"The belief in a supernatural source of evil is not necessary. Men alone are quite capable of every wickedness.
- Joseph Conrad
Loyd
Het geschreeuw was vroeger begonnen dan gebruikelijk. Misschien was het omdat zijn vader eerder thuis was gekomen dan normaal, misschien kwam het door de ruzie tussen zijn broertje en zusje over wie er achter de playstation mocht, of misschien door het bord dat op het aanrecht stond en niet in de vaatwasser was gezet.
Hoe dan ook, de reden deed er niet toe. Er was altijd wel een reden voor zijn vader om tegen zijn moeder te schreeuwen, altijd een reden om zijn moeder te slaan.Omdat er altijd wel een reden was, deed Loyd niet meer zijn best om zich af te vragen waarom het gebeurde.
Dat was verspilde moeite, had hij ondervonden.
Het feit dat de voordeur eerder dichtviel dan normaal, was een ramp voor zijn moeder. Ze had het eten nog niet klaar, het huis was nog niet opgeruimd en had zijn broertje en zusje nog niet ingefluisterd dat ze zich moesten gedragen als hun vader thuis zou komen. Al die dingen die ze normaal gesproken vóór 6 uur deed, zodat wanneer zijn vader terugkwam van de kroeg, er niets te klagen viel. Hij kon gewoon gaan zitten en bediend worden door zijn vrouw, terwijl zijn kinderen stil en netjes aan tafel zaten, precies zoals zijn vader het wilde.
Zo wilde zijn vader het, en zo moest het zijn. Het feit dat hij om 5 uur al dronken binnen was komen strompelen had zaken veranderd.
Loyd en zijn moeder wisselden een blik uit. Zijn moeder probeerde niet te laten merken dat ze doodsbang was voor de gevolgen van de dichtvallende deur. Tyler, 11 jaar oud, en Amy, 7 jaar oud, waren gestopt met hun discussie over wie er achter de PlayStation mocht. Het maakte niet eens meer uit.
'Hoe was je dag, Alexander?'
'Hoe gaat het?'
'Heb je zin in een ovenschotel?'
Alsof slijmen zin had, dat had het bijna nooit. Zijn vader stelde geen enkele vraag terug. Het kon hem niet schelen dat zijn vrouw degene was die naar haar werk was gegaan, het huis had opgeruimd, en ook nog voor de kinderen had gezorgd.
In plaats daarvan liet hij met een verbeten gezicht zijn blik door de ruimte dwalen. Loyd vroeg zich af waarover zijn vader nu weer zou ontploffen. Was het het verdwaalde bord op het aanrecht? De kruimels op de salontafels van het broodje van Tyler? Het feit dat de ovenschotel pas over een kwartier klaar zou zijn, en niet meteen?
Er waren genoeg dingen waar zijn vader over kon ontploffen, daarom ging Loyd dicht bij Tyler en Amy zitten. Elke keer als hij dat deed, voelde het alsof hij zijn moeder aan haar lot overliet. Hij wilde zijn moeder beschermen, echt wel. Maar het resultaat daarvan bleef altijd hetzelfde: Hij zou de volgende dag met een blauw oog, pijnlijke ribben of scheldwoorden die in zijn hoofd bleven dwalen zitten, en zijn moeder zou het alleen maar harder moeten ontgelden.
Het was een duivels dilemma. Hij kon niet zijn moeder beschermen én zijn jongere broertje en zusje en zichzelf. Dus toen zijn vader zijn moeder een duw gaf en afsnauwde, trok hij Amy en Tyler naar boven.
Ergens was het zonde van het eten waar zijn moeder haar best op had gedaan. Dat zou koud worden en misschien helemaal niet aangeraakt worden. Hij zou de hele tijd met Tyler en Amy op de kamer van Tyler zitten. Het was een grote kamer met een computer waar Tyler achter zou zitten, met een koptelefoon om het geschreeuw van beneden te dempen.
Loyd was 17. Het was vrijdag, en hij wilde naar vrienden, maar hij zou nooit zijn jongere broertje en zusje in huis vol geweld achterlaten.
Dat kon hij simpelweg gewoon niet.
En daarom verspilde hij zijn tijd niet met daarover te wensen.
Toen hij opzij keek naar Amy, zag hij de eerste tranen al over haar wangen glijden. Hij haatte het. Hij haatte het zo om haar elke keer weer verdrietig te zien. Hij probeerde zijn gezichtsuitdrukking van chagrijnig, boos en verdrietig te veranderen naar een geruststellende glimlach voor Amy. Dat lukte. Hij had het al zo vaak gedaan. De laatste keer dat hij had gehuild, kon hij zich niet herinneren.
Hij moest sterk blijven voor zijn moeder, Tyler en Amy.
Dat was het enige wat hij kon doen voor ze.
'Kunnen we niet naar buiten toe?' vroeg Tyler smekend. Hij had zijn computer al opgestart, maar toch keek hij vragend, bijna smekend naar Loyd.
Hoe graag Loyd ook ja wilde zeggen op die vraag. Hoe graag hij ook wilde ontsnappen aan het geschreeuw, aan het geweld van zijn ouders, wist hij dat naar buiten gaan gezeik met zich mee kon brengen. Zijn vader kon hen terugtrekken met alle pijn van dien. Hij was niet bang voor pijn, maar hij wilde het risico dat zijn vader, Tyler en Amy pijn zou doen, zoveel mogelijk beperken. Daarnaast wilde hij bij zijn moeder in de buurt blijven.
Dus schudde hij zijn hoofd. 'Sorry Ty, beter van niet. Het zal zo wel over zijn.'
'Zo? Het is nooit zo over.'
Tyler had gelijk, natuurlijk had hij gelijk: Het was een van de vele leugens die hij hen bleef voorschotelen. Een van de leugens waarmee hij hoopte hun pijn te verzachten.
Maar misschien zat de pijn er al te lang om het te verzachten. Het was nu zes jaar geleden dat hun vader zijn baan verloor en zijn nieuwe beste vriend vond: drank. Het had alles kapot gemaakt, zijn zusje wist niet anders dan de mishandeling, en ook Tyler kon zich niet veel andere dingen herinneren.
Maar Loyd kon zich nog wel andere dingen herinneren. Hij had mooie herinneringen, leuke herinneringen, liefdevolle herinneringen. Bij hem was het zien van de mishandeling en later zelf de klappen ontvangen er langzaam ingeslopen. Misschien was het beter om nog iets van liefde van zijn vader gekend te hebben, maar misschien ook niet. Soms probeerde hij nog een glimp op te vangen van de man waar hij vroeger van gehouden had, van de man die alles voor hem en zijn moeder had gedaan. En dat maakte het erg moeilijk, want hoe erg hij ook zijn best deed, hoe goed hij ook keek, de man die hij vroeger graag zijn vader noemde leek verdwenen te zijn, de man waar hij vroeger troost had gezocht wanneer hij verdrietig was, leek verdwenen te zijn.
Loyd vond het verschrikkelijk dat Tyler en Amy zich geen leuke dingen konden herinneren, nooit hun vader echt hadden leren kennen, maar misschien was het dus wel beter.
Het geschreeuw hield niet op en hij hoorde de eerste klap vallen, gevolgd door een jammerende kreet van zijn moeder. Hij knikte naar de computer van Tyler als teken dat het beter was als Tyler zich gewoon ging focussen op het spelletje waar hij eigenlijk te jong voor was, en hij probeerde Amy te troosten door haar op schoot te nemen.
'Waarom is papa altijd zo boos, Loyd?' Een traan rolde over haar wang.
Hij veegde de tranen weg, ook al zouden er wel weer nieuwe tranen komen.
'Papa heeft een lange dag gehad en vindt het lastig om daarmee om te gaan.'
Hij probeerde zijn stem neutraal te laten klinken, niet doordrenkt van woede. Het zou niets oplossen als Amy zijn vader net zo erg als hemzelf zou haten.
Amy knikte voordat ze haar hoofd nestelde tegen de borst van Loyd. Loyd aaide haar over haar blonde haren, die vaak in de knoop zaten door de krullen, tot hij voetstappen op de trap hoorde klinken.
De voetstappen klonken hard, boos, en Loyd wist dat het niet zijn moeder was die hen kwam vertellen dat het oké was.
Nee. Het was zijn vader.
En als hij naar boven kwam, betekende dat maar één ding en dat was dat zijn moeder zich niet lang genoeg staande had gehouden en zijn vader nog meer agressie had om dat op iemand te richten.
Loyd sprong op van zijn bed en ging beschermend voor de deur staan. Hij wist niet hoe de avond zou eindigen, maar één ding wist hij zeker en dat was dat hij morgen weer met nieuwe blauwe plekken naar school moest. Het enige wat hij hoopte was dat hun vader het alleen op hem af reageerde en niet op Tyler of Amy.
Dat was zijn enige hoop voor die avond.

JE LEEST
Wie we zijn.
Fiksi Umum5 jongeren. Allemaal hun eigen verhaal, hun eigen verdriet en herinneringen. Ace lijkt al een tijd nergens meer om te geven en rechtvaardigt zijn woede en gedrag met zijn verleden. Sebastian heeft zijn hele leven gehoord dat hij niks waard is en be...