POV EMMA
'Volg mij,' fluister ik. 'Stil en snel. Ik heb geen zin om erachter te komen wat er gebeurt als de tijd om is.'
Snel begin ik te lopen, Thirsa achter me aan. Welmoed kijkt nog even op haar kaart maar die volgt vanzelf wel, ik heb geen zin om daarop te wachten.
Na ongeveer 20 meter hoor ik gehijg achter me. Snel draai ik me om; straks is het weer zo'n vaag beest.
'Welmoed!' fluistert Thirsa, 'ik schrok!'
Welmoed glimlacht geheimzinnig. 'Sorry,' grijnst ze.
'Wat heb je gedaan?' vraag ik. 'Je lijkt zo vrolijk.'
Maar Welmoed antwoordt niet. In plaats daarvan grijpt ze ruw Thirsa's arm en kijk op het klokje.
'Aw, what the fuck?' Thirsa trekt haar arm weer terug en kijkt Welmoed boos aan.
'Ik wilde alleen even kijken hoeveel tijd we nog hadden,' verontschuldigt zij zich.'Calm down, jongens, laten we verder gaan,' zeg ik voordat we ruzie krijgen. Ik heb besloten door de aula te gaan, dat is verreweg het kortst. Nu maar hopen dat we geen complicaties krijgen.
Zonder problemen gaan we de verboden afdeling en de scheikundegang door. Dit gaat wel iets té makkelijk. Ik vraag me af hoeveel tijd we nog hebben. Alsof ze mijn gedachten kan lezen kijkt Thirsa op haar pols en zegt, '2:49.'
'Jesus,' mompel ik, 'we moeten opschieten.'
Na nog een paar meter stop ik ineens met lopen. De anderen botsen bijna tegen me aan.'Wát?' fluistert Thirsa.
'We zijn bij de trap,' antwoord ik zachtjes, 'we moeten oppassen vanaf hier.'
'Ach ja,' zegt Welmoed, 'je kunt je moeilijk voorbereiden op álles.'
'Wat bedoel je daar nou weer mee?' bitst Thirsa.
'Jongens, rustig.' Wat hebben die nou toch? Het is alsof Welmoed een heel ander mens is nu ze zulke vreemde opmerkingen maakt.
Ik zet mijn voet op de bovenste trede. Een krakend geluid weergalmt tussen de muren, maar verder blijft alles stil. Ik zet nog een stap. Nog steeds niets. Dan loop ik op mijn gemak door naar beneden, de anderen volgen me op de voet. Dan komen we aan bij de laatste trede, hierna komen we in de aula. Aarzelend zet ik een voet op de grond, daarna de andere. Niets. Het blijft stil.
Verdacht stil.
Ik kijk om om te checken of Thirsa en Welmoed er nog wel zijn als ik schrik van Welmoeds ogen, die felrood zijn. Ik knipper met mijn ogen en ze zijn terug naar het normale blauw. Welmoed kijkt me onschuldig aan.
Dan kijk ik vooruit, naar de andere trap die recht tegenover ons staat. Beweegt daar iets? Hoor ik gefluister? Het zal toch weer eens niet hè. Ik laat een hand rusten op het mes om mijn riem en de andere op het koffertje met het geweer. Je weet maar nooit.
Inmiddels kan ik drie figuren onderscheiden, van menselijke vorm. Laat het mes dan maar, ik haal langzaam het geweer uit het koffertje.
'Emma? What the fuck ben je aan het doen?' fluistert Thirsa, die de spanning merkt.
'Niet. Bewegen.'
Ik richt het geweer en haal diep adem. 'Wat je ook bent, kom tevoorschijn!' Ik roep het door de hele hal en het klinkt verschrikkelijk luid. De figuren aan de overkant springen op. Even denk ik vier ogen rood te zien oplichten, maar dat is vast weer verbeelding.
Langzaam komen ze dichterbij, totdat ik hun gezichten kan onderscheiden en zij de onze.
'What... de fuck.'
Voor me staan wij. Thirsa, Welmoed en ik staan tegenover elkaar als voor een spiegel.
Ik leg mijn vinger op de trekker, klaar om te schieten. De vraag is alleen: wie? Sowieso niet Thirsa, die is de hele tijd bij mij geweest. Welmoed? Die deed zo vaag.
Één is de echte, maar wie?Aangezien ik heus wel weet dat ik de echte ben, én dat mijn spiegelbeeld ook een geweer heeft, knal ik haar neer. Ze vergaat in stof.
'Who's next?'
Zonder antwoord af te wachten schiet ik ook op de Thirsa tegenover me. Nu maar hopen dat ik de goede heb. Gelukkig lost ook zij in rook op.
Nu rest er nog maar één: Welmoed.
'Emma, wacht, niet schieten!' zegt de Welmoed tegenover me.
'Schiet haar!' roept de Welmoed naast me. 'Ik ben toch de hele tijd bij je geweest?'
Zonder aarzelen schiet ik op de Welmoed naast me. Ze verdwijnt, een drukkende stilte achterlatend.
'Hoe wist je dat ik het was?' vraagt Welmoed als ze van de schrik is bekomen.
'Als er iets is dat ik van je weet,' antwoord ik, 'is het dat je me nooit zou vragen iemand neer te schieten, daar ben je te zacht voor.'
En het was gewoon een gok.
Maar dat zeg ik maar niet.
Welmoed kijkt me even dankbaar aan, maar dan schieten haar ogen van mijn gezicht naar iets naast me, of zeg maar, áchter me. Plotseling hoor ik een ruisende klank, alsof er miljoenen vogels stil overvliegen, het flapperen van vleugels het enige geluid. Het ruisen houdt aan, versterkt, alsof het dichtbij komt.
Welmoeds ogen worden groot en ze trekt wit weg. Thirsa kijk wat afgelegen naar niets in het bijzonder als Welmoed wijst in mijn richting.
'Kijk.'
Ik draai me om en val bijna flauw van schrik. Honderden en honderden schimmen, dezelfde als eerder in de aula, razen op ons af.
'Rennen!' gil ik en meteen draai ik me weer om en ren zo hard ik kan. Aan de voetstappen achter me hoor ik dat de anderen me volgen, maar het ruisen klinkt ook steeds luider wat betekent dat de schimmen steeds dichterbij komen.
Het is nog maar een klein stukje naar het Frans lokaal. Ik zie dat Thirsa haar pols opheft en de tijd laat zien. 0:21.
Ik versnel mijn tempo en zie dat Welmoed voor ons uitrent. 0:15.
Ik zie het lokaal. 0:09.
Welmoed komt aan bij het lokaal en houdt de deur open. 0:03.
Thirsa rent als eerst naar binnen en ik volg. Heel even wordt Welmoed weggetrokken en verdwijnt uit het zicht, maar ze bevrijdt zich snel en rent ook naar binnen. 0:01.
De deur slaat met een knal dicht. 0:00.
Het licht knippert plotseling en schijnt ineens feller dan ooit.We kijken elkaar even opgelucht aan en kijken dan de klas in. Iedereen staart ons aan.
Maar dan ook... iedereen. 'Niels?' vraag ik. Ik hef mijn hand op, bedekt met zijn bloed, en kijk ernaar. Ik heb die sleutel uit zijn lichaam gehaald... what the fuck?'Yo, wassup?'
'Ga zitten, hier heb je wat water.' Meneer Avond komt naar ons toesnellen met een dienblad waarop drie glaasjes water staan. We pakken alledrie een glas en drinken het in één keer op. Met een klap zetten we onze glazen tegelijkertijd weer neer op het dienblad. Dat water smaakte raar, zoetig. Vast kalkloos. Ik wist niet dat de school daar geld voor had.
Ik voel in mijn zak. Gelukkig, de sleutel zit er nog.
'Is alles goed gegaan? Jullie lijken... geschrokken.' Avond glimlacht lichtjes, bijna kwaadaardig. In mijn hoofd ga ik het afgelopen uur opnieuw na, om te kijken wat ik kan vertellen. Maar wacht. Huh? Wat hebben we ook alweer gedaan? Ik pijnig mijn hersenen om me te herinneren wat er gebeurt is, waarom we allemaal zo bezweet zijn. Alles is opeens blank.
Ik snap er niks van.
'Ik... kan me niks meer herinneren,' mompelt Thirsa zachtjes naar mij.
'Ik ook niet,' sist Welmoed.Ik geef ze een veelbetekenende blik.
'Alles ging prima, we waren een beetje verdwaalt in het donker.' Ik glimlach ook.-
A/N: Hey dus ja, het plan was om dit boek even op "on hold" te zetten omdat ik geen inspiratie heb en we allemaal druk zijn met school, maar omdat mensen dit boek blijkbaar leuk vinden, vragen wanneer er een nieuw hoofdstuk komt en stemmen dacht ik, waarom ook niet? Enjoy!<3
JE LEEST
Kamer 422
Mystery / ThrillerHet schooljaar begint vredig voor de 11 gymnasiasten die na over gegaan te zijn een nieuwe klas vormen. In een klas met nog 17 andere atheneumleerlingen wordt meteen duidelijk dat gemengde vriendschappen verboden zijn, maar daar hebben drie leerling...