijk verslagen bezem."Harry! Nee! Niet je Nimbus! Hij was zo snel en mooi en cool en-" James stopte toen hij iedereens gezichten zag. "Ik bedoel, blij dat alles goed met je gaat.."
-----------------------------------------------------EBG---------------------------------------------
Zucht.. 1261 woorden.. nou zeg. Hopelijk was het het typen waard!! Haha!!
Ik was op vakantie dus daarom is deze er nu!
xx C
JE LEEST
Een Bekend Gezicht (Langzame Updates)
FanfictionEen paar minuten later was alles nog precies hoe het was totdat er iemand hard op de houten deur bonsde. "James? Verwacht jij iemand?" vroeg Lily. James schudde zijn hoofd. "Nee." "Misschien zijn het je ouders," zei Sirius die naast James ging staan...