hoofdstuk 6

86 2 0
                                    


'mrauw miauw' ik word wakker van mijn kat die eten wilt. Als ik in de spiegel kijk merk ik dat ik eruitzie als een spook. Ik loop naar de bank ga daar voor me uit zitten staren.

p.o.v. Isabella (moeder Vanessa)

Als Vanessa naar beneden komt lopen ziet ze er niet uit en gaat ze weer op de bank voor zich uit zitten staren. 'Wil je alweer naar school?'. Geen reactie. 'Vanessa, wil je alweer naar school'. Weer geen reactie. Ik besluit haar school te bellen om te zeggen dat ze morgen weer naar school gaat. Ik hoop dat als ze weer naar school gaat ze zich beter voelt.

3 weken later

'Vanessa, je moet naar school' roep ik. Het gaat alleen maar slechter met Vanessa ze haalt slechte cijfers zit alleen maar op de bank vooruit te staren. Haar vader denkt eraan om haar naar een psychiater te sturen. Hij vindt dat ze zich niet zo moet aanstellen maar ik denk dat ze een heel groot trauma heeft opgelopen.

p.o.v. Vanessa

Ik loop weer alleen door school met een leeg gevoel. Het is niet zoals ik had gedacht. Ik dacht dat ik van al mijn zorgen af was en gewoon weer met mijn vrienden kon feesten maar ik voel me alleen maar leeg. Mijn moeder zegt dat dat komt door dat ik een trauma heb opgelopen. Als ik al slaap droom ik over dat ik weer terug ben bij vampiers en dan voel ik me op de een of andere manier beter dan hier. Ik ben het mens zijn verleerd. Mijn vrienden proberen me tijd te geven maar ik ben al drie weken thuis en voel me nog steeds niet beter. Ik besef nu pas dat ik Liam en Levi hun huis als thuis ben gaan zien en alles wat ik daar moest doen als normaal.

Als ik thuis kom zitten mijn vader en moeder in de woonkamer op mij te wachten. 'Vanessa, lieverd we moeten met je praten'. Begint mijn moeder rustig. Ik kijk ze verbaast aan. 'Wij hebben het idee dat je een groot trauma hebt opgelopen' gaat mijn moeder verder. 'Jij gaat voorlopig in een psychiatrische instelling wonen totdat je beseft dat dit kinderachtige gedoe niks helpt'. Maakt mijn vader mijn moeders zin af. Ik schrik op. 'Jullie willen me naar een wat sturen?!' schreeuw ik. 'Rustig lieverd het is beter voor je' zegt mijn moeder. 'Jullie hebben me twee jaar niet gezien dus hoezo weten jullie wat beter voor mij is?' Ik loop de trap op naar mijn kamer.

Ik word 's ochtends wakker met het idee dat alles een droom was. Maar aan de ingepakte tassen die op mijn kamer liggen te zien is dat niet zo. Een taxi komt me ophalen en alleen mijn moeder is er om me uitte zwaaien mijn zusje weet er niks van en mijn vader is al aan het werk. Ik stap in de taxi en word weg gereden. Het gebouw ziet er meer uit als een fabriek dan een leef gebouw. Eenmaal binnen aan gekomen staat er zo'n oude heel enthousiaste vrouw te wachten. Die begint alles aan me uit te legen met een irritante kleuterjuf stem. Ik heb een kamer voor mij alleen waar een raam een bed en een kast zijn. Ik ga in het raam zitten en naar buiten kijken. Ik zou graag nu naar buiten gaan en door het bos lopen. Vanaf hier hoor ik wel de vogels fluiten maar meer hoor ik niet.

September

Oktober

November

December

Ik zit hier al vier maanden vier volledige maanden en het wordt er niet beter op. Ik mis mijn vrijheid. Het eten van thuis. Mijn kamer. Alles ik mis alles. Ik loop mijn kamer uit over de gang naar de lunch zaal. En dan weer terug naar mijn kamer. Met het avond eten loop ik weer mijn kamer uit naar de eetzaal en weer terug. Heel lang hou ik het hier niet meer uit. Ik ken elk hoekje van dit gebouw elke tegel elk boek maar geen enkel persoon. Behalve de eigenaresse.

Mijn ouders heb ik al weken niet meer gezien. En mijn zusje denkt dat ik weer ontvoerd ben. De politie is wel een aantal keer langs geweest maar ik zeg nog steeds niks. Ik praat niet, ik luister niet, ik doe niks, ik eet wel maar ik slaap weinig. Het enigste wat ik doe op een dag is naar de eetzaal en paardenstallen lopen. Ook nu loop ik naar de paardenstallen. Het eerste paard waar ik heen ga is storm een prachtige zwarte merrie die een bordje heeft hangen waar opstaat gevaarlijk. Maar eigenlijk is het een heel lief paard. 's Avonds loop ik weer terug naar mijn kamer om voor de zoveelste keer niet inslaap te vallen.




slave from a vampireWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu