68.

1.4K 116 6
                                    

68. Helena

Ik ijsbeerde door de slaapkamer. Het was al laat op de avond en Hades had zich nog niet laten zien. Sinds ons bezoekje aan mijn ouders deed hij vreemd. Echt vreemd. Hij hield zijn schouders nog wat meer naar achter, zodat hij nog groter leek. Zijn ogen keken niet meer naar mijn gezicht. Het leek alsof zijn gedachten ergens anders waren.

Natuurlijk had ik gevraagd of er iets was. Wat er juist gezegd was tijdens zijn gesprek met mijn vader. Hij had kort gelachen met mijn nieuwsgierigheid en gezegd dat er niks speciaals gezegd was. Alleen geloofde ik daar niets van.

Het was ook allemaal begonnen met dat gesprek. Daarna leek het alsof hij op een andere planeet zat. En ik zou er naar blijven vragen, tot ik wist wat er aan de hand was. Als zijn verloofde had ik het recht om te weten wat hem bezighield. Geheimen zouden nooit mijn ding zijn, en al zeker niet tussen ons.

"Net als ik dacht dat ik eindelijk eens geen gedoe aan mijn hoofd zou hebben." bromde ik tegen mezelf. Ik draaide me om en zwaaide de deur open. Dit moest echt stoppen. Mijn gedachten draaiden dan ook overuren. Had ik soms iets misdaan? Had mijn vader iets verkeerds gezegd? Was dit misschien allemaal wat te snel voor Hades?

Mijn hoofd keek eerst naar links en dan naar rechts. Ik probeerde een kant te kiezen. Waar zou Hades op dit moment kunnen zijn? Een kleine glimlach vormde zich om mijn lippen toen ik al snel wist hoe ik dat te weten zou kunnen komen. "Kerberos?" Ik herhaalde zijn naam een aantal keer en na een paar seconden wachten hoorde ik het gestommel al dichterbij komen. De hond was terug in zijn grote gedaante en kwam op me af gelopen. Het deed me weer heel even denken aan het moment dat ik hem voor het eerst zag. Toen liep ik weg. Nu wist ik wel beter.

Ik zette een stap naar voor zodat ik in het midden van de gang stond. Kerberos stopte pal voor me, en drukte dan één van zijn hoofden tegen me aan. Ik wreef erover met een lachje. "Ik ben op zoek naar je baasje." zei ik met een glimlach. "Jij weet hem waarschijnlijk wel te vinden." Mijn woorden waren nog niet koud of Kerberos deed hetzelfde als ik. Hij keek eens achter zich en daarna naar voor. Alsof ook hij probeerde uit te vissen waar Hades was.

Een paar seconden bleef hij staan zonder te bewegen. Daarna, zonder waarschuwing, liep hij me bijna omver. Ik kon nog net op tijd opzij springen, voor Kerberos begon te rennen. Heel even bleef ik nog staan, alsof ik verwacht had dat Kerberos toch nog eens zou omkijken en zou beseffen dat mijn mensenbenen niet zo groot waren als zijn poten. Ik zou hem ook nooit kunnen bijbenen. Alleen leek hij zich daar niet meteen iets van aan te trekken.

Ik zuchtte kort, voor ik achter hem aan rende. Zo snel ik kon, maar natuurlijk zaten er enkele honderden meters tussen ons in. Gelukkig torende hij boven alles en iedereen, zodat ik hem zeker niet snel zou kwijtraken. Na een paar minuten kwam ik moe en zwetend aan bij één van de zij-ingangen van het paleis. Kerberos zat , zittend, naast de deur te wachten op mij. Zijn drie hoofden blaften tegelijk, alsof hij trots was op zichzelf.

Ik bleef heel even staan, om op adem te komen, voor ik alle drie zijn koppen eens wreef. "Brave jongen." pufte ik. Ik perste er ook een kleine, dankbare glimlach uit, voor hij terug recht stond en duidelijk wachtte tot ik naar binnen ging. Dat deed ik dan maar. De kamer was ingericht als een atelier. In het midden stond een verhoogje, dat ik herkende van in Olympus. Ik had op een gelijkaardig verhoogje gestaan toen ik mijn jurk moest passen voor de ceremonie.

Mijn ogen bekeken alles in de kamer, voor ik ook echt een paar stappen dichter naar de tafel zette. Er lagen verschillende lappen stof. Een soort staaltje, alsof de persoon die ze hier gelegd had aan het kiezen was. Ik kon ze direct indelen in twee soorten. De ene was wit. Ik merkte zelfs wat kant op. Ze lagen allemaal bij elkaar. En er lagen er zelfs nog een hele hoop in dozen onder de tafel. De andere kleur was zwart. Net toen ik die wou aanraken, hoorde ik een bekende stem.

"Het was niet de bedoeling dat je dit zou zien." Hades kwam naar me toe gestormd en blokkeerde mijn zicht. Mijn hand botste dan ook tegen zijn buik. "Je bent de hele tijd al afwezig! Mag ik dan echt niet weten wat je aan het doen bent met ... deze lappen stof?" De laatste drie woorden kwamen er wat twijfelend uit. Ik kon bijna niet geloven dat dit Hades zijn werk was, maar aangezien wij de enige twee levende personen waren in de onderwereld, kon het dan ook bijna niet anders.

"Alles op zijn tijd Helena." Hij pakte mijn gezicht vast met zijn beide handen. "Geef me nog een paar dagen en dan vertel ik je alles." Hij drukt een vluchtige kus op mijn lippen, voor hij zijn hand rond mijn middel legde. Zo leidde hij me de kamer uit. "Je bent slim genoeg om zelf uit te vissen, waar die stoffen voor zijn." Een kleine grijns verscheen om zijn lippen. "Maar als ik van jou was, zou ik me toch beter die paar dagen geven." Hij liet me staan voor de deur en gaf me een knipoog. "Geef me nog een uurtje en ik ben helemaal van jou." Met die woorden sloot hij de deur voor mijn neus.

" Met die woorden sloot hij de deur voor mijn neus

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vonden!

Vote/Comment/Follow

Gewijzigd: 28/07/2019

My life as a Goddess [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu