6

126 28 63
                                    

POV Noud

En weer wordt er opgehangen. Ik heb het de hele dag geprobeerd. Ik heb het ook zelf verpest, dat moet ik toegeven. Ik had nooit met haar vriendin moeten gaan. Haar beste vriendin. Daar krijg je dit van. Eigen schuld, dikke bult. Ik weet het nu wel. 

Ik wil de oude Astère terug. De Astère die stiekem met mij was. Waar ik stiekem mee kon zijn. Ze kon mij altijd zo uitdagen. En nog steeds. 

Ze doet het nog steeds. Al betwijfel ik of ze het doorheeft. Ze doet maar wat. En dat trekt aan. 

Ze was nooit makkelijk. Bij niemand. Voor sommigen was ze te moeilijk. Maar voor mij niet. Ik hou van de uitdaging. 

Als ze me aankijkt, met de gedachte dat ze me haat, zie ik dat ze me wil. Het leukste is dat ze het blijft ontkennen. Misschien voor Mette. Misschien voor mij. Maar misschien ook wel voor zichzelf. 

Mette. Daarover gesproken. Mette is een meisje die je makkelijk aan de kant zet. Ze is net als vele andere meisjes. Niks bijzonders. Meisjes als Mette komen dan ook nog terug.

We waren beiden een keer dronken. Ze was nog verder weg dan ik. Welke jongen zegt nou nee wanneer ze je toch al in de mond heeft? 

Astère, daarentegen, zal nooit op een dronken avond iemand berijden. Ze zou niet eens zó dronken worden. Ze houdt wel van een drankje, maar wil er wel graag bij blijven. Wat goed is. Maakt haar alleen maar leuker. Spannender. 

Vaak wordt ik gezien als klootzak, door mijn 'harde' woorden. Kan je het begrijpen? Ik niet.

Ik zeg gewoon waar het op staat. 

Net zoals ik niet op zal geven tot Astère weer terug is. Al ben ik bang dat dat nog even zal duren. Ik zal geduld moeten hebben. 

Maar waarom ben ik zo aangetrokken tot Astère? Ik vraag het me soms ook af. Dan kom ik eropuit dat ze op mijn moeder lijkt. Ze is lief, kan temperamentvol zijn, is niet op haar mond gevallen, verstandig en gewoon bloedmooi. 

Mette lijkt ook op mijn moeder, maar zij heeft de negatieve punten. Somber, laag zelfbeeld, naïef. En aan die kant wil ik niet herinnert worden. Ik wil er niks mee te maken hebben. 

Astère weet dat. Ze was erbij. Ze heeft mij overeind gehouden. Dat doet ze bij iedereen, maar vergeet zichzelf soms. Als je haar dan overeind wil houden, accepteert ze het niet. Dat blijkt maar weer uit het telefoongesprek van zonet. 

Zoals ik ook al tegen Mette zei vanmiddag weet ik oprecht niet wat er tussen haar en Astère is gebeurd. Ik weet alleen dat het is gebeurd op een feest van Astère. 

Vroeger kon niks die twee uit elkaar halen. Ze waren altijd samen. Nu lijken ze zichzelf uit elkaar te halen. 

Ik wordt uit gedachten gehaald door mijn telefoon die afgaat. Astère belt me. Met een grijns neem ik op.

"Ik kom wel naar jou."

Voor ik het weet heeft ze alweer opgehangen. Ze komt hier. Dat is lang geleden. 

Rood - On HoldWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu