hoofdstuk 14

280 11 7
                                    

"Het geeft niet." hoor ik Alex tegen me zeggen. Ik zit op het muurtje en voor me ligt het lichaam van het dode meisje. Ik probeer kalm te blijven en niet het eerste binnen mijn bereik kapot te rammen, dat zou Alex zijn, aangezien hij weer veel te dicht bij me staat. "Het geeft wel! Ik heb gewoon iemand vermoord!" zeg ik gefrustreerd en ga staan. "Dat gebeurt wel eens als je je honger nog niet onder controle kan houden." zegt Alex alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Hoe kan hij zo normaal doen! Boos ga ik voor hem staan. "Heb jij ervaring dan? Doe jij dit dagelijks of zo?!" kat ik hem af. "Ho ho rustig, het is maar een mens!" Alex kijkt me geamuseerd aan. En daar gaat mijn kalmte. Ik geef hem een klap in zijn gezicht en gooi hem drie meter verderop. "Jij bent echt een monster! Dat je zo makkelijk iemand kan vermoorden. Jason had gelijk, ik heb je verkeerd ingeschat." sis ik boos tegen hem. Snel draai ik me om om weg te rennen, maar twee armen om mijn middel houden mij tegen. "Hé, ga nou niet weg. We zijn nog lang niet klaar." gromt Alex in mijn oor en in zijn toon hoor ik de irritatie. "Laat me los Alex! We zijn wel klaar!" zeg ik boos, maar helaas trilt mijn stem en klink ik niet zo zelfverzekerd. Ik hoor hem zachtjes lachen. Ik geef hem een stomp in zijn maag en ren zo snel mogelijk op vampi-snelheid weg.

Midden in het bos stop ik even. Het is een beetje mistig en natuurlijk nog donker. Weer bedank ik mijn nachtzicht en dan concentreer ik me op alle geluiden om me heen. In de verte hoor ik snelle voetstappen. Shit! Snel ren ik weer verder door het bos. "Oh, waarom ken ik het bos toch zo slecht." denk ik kreunend. Plotseling struikel ik over een boomstronk. Ik val voorover en smak tegen de grond. Kreunend sta ik op en verstop me tussen de bosjes. Ik probeer me zo stil mogelijk te houden, hopend dat Alex me niet vindt. Rechts van me hoor ik een persoon aankomen. Dan is het opeens doodstil. Met een bonkend hart houd ik me stil, afwachtend wat er gaat gebeuren. Voorzichtig kijk ik naar mijn enkel om te zien of ik schrammen heb opgelopen tijdens mijn val. Maar er is niks te zien. Verbaasd beweeg ik mijn voet, wat ook geen pijn doet. Dan concentreer ik me weer op de geluiden om me heen. Nog steeds doodse stilte.

Na een lange tijd sta ik langzaam en zo geruisloos mogelijk op. Ik ga tegen een boom aan staan en kijk om me heen. Als ik niemand zie of hoor, haal ik opgelucht adem. Maar plots staat Alex voor me, zijn ogen bloedrood. Hij zet zijn handen tegen de boom, zodat ik klem zit. "Één ding waar vampiers goed in zijn, is geduldig afwachten." zegt hij grijnzend. Denkbeeldig geef ik mezelf een klap. Dat had ik kunnen weten. "Wat wil je Alex." zeg ik zo dapper mogelijk. Hij kijkt me aan met een geamuseerde grijns. "We waren toch nog niet klaar?" "Dat waren we wel. Dus laat me nu gaan." zeg ik een beetje geïrriteerd. "Nee." Hij kijkt me uitdagend aan. "Alex, ik heb hier geen zin in." zucht ik. Ik probeer weg te komen door hem een knietje te geven, maar dit keer herstelt hij zich snel en zet me weer klem. "Je moet uitkijken Kate. Je weet niet hoe gevaarlijk ik ben en je zit op het randje van mijn geduld." gromt hij. "Vampiers zijn toch zo geduldig. En wat wil je dan van me." spreek ik hem tegen, ookal weet ik dat dat best dom is. Langzaam komt zijn gezicht dichter bij de mijne. "Ik wil jou." fluistert hij in mijn oor. Zachtjes strijken zijn lippen over mijn wang. Een akelige rilling spreidt zich over mijn lichaam. "Dan moet je nog lang wachten, want ik ben met Jason." mompel ik zo zacht dat een mens het niet kan horen, maar hij natuurlijk wel. Een seconde zie ik haat in zijn ogen, maar dan is het weer weg. Even lacht hij. "Dat maakt mij niet uit." antwoord hij daarop. "Je gaat gewoon met me mee..." "Laat haar met rust Alex!" zegt een stem opeens. Als ik langs Alex kijk zie ik dat het Jason is. "Kijk eens wie we daar hebben. Jason..." gromt Alex. Voordat ik het door heb pakt Alex mij vast en houdt een mes tegen mijn keel. "Blijf waar je bent. Binnen één tel kan ik haar doden." sist hij tegen Jason. Gek genoeg blijft Jason ook gewoon staan. "Wat doe je nou Jason! Hij kan me niet doden, want ik ben onsterfelijk." roep ik. Naast me hoor ik Alex zacht lachen. "Dat denk jij." Vragend kijk ik naar Jason. "Je kan een vampier doden door die in brand te steken of door die te onthoofden." mompelt hij. Ships, ik heb een probleem. "Laat me gaan Alex." zeg ik, zo veel mogelijk de wanhoop in mijn stem te onderdrukken. "Waarom zou ik? Misschien neem ik je wel mee naar de vampier wereld." zegt hij grijnzend. "Waag het!" sist Jason en ik zie dat zijn ogen rood worden. Oké, ik moet echt iets verzinnen. Als ik nou een klap geef tegen Alex's hoofd en... Ja, dat moet lukken! Ik bijt op mijn tanden en geef Alex zo hard mogelijk een kopstoot. Verbaasd verzwakt hij even zijn grip op mij, waardoor ik mijn handen los kan wringen en de dolk uit zijn handen kan slaan. Meteen komt ook Jason in actie en geeft hem een stomp in zijn maag en Alex valt op de grond. "Ga snel naar huis!" roept Jason tegen me. "En jij dan?" roep ik terug. No way dat ik hem laat stikken hier. "Ik handel dit  wel af." zegt hij zo kalm mogelijk, maar ik hoor de woede in zijn ondertoon. Op de grond hoor ik Alex zachtjes kreunen. Shit, hij komt weer bij. "Oké..." mompel ik. Jason is inmiddels bij Alex en geeft hem een trap. Nee, dit wil ik niet zien. Ik draai me om en ren weg. "Ooit ben je van mij." hoor ik vaag Alex nog zeggen. Snel ren ik verder met een kloppend hart.

Ik ben ergens midden in de stad. De winkels liggen er maar verlaten bij en soms zie ik iemand in de verte lopen. Ik ren weer door en na een paar minuutjes kom ik aan bij mijn huis. Opgelucht open ik de deur en loop ik door naar mijn kamer, natuurlijk zo stil mogelijk om mijn familie niet wakker te maken. Eerst ga ik naar de badkamer om al het vuil van mijn gezicht te wassen. Ik ga voor de wastafel staan en gooi wat water in mijn gezicht. Dan doe ik mijn kleren uit en ga onder de douche staan. Na ongeveer een half uur vind ik dat ik eruit moet. Ik doe mijn pyjama aan en kruip in mijn bed. Bijna de hele nacht lig ik wakker en na te denken over wat Alex zei. Hij wilt mij... en hij wilt mij meenemen naar de vampier wereld. Er is dus blijkbaar veel dat ik nog niet weet. Ik ga morgen wel naar Jason om wat informatie te vragen.

Als het zeven uur 's ochtends is, besluit ik om "wakker" te worden. Ik ga voor mijn kast staan om iets leuks uit te zoeken. Ik mag dan misschien een vampier zijn, ik ben wel gewoon een meisje. Ik kies voor een rokje met een topje. Daaronder doe ik mijn vertrouwde allstars. Sinds ik een vampier ben heb ik een geheime voorraad van bloed ingezameld in een mini-koelkast die ik in mijn kleerkast verstop. Ik pak wat bloed en drink het binnen vijf seconden op. Het is zo goddelijk lekker! Ho, wacht! Dat heb ik niet gezegd. Het lichaam van Zac Effron is goddelijk. Niet bloed! Snel gooi ik het zakje weg en loop naar beneden. Halverwege de trap bedenk ik me iets en ren ik weer naar boven. Op mijn nachtkastje staat een flesje dat ik opdrink. Zo kan ik tenminste tegen de zon. Als ik beneden ben zie ik dat mijn moeder een ontbijtje voor mij heeft gemaakt. Ships... "Uhmmm, mam, ik heb eerlijk gezegt niet zo'n honger..." Ik pak mijn schooltas in en wil mijn jas pakken om weg te gaan. Maar voordat ik weg kan, wordt ik tegengehouden door mijn moeder. "Schat, ik maak me een beetje zorgen om je. De laatste tijd eet je zo weinig. Gaat het wel goed met je?" Ze kijkt me bezorgd aan. "Uh, ja hoor. Prima. Alles loopt vlotjes (nou eigenlijk niet) enzo. Waarom zou het niet gaan?" zeg ik zo zelfverzekerd mogelijk. Ze knikt wantrouwig en laat me los. Ik loop snel het huis uit. Even kijk ik om me heen en als ik niemand zie, ren ik op vampi-snelheid naar school.

Daar aangekomen zie ik Roos al staan. Natuurlijk bij Theo, en die staat natuurlijk weer bij de rest. Vluchtig zoeken mijn ogen Jason en pas als ik hem zie loop ik naar Roos toe. "Hi Kate! Hoe gaat ie?" Roos geeft me een knuffel en gaat daarna weer tegen Theo staan. "Wel goed hoor." mompel ik. Zou ik het Roos moeten vertellen? Zij is wel mijn beste vriendin, maar misschien is het beter als zij het niet weet. Ik ga eerst wel naar Jason. "Eh, ik ga even naar Jason." zeg ik. Roos geeft me een zacht duwtje en kijkt mij speels aan. Ik zucht en draai me om naar Jason, alleen hij is er niet meer. "Dan vraag ik het wel na school." mompel ik. Tegen Roos zeg ik: "Laat maar, zullen we naar de les gaan?" Dramatisch geeft ze Theo een zoen en loopt uiteindelijk mee. Ik rol even met mijn ogen en als ze me raar aan kijkt geef ik haar een duw. Lachend lopen we naar het lokaal. "Het is echt zo lang geleden dat wij iets leuks hebben gedaan. Sinds je een vampier bent geworden bedoel ik." Dat laatste fluistert Roos zachtjes. "Ik weet het, maar er is zoveel waarmee ik rekening moet houden. En morgen moet ik naar die studio, weet je wel." zucht ik. "Laten we dan vandaag iets leuks doen! Na school." zegt ze niet lettend op mijn slechte humeur. "Ik wil wel maar ik wilde Jason..." "Niks Jason. Het enige waar jij mee bezig bent is Jason. Nu gaan wij eens wat leuks doen." onderbreekt ze me en daarmee loopt ze de klas in. Ik weet dat ik er niks meer tegen in kan brengen. Morgen ga ik wel naar Jason. Ik volg haar de klas in en plof naast haar neer. Ik mag dan wel verandert zijn, maar helaas moet ik nog steeds naar school.

*****

HAPPY NEW YEAR!!!

Het is echt veel te lang geleden dat ik weer heb gepost. Maar soms heb je geen tijd en soms heb je geen inspiratie. Ik beloof dat ik meer zal gaan schrijven. Mijn voornemen voor het nieuwe jaar is ook dat ik meer ga posten. Ly all!

Comment&vote❤

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jan 03, 2015 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

vampireWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu