4. A fake smile

280 10 0
                                    

Maggie's POV.

Het is ochtend. Ik word wakker in Peter's armen. Hij heeft me best stevig vast. Ik probeer me los te krijgen uit zijn greep. Het zonlicht schijnt net door een kier van de gordijnen. "Waar ga je heen schat?" hoor ik in mijn oor. Ik schrik me kapot. Hij is het. De kamer veranderd in een grot. De grot. Overal ligt bloed. Mijn bloed.

Ik schrik wakker en ik kijk om me heen. Ik lig in mijn eigen bed in Peter's armen. Dit keer is het wel mijn Peter. Ik probeer me uit zijn armen te wurmen. Peter pakt me beet en begint me te kietelen. Hij gaat boven op me liggen. "Waar dach jij heen te gaan?" vraagt hij. "Naar de eetzaal. Ik heb best honger," zeg ik. Hij zoent me en gaat naast me liggen. Ik leg mijn hoofd op zijn blote borst en hij slaat zijn arm om me heen. Hij is lekker warm. "Lekker geslapen?" vraagt hij. "Ja," lieg ik. "Leugenaar. Ik hoorde je praten in je slaap en het was nou niet echt vrolijk," zegt hij. "Je hoeft je gewoon niet zoveel zorgen te maken," zeg ik. "Dat moet ik wel. Ik hou van jou. Jij bent mijn koningin. Niemand doet jou zomaar pijn," zegt hij. Hij zoent me weer. Hij trekt zich snel terug. "We moeten ons omkleden," zegt hij. Hij stapt uit bed en trekt me overeind. Hij loopt naar de badkamer. Ik loop naar mijn inloopkast. Ik doe mijn sneeuwwitte jurk aan. Mijn blauwgroene mantel om. Mijn haar in een koninklijke knot. En mijn kroon op.

Ik loop naar beneden. Onderweg kom ik Susan en Caspian tegen. Ik neem Susan mee zonder iets te zeggen. Ik sleur haar mee naar mijn kamer. Susan is een goede vriending van me en daar ben ik heel blij mee. Ik ga op mijn bed zitten en ze gaat aan de andere kant zitten. "Susan. Een paar dagen geleden ging ik rijden op Lady. Maar midden in het bos sprong ik van mijn paard af en ik werd verkracht," zeg ik. Ik schaam me dood. Maar het moet voor hun veiligheid. Ik zie dat Susan zich dood schrikt. "Zorg dat jij en Lucy nu uit het bos blijven zodat het niet bij jullie gebeurt," zeg ik. Ze knikt geschrokken.

Ik ren naar beneden en ik ga aan de ontbijt tafel zitten. "Goedenmorgen," zeg ik vrolijk. Ik ben niet echt vrolijk. Ik zat de laatste paar dagen alleen met mijn hoofd hoe ik het Peter zou vertellen. Ik ben nog steeds heel depri. Maar als de rest gelooft dat ik vrolijk ben, heb ik er geen problemen mee. "Zo, zo. Goed humeur," zegt Ed. Ik gniffel. Ik eet braaf mijn ontbijt op. Ik heb dagen niet gegeten. "Maggie heb je zo tijd?" vraagt Peter. "Ja hoor," zeg ik. Ik heb geen idee wat we gaan doen. Ik loop naar de troonzaal. Voor de troonzaal stop ik met lopen. Ik hoor allemaal geschreeuw. Ik leg mijn hand op de muur. Ik kijk via mijn gave in de troonzaal. Lucy en Susan hebben ruzie. Lucy wil gaan rijden. Maar Susan probeert haar tegen te houden. "Waarom mag het niet?" vraagt Lucy boos. "Omdat Maggie is verkracht!" roept Susan boos.

The chronicles of Narnia: The dark princeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu