~hoodstuk 7~

99 8 1
                                    

Alle 35 meisjes zijn bij elkaar geroepen. Ik kijk om me heen. De meeste gezichten staan gespannen. Ik hoorde vanochtend in de eetzaal tijdens het ontbijt een paar meiden zeggen dat hij nu al sommige van ons naar huis wil sturen. Prins Lyam. Stiekem hoop ik het. Maar ik wil mijn familie ook niet teleurstellen. Ik ben bang. Voor wat er komen gaat of juist niet. Ik weet niet hoe dit zal aflopen, maar ik weet wel dat het moeilijk gaat worden.
Er zijn constant camera's om ons heen. Mijn privacy is me van me af genomen. Miljoenen mensen kunnen me zien en beoordelen. Mijn familie kan me zien, Ariën kan me zien. Maar ik hun niet. Dat maakt mijn heimwee nog erger. Ik wist vannacht niet of ik krampen had door gewoon mijn buik of door de heimwee en gevoelens die zich opstapelden de afgelopen tijd.
'Aarde op Mayyal.' Liliah lacht. Ik was aan het staren. Alweer. Tot nu toe heb ik nog geen klik met een meisje hier gevoelt. Alleen met Liliah. Ze kent me nog amper en probeert nu al voor me te zorgen als een beste vriendin die ik nooit heb gehad. Ze wil graag dat iedereen een leuke tijd heeft. Ze zou zomaar de toekomstige koningin kunnen worden. 'Sorry.' Ik geef haar een glimlach die haar zegt dat het goed zit. 'Oew, de deuren gaan open!' Liliah trekt me door de andere meiden heen door de deur waar we voor stonden te wachten.
Ik kijk mijn ogen uit. Het is een kamer waar elk meisje over droomt. Er hangen heel veel mooie baljurken, overal liggen tiara's en genoeg spiegels. 'Wooww.'
Voor ons staat de koningin. De moeder van Lyam. 'Jullie krijgen ieder een stoel en een persoonlijke visagist aangewezen!' Ze noemt iedereen één voor één op en wijst ons naar een stoel. 'Ik zal ondertussen met al van jullie kennis maken.'
Ik werd als laatste naar een plek verwezen. Volgensmij waren ook de vrouwelijke visagiste op.
Hij ziet er best verzorgd uit met iets teveel bling en make-up voor een man.
'Wauw, met jou is zoveel te doen.' Hij pakt mijn haren vast en bekijkt mijn kleren als of hij zich al helemaal voorstelt hoe ik er uit zou kunnen zien. Ik heb nooit echt make-up gedragen. Dat kwam vooral omdat dat tijdens het werken in de fabrieken toch niet nodig was en het geld niet aan zo'n dingen uit mocht worden gegeven. Daar kunnen we een paar extra aardappels en brood voor kopen, zegt moeder dan altijd.
'Ik heet trouwens Jeremey.' Hij steekt zijn hand naar me uit. 'Aangenaam, Mayyal.'
Hij komt heel enthousiast over. Aardig. 'Laten we beginnen met je consealer en foundation.' 'Welke nummer gebruik je meestal?'
'Uuhmm'
'Je gebruikt nooit make- up?' 'Niet waar?'
'Girl, dan is dit jou dag!'
Ik moet lachen. Met zijn overdreven stem vol passie en manier van bewegen, kan ik ook bijna niet anders.
'Nee.'
Hij kijkt nog eens goed naar me, pakt mijn gezicht vast en lacht.
Ik weet niet wat hij allemaal doet, maar mijn gezicht voelt smerig aan. Ook al heb ik wel bewondering voor hem hoe hij van een gezicht een kunstwerk kan maken. Hij haalt het doek dat voor de spiegel hangt er in een vlaag van af. Als ik in de spiegel kijk begin ik te lachen. Ik kijk Jeremy aan. We beginnen samen nog harder te lachen. Wat hij deed was mooi, maar niet mij. Ik had een dikke laag blauwe oogschaduw boven mijn bruine ogen. Aan de binnen kant van mijn ooghoeken zaten diamanten steentjes. De fel rode lippenstift maakte het plaatje helemaal compleet. Hij haalde de make-up er weer af nadat we veel hebben gelachen. Hij was grappig, ik mocht hem wel.
Toen ik uit mijn pas hokje kwam met mijn eerste koninklijke jurk, stond de koningin al op me te wachten. Bij mij kwam ze als laatste voor haar persoonlijke gesprekjes. De camera's stonden al om haar en mij heen.
'Wauw, die jurk staat je heel goed!' Zei ze.
Ik draaide me om naar de grote spiegel. Hij staat me inderdaad heel goed. Ik glimlachte. Het was een blauwe zijde jurk tot op mijn knieën, onderaan zaten kleine diamantjes. Hij was simpel, maar genoeg. Ik draai me weer om naar de koningin. Ze meende wat ze zei. Ik voel me emotioneel worden. Er rolt een traan over mijn wang. 'Ow, meisje kom eens hier.' Ik liep naar haar toe en ze gaf me een stevige knuffel. Ik vond het eng om me van een kant te zien die ik zelf nooit heb leren kennen. Wat zo'n veranderingen met je kunnen doen. Het maakte even niet uit dat het hele rijk zag dat ik zat te huilen. Zo was ik. En ik ben er trots op. Ik liet me van haar los. 'Dank u wel.' Ik maakte een buiging voor haar. Ik liep naar Jeremy toe en gaf hem een kleine knuffel.
'Girl, je ziet er perfect uit. Je straalt!' Hij draait me rond en bekijkt zijn werk keurend.
'Ja. Per-fect.' Ik moet om hem lachen. 'Ik zie dat je het geen probleem vind dat je visagiste ook tevens je styliste is.' Ze glimlacht. 'Nee.'
'Ik denk dat ik je nog wel een keer zie.' De koningin knikt nog een keer naar me en draait zich om naar de uitgang.
Ik loop naar de grote zaal toe. Misschien dat daar al andere meiden zijn. Ik zie er nog maar twee meiden staan. Ik probeer hun namen te herinneren. Die met de rode jurk is...
Dan hoor ik iemand achter mij mijn naam roepen. Het is Liliah. Ze is net klaar. Ze heeft een mooie, lange, licht roze jurk aan waarin ze heel elegant loopt.
'Mayy, wat zie je er mooi uit!'
'Dankje, jij ook!'

Het is al donker buiten. Iedereen ligt te slapen. Ik lig in een andere kamer dan dat ik gisteren lag. De kamer ziet er heel koninklijk uit. Met een eigen badkamer, inloopkast en een groot hemelbed. Ik heb nog nooit in zo'n groot bed gelegen. De oud roze muren met de sprankelende lamp die symbooltjes schijnt op de muren maken het af. Ik draai me om naar de klok die aan de muur hangt. Half 3 in de nacht. Mijn ogen voelen zwaar en moe aan. Ik wil slapen, maar iets houd me tegen.
Ik had het dinner overgeslagen. Ik voelde me niet lekker. Ze accepteerde het en lieten me meteen gaan. Ik hoorde een meisje achter mijn rug om zeggen: dat scheelt ze ook weer wat, je wilt toch niet delen met die snol. De andere lachte erom.
Het is mijn status, het is altijd mijn status.
Ik besluit naar onder te gaan. Ze zullen nog wel restjes over hebben van het eten. Misschien helpt het. Ik trek mijn pantoffels aan en een lange zijde kamerjas. Voorzichtig maak ik de deur open. Ik kijk in de gang of er bewakers staan. Nee. Ik loop de lange gang af. Aan het einde van de gang hangt een familieportret. Lyam is daar nog heel klein. Ik moet lachen. Hij lijkt zo schattig en gelukkig. Toen ik hem vanochtend aan tafel zag leek hij gestrest.
Ik schrik om. Ik hoorde geritsel. Snel ren ik de lange gang verder uit. De lange trap af. Dan schiet er een Pijnscheut door mijn buik. Het trekt me helemaal samen. Ik val van de laatste paar tredens af. Het word wazig voor mijn ogen. Ik zie nog net een jonge man van de trap af rennen. Zwart.

~•de selectie•~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu