hoofdstuk 9

270 10 1
                                    

Ik word wakker met koppijn. Ook lijkt het wel alsof mijn keel in brand staat. Ik moet echt iets drinken. Huh, waar ben ik. Verbaasd kijk ik om me heen. Ik lig op een bed in een grote kamer. De muren zijn zwart en aan één kant is een heel groot raam met een balkon. Verder staat er een eikenhouten kast en een tv. Als ik probeer op te staan voel ik een stekende pijn aan mijn nek. Ik voel eraan en merk dat er een pleister zit. Ik bijt even op m'n tanden en stap uit bed. Meteen val ik weer neer door de duizeligheid. Ik zie dat er een glas water op het nachtkastje staat en drink dat op. Deze keer lukt het wel om te staan, maar gek genoeg blijft de brandende keelpijn. Ik loop naar de eerste deur die ik zie en kom in een badkamer. Als ik mezelf in de spiegel zie schrik ik. Mijn huid is bleek en glanst een beetje. Mijn haar is langer en voller. Mijn lippen zijn roze-rood, maar ik kan me niet herinneren dat ik lippenstift op heb gedaan. En dan mijn ogen...! Ze zijn niet donkerbruin zoals ik ze heb, maar bloedrood! Even sta ik als verlamd naar mezelf te kijken. Wat is er gebeurd met me. Dan weet ik het weer. Jason, kasteel, zoen, beet. Hij... hij beet me! Ik moet hem vinden. Ik denk dat ik weet wat er is, maar toch wil ik er niet aan denken. Ik doe de kraan open en gooi wat water in mijn gezicht. Als ik opkijk staat Jason achter me. Hij pakt me bij mijn middel en geeft me een kus. ''Heey schoonheid. Ik zie dat je wakker bent.'' Even smelt ik vanbinnen door zijn amberkleurige ogen en zwoele stem. Maar dan kom ik weer terug. ''Wat heb je met me gedaan?!'' Schreeuw ik angstig. Bang voor het antwoord dat ik niet wil horen. ''Je kan nu voor altijd bij me zijn.'' Zegt Jason glimlachend. ''Jason.'' Ik kijk hem recht aan en maak me los. Jason zucht. '' Kate, je bent nu een vampier.''

Ik sla hem met mijn vlakke hand in zijn gezicht. Kennelijk ben ik ook sterker geworden, want hij valt naar achteren. Snel ren ik weg. Ik... ik ben een vampier... Dat mag helemaal niet! Hoe moet ik mijn familie en vrienden nou normaal kunnen zien, als ik de drang heb om ze te bijten! Ho, wacht! Als ik door Jason een vampier ben geworden, betekent dat... omg! Dat betekent dat Jason ook een vampier is! Hij is dan vast ook diegene die die (o zo arme) docent heeft gebeten! Ik weet niet wat ik moet voelen. Haat, omdat ik nu een vampier ben, wat ik helemaal niet wil, of blijdschap, omdat ik nu eeuwig bij hem kan zijn. Oooh... Ik begin te snikken. Hoe moet dat nu met mijn zangcarrière?! Ik weet niet waar ik naartoe ren. Als het maar weg is van Jason. Ik hoef hem voorlopig niet meer te zien! Ik stop met rennen bij een bibliotheek. Wow, waarom heb je een bieb in je huis?! Nou ja, misschien kan ik hier wat meer informatie vinden. Het eerste wat met opvalt is een groot boek op een standaard. Ik loop er naartoe en zie dat het (gelukkig) over vampieren gaat. Ik sla de eerste bladzijde open. Niks interessants. Ik blijf erdoor heen bladeren tot ik opeens een bladzijde over hoektanden zie.

Elke vampier heeft hoektanden. Door te denken dat ze te voorschijn komen, komen ze ook echt te voorschijn.

Ik kijk om me heen en zie een spiegel. Ik loop er naartoe en denk aan mijn hoektanden. Opeens zijn ze er! Nu zie ik er echt als een vampier uit. Het staat best wel gaaf, maar ook eng. Ik denk eraan dat ze weg zijn, maar ze gaan niet weg! Shit! Snel kijk ik in het boek. Oeps, de kleine lettertjes niet gelezen.

Een beginnende vampier kan zijn hoektanden pas weghalen nadat hij mensenbloed heeft gedronken.

Ja nee! Gadver! Ik ga echt geen mensenbloed drinken! Ik blader verder en stop bij zonlicht. Blijkbaar kunnen beginnende vampieren niet tegen zonlicht de eerste paar weken. Lekker dan... Daarna irriteert het me alleen. Daar gaat het lekkere zonnen op het strand. Wat is het toch leuk om vampier te zijn! sarcasme... Zuchtend doe ik het boek dicht. Om alles op een rijte te zetten: 1. Ik snak naar mensenbloed. 2. Mijn hoektanden gaan niet weg. 3. Ik kan niet tegen zonlicht. 4. Dus mijn zangcarrière is meteen kapot, want ik kan vrijdag niet komen. 5. Ik kan mijn familie en vrienden niet normaal zien. Conlusie: Ik haat Jason. Gefrustreerd draai ik me om. Jason staat voor me. ''Jason! Ik wil geen vampier zijn! En deze hoektanden gaan pas weg als ik bloed drink!'' Schreeuw ik gefrustreerd. ''Rustig Kate. Ten eerste heb ik hier wat bloed voor je. Ten tweede kunnen we nu voor altijd samen zijn!'' Hij wil me weer zoenen, maar ik loop weg. ''Nee... ik kan niet eens in het zonlicht komen. Hoe denk je dat ik vrijdag naar Ray kan gaan? Niet! En mijn familie dan? Die kan ik niet meer normaal zien zonder dat ik er naar snak om ze te bijten!'' Ik wil weg lopen, maar hij pakt mijn polsen vast. ''Daar ga ik je juist mee helpen.'' ''Hoe dan?'' Vraag ik boos. ''Ik mag niet in zonlicht komen en ik wil iedereen bijten.'' Jason zucht. Hij loopt weg en komt even later met een beker terug. ''Hier. Drink maar op.'' Hij geeft me de beker. Ik kijk erin en zie een smeuïg rood spul. Bloed. ''Haha, als je denkt dat ik dat ga opdrinken heb je het mooi mis!'' Ik kijk er met een vies gezicht naar. Gadver... ''Oké, maar dan blijven je hoektanden en de pijn in je keel.'' Hij trekt zijn wenkbrauw op en zuchtend neem ik een slok. Het is warm en zoet. Eigenlijk best wel lekker. Voorzichtig neem ik nog een slok. Ik kijk weer in de spiegel en zie dat mijn hoektanden zijn verdwenen en ook is de brandende pijn in mijn keel minder geworden. Ik geef hem de beker en loop weg. Dit keer houdt hij met gelukkig niet tegen. Het is nu natuurlijk niet zo dat ik hem het vergeef alleen maar omdat hij me wat bloed gaf. Ik zie de voordeur. Zodra ik de deur open doe komt er zonlicht op me. Meteen begint mijn huid te verbranden. ''Au, shit!'' Mompel ik en doe snel de deur dicht. Dat betekent dat ik dus totdat het donker is opgesloten zit in dit huis, met Jason. ''Ugh.'' Zucht ik diep. Ik ga maar op zoek naar de keuken. Het duurde wel even tot ik het vond. Volgens mij heb ik het hele huis gezien. Gelukkig kwam ik Jason niet tegen. Ik loop naar de twee koelkasten, waarom twee? Ik doe de eerste open. Wow, de hele koelkast zit volgepropt met bloedzakken. Snel doe ik de koelkast dicht. Helaas zit de tweede ook vol met bloeddzakken. Zuchtend doe ik die ook dicht. ''Vampieren eten geen mensen voedsel. Wij leven van bloed.'' Hoor ik Jasons stem bij mijn oor. Verschrikt draai ik me om. ''Bedoel je dat ik niet meer kan genieten van muffins of pizza of... of frisdrank?!'' Vraag ik wanhopig. ''Nee, dat kan niet meer, maar inplaats van alle negatieven dingen van het vampier zijn te bedenken, kan je ook kijken naar alle positieve dingen.'' Ik kijk hem raar aan. ''Welke positieve dingen? Er is hier niks positiefs aan!'' Gil ik boos. ''Toen je me vroeg of ik voor altijd bij je wilde zijn, bedoelde ik dit niet!'' Ik loop weg, maar hij komt achter me aan. ''Nou, je kan vliegen, je bent onsterfelijk en we kunnen voor altijd bij elkaar zijn!'' Ik kijk hem boos aan. ''Er is geen 'we'. Ik haat je.''

vampireWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu