Ik knijp mijn ogen dicht. Ik wil niet dat iemand dit ziet. Maar het is al te laat. De traan rolt over mijn wang. Warm als een douche op een koude winterdag, soepel als een achtbaan in zijn rails, pijnlijk als het uitmaken van een geliefde relatie. Hij glansde als het frisse water op een zomer dag, hij was klein en probeerde niets voor te stellen, maar de traan is een en al betekenis. Vol met verdriet. Al het opgekropte verdriet dat je niet wou laten lopen, maar wat niet meer op zijn plek wou blijven zitten en dus een weg maar buiten zocht. Hij passeerde mijn neus en toen mijn mond. Hij smaakte zout. Zout als de zee. De zee die alles aan laat spoelen. Laat stranden. De zee die alles verpest. Maar toch zo mooi is, dat je hem alles vergeeft. Net zoals een traan. Waarvan je achteraf toch wel blij bent dat je hem hebt laten lopen.
JE LEEST
Mijn kleine verzinseltjes
Rastgelehoii, in dit boek schrijf ik allemaal kleine verhaaltjes. Ze gaan allemaal over een ander onderwerp. Met dit boek hoop ik meer inzicht te krijgen over wat ik beter kan doen qua schrijven en wat ik leuk vind om over te schrijven. Ook komen hier verha...