Hoofdstuk 3

482 45 83
                                    

HOOFDSTUK 3
Zeurende moeders & zilveren ringen
—»«—

Het regende pijpenstelen. Waar zonet nog de zon scheen, hingen er nu grote, grijze wolken boven het voetbalveld. Gelukkig zat ik veilig onder de afdak van de tribune toe te kijken hoe mijn broertje het ervan af bracht op het modderige veld. Regen was niet echt mijn ding. Daarom verheugde ik me al op het einde van april, alleen leek het dit jaar extra lang te duren.

Ik kon mezelf er niet van weerhouden om te lachen om de stuntelende Max, wat me een corrigerende tik en een boze blik van mijn moeder opleverde. Ook al kon ook zij met moeite haar lach inhouden toen hij volledig over de bal heen trapte. Achter ons siste een moeder van een teamgenoot van Max om ons stil te krijgen.

Mijn moeder rolde met haar ogen en draaide zich naar haar om. 'Susan, dat jouw zoon al de hele wedstrijd op de bank zit en de mijne niet, is geen geldige reden om jaloers op mij te zijn.'

Proestend sloeg ik een hand voor mijn mond. 'Mam! Zoiets kan je echt niet zeggen.'

Ze draaide zich weer terug om en haalde onverschillig haar schouders op. 'Ze vroeg erom. Iedere wedstrijd heeft ze wel iets om over te zeiken. Zeikwijf.'

Susan snoof luid en begon druk met de vrouw naast haar te fluisteren. Mam stond op en zuchtte. Ze veegde wat grassprieten van haar zwarte skinny jeans af en pakte onze neon roze paraplu vast. 'Ik ga even wat te drinken halen voordat ik iemand hier iets aandoe. Wil je ook wat hebben, Ly?'

'Een kopje thee. Normale, alsjeblieft.'

Mam salueerde. 'Komt voor de bakker, makker.'

Met dat verliet ze de tribune en stopte ook meteen het irritante gefluister achter ons. De regen begon alleen maar heftiger te worden. Ergens begon ik het zielig te vinden voor de veertienjarige jongens die verkrampt en zeiknat op het veld stonden. Maar het ging al weer snel over toen ik me herinnerde dat mijn broertje nog geen dag geleden mijn favoriete witte sneakers had besmeurd met zijn vieze, stinkende voetbalschoenen.

Ik kon een goed aantal minuten ongestoord genieten van het belabberde voetbal van Max, tot iemand anders naast me kwam zitten. Ik ging ervan uit dat het een andere moeder was die besloten had dat de tribune toch wat chiller was dan in de stromende regen te staan met enkel een paraplu, en bleef de voetbal volgen die over het gras stuiterde. Het was tenslotte moeilijk om het witte ding te spotten als hij helemaal onder de modder zat.

'Weet je wat de wedstrijd veel beter zou maken?' Ik keek geschrokken opzij en herkende zijn warrige, zwarte haar. 'Verse muntthee.'

Een glimlach verscheen op mijn gezicht. 'Zeker weten.'

De jongen leunde met zijn beide ellebogen op de bank achter ons en hield zijn hoofd iets schuin. 'Ik kwam nog langs vrijdagavond, maar je was er niet.'

'Ik werk niet op vrijdagen. Was de service wel goed?'

'De service was prima,' hij grijnsde. 'Alleen gaf dit meisje me geen advies en een extra koekje.'

Ik lachte. 'Alleen hele speciale serveersters doen dat. Kom nog een keer langs, misschien heb je dan wel geluk.'

Hij had dezelfde leren jas aan als de vorige keer toen ik hem zag. Onder zijn jas droeg hij een  simpel zwart-wit gestreept shirt. De ketting aan zijn — wederom — zwarte, strakke spijkerbroek rinkelde toen hij verschoof op het bankje en naar voren leunde. Hij stak zijn hand uit, de middelste drie vingers hadden allemaal een andere zilveren ring om. 'En stel dat ik nog eens langs zou komen, naar welke naam moet ik dan vragen?'

'Riley,' ik schudde zijn uitgestoken hand. 'De Jong. Riley de Jong.'

'Lukas Janssen.'

Ik maakte een verrast geluid. 'Je ziet er niet uit als een Lukas. Meer als een River, of zo.'

Milkshakes en gebroken hartenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu