20.

2.1K 154 31
                                    

20. Helena

Verwarring. Het was hét woord om mijn gevoelens nu mee te beschrijven. Het leek alsof ik een heel andere Hades te zien kreeg dan de rest. Ik kon dwars door zijn façade heen kijken, naar de eenzame Hades, terwijl de rest enkel de machtige heerser zag.

Het was me nu pas opgevallen, dat in dit deel van het paleis verschillende dienstmeisjes rondliepen. Ik onderdrukte de gedachte dat de meeste, zo niet allemaal, waarschijnlijk dood waren. Die gedachte was me té luguber. 

Aan één van hen vroeg ik waar Hades zijn bureau was. Het leek me de enige plek waar hij nu zou zijn.Hades mocht me niet zomaar ontlopen. Ik wilde met hem praten. Ik wilde antwoorden op veel van mijn vragen. Antwoorden die hij alleen nog geven.

Na even zoeken, vond ik Hades zijn bureau. Tot mijn eigen wanhoop lag Kerberos voor de deur. De gangen waren breed genoeg voor de hond. Hij moest enkel zijn kop af en toe een beetje bukken. Of beter gezegd, koppen. 

Hij merkte me meteen op. Langzaam liep ik naar hem toe. "Lief hondje. Braaf hondje." Zijn staart begon te kwispelen. "Mooi blijven liggen. Ja, brave Kerberos." Ik zorgde ervoor dat ik hem de hele tijd kon aankijken, toen ik naar de deur ging. De hond hield me de hele tijd in het oog, maar vond het niet erg dat ik de kamer in stapte.

Hades zat in het midden van de kamer, aan een groot bureau. Zijn ogen hadden me direct in het gaten. "Dacht je nu echt dat Kerberos me kon tegenhouden?" vroeg ik hem met een kleine glimlach. Ik liep naar hem en zijn bureau toe. "Ik had het gehoopt ja." hoorde ik hem mompelen.

Ik zette mijn handen op zijn bureau neer. "Je kan me niet zomaar ontlopen Hades. Ik ben naar hier gekomen voor een reden." Hades leunde wat achterover in zijn stoel en zuchtte kort. "Wat wil je dan van me weten, Helena?" Hij klonk moe. Geïrriteerd. 

"Ik ... Ik weet het zelf niet." bekende ik. "Ik ben gewoon zo verward. Ik weet niet meer wat ik moet doen." Ik zuchtte luid. Ik kon niet eens beschrijven wat ik voelde. Net dan begon Kerberos te blaffen. Hades stond meteen recht en liep rond het bureau, naar mij toe.

De deur naar Hades zijn bureau werd opengegooid. Apollo kwam als eerste binnen. Gevolgd door Athene en Ares. Met die laatste had ik nog niet zoveel contact gehad, maar ik herkende hem wel meteen.

"Laat Helena onmiddellijk gaan!" Apollo was de eerste die sprak. Het maakte niet echt veel indruk op Hades. Hij stond nog steeds beschermend voor mij. "Helena mag gaan en staan waar ze wil. Ze is hier zelf naartoe gekomen." Apollo bromde iets, wat vanop die afstand niet verstaanbaar was voor mij.

"Je hebt haar gehersenspoeld! Anders zou ze nooit naar hier gekomen zijn!" Apollo leek echt razend. Blijkbaar was ik nog niet duidelijk genoeg geweest tegen hem.

Hades zette een aantal stappen naar voor, toen Apollo dat als eerste deed. Het duurde niet lang voor ik hun krachten aan het werk zag. Er werden lichtbollen naar elkaar gegooid. Daarna kwam Ares op hem afgelopen en probeerde hem te overmeesteren. Hij had zijn speer vast en raakte Hades een aantal keer. Hades slaagde er uiteindelijk in om Ares van zich af te werpen. Ares kwam op de grond terecht, een aantal meter verder.

Hades reikte kort naar zijn onderbuik, waar zijn zwarte t-shirt een donkere kleur had. Konden goden bloeden? Blijkbaar wel. Hij zou er niet aan sterven, maar hij was wel even verzwakt. Zo erg dat hij de lichtbol niet zag aankomen die Apollo op hem afvuurde. En toen deed ik het stomste dat ik kon doen: ik wierp me ertussen.   

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vonden!

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vonden!

Vote/Comment/Follow

Gewijzigd: 14/07/2019 

My life as a Goddess [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu