Part twenty-four.

98 9 10
                                    

p.o.v. Jeremy (nog 42 minuten)

Rennen... Dat is het enige wat ik nu nog kan doen.. Ik moet rennen. Ik moet Link vinden. We hebben bijna iedereen, maar ik wil niet verder zonder hem... Ik kijk om me heen. Ik zie alleen maar bomen en struiken, maar geen Link. Waar is die jongen? I have to find him... Link... Waar ben je toch?

p.o.v. Isis (nog 34 minuten)

De tijd begint nu echt te dringen. Mijn hoofd zegt tegen me dat het geen nut meer heeft. We zullen hem toch niet meer vinden. Mijn hart zegt heel wat anders. Stel hij is hier in de buurt... Stel we vinden hem in de laatste minuten... Er is nog kans! En die kans moeten we pakken!

p.o.v. Joost (nog 21 minuten) 

Sommige dingen slopen je gewoon... En dan bedoel ik niet pijn doen, maar echt kapot maken. En dit maakt me op dit moment echt kapot. Het breekt me... Wat nou als ik zeg dat Link niet zomaar iemand voor mij was. Ik ken hem pas een paar dagen, maar in die paar dagen heb ik zo'n goede band met hem gekregen... Misschien wel en te goede. Ik, Joost Bouhof, heb gevoelens voor hem gekregen... I'm in love with him... And right now it hurts... 

p.o.v. Link (nog 14 minuten)

Ik zit nog steeds aan dezelfde boom vast. Ik probeer mezelf rustig te houden, maar mijn hele lichaam is zichzelf al aan het uitschakelen. Ik heb niet normaal veel honger en mijn benen gaan het ook langzaam begeven, maar mentaal gaat het er verschrikkelijk aan toe... Het lijkt net alsof ik oog in oog sta met de dood... De dood wilt me alleen nog niet in zijn armen sluiten. De dood is net zoals een diepe afgrond. Wanneer je erin valt en de grond raakt omarmt de dood je, maar tijdens de val zelf ben je nog niet dood, maar je lichaam is zich daar al wel op aan het voorbereiden. Bij mij is die val eindeloos lang. Opeens word ik uit mijn gedachtes gehaald door een vosje en en wolf... Ze lopen naar me toe en gaan voor me staan. Opeens word ik verblind door fel licht. Ik word gedwongen om mijn ogen te sluiten, omdat ik anders verblind word door het licht. Wanneer het licht weg is en ik mijn ogen weer open, zie ik twee jongens voor me staan. De een heeft blond haar en is een stuk kleiner en dunner dan de ander. Die ander moet bijna tegen de 2 meter aanzitten. Ik wil vragen wie ze zijn, maar weer komt er geen stemgeluid uit mijn keel. "We weten wat er is gebeurd en daarom zijn we hier ook." Zegt de kleine van het stel. "We komen je helpen."

Lost in a Game: The squad {discontinued}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu