hoofdstuk 8

132 11 0
                                    

Met een schreeuw kom ik wakker. Ik ben helemaal nat van het zweet en huil. Mama komt binnen en knipt het licht aan. Haar ogen vinden de mijne en ze glimlacht medelevend. 'Heb je weer gedroomd? vraagt ze terwijl ze bij mij op bed komt zitten.ik reageer niet maar ik zie aan haar reactie dat ze dit wel had verwacht. Ze veegt men tranen weg en zegt wat ze iedere nacht tegen me zegt: ' Je hoeft niet bang meer te zijn. Je bent hier veilig en ik beloof dat we er voor zullen zorgen dat zo iets nooit meer gebeurd.' Ze duwt een kus op mijn voorhoofd. 'Ga maar weer slapen. Morgen wordt een zware dag' ze staat op en gaat weg. De deur blijft op een kier en ik merk dat ze het licht in de gang voor me aan laat. Ik laat me terug in bed zakken en kijk men kamer rond. Mijn ogen vallen nanna die op de hoek van mijn bureau ligt. Zou ik? Het lijkt zo kinderachtig... toch sta ik op en loop naar men bureau. Ik neem het lappenpopje op en wordt onmiddellijk geraakt door de vertroiwdheid er van. Met haar stevig in men armen geklemd kruip ik weer in bed en val bijna onmiddellijk in slaap en voor het eerst in lange tijd slaap ik nachtmerrie vrij.

Wanneer ik wakker wordt geeft mijn wekker aan dat het 11 uur is. Nog 2 uur voor ik op het politiekantoormoet zijn. Ik zucht. Als er nu een ding was waar ik niet naar uit kijk. Met veel tegenzin sta ik op, was me, kleed me aan en ontbijt. Ik heb amper nog een uur over wanneer ik helemaal klaar ben. Die tijd gebruik ik om de gitaar die ik gisteren gekregen had uit te proberen. Ik leer mijn errste akkoorden en verbaas me er van hoe ingewikkeld dit wel niet is. Het lijkt zo eenvoudig. Ik ben zo geconcentreerd bezig dat ik niet eens merk dat mijn ouders thuis komen om me naar het politiebureau te voeren. Ze glimlachen als ze me zien zitten spelen en het duurt even voor ik merk dat ze er staan. 'Wat goed van je', glimlacht papa. Je hoort echt al goed wat de bedoeling is. Ik glimlach hem dankbaar toe en berg men gitaar op. Nanna steek ik ongezien in mijn jaszak. Zij zal me beschermen. Nerveus, angstig en lichtelijk verward kruip ik in de auto maar de rit zelf gaat in een waas aan me voorbij. Wanneer we bij het politiekantoor aankomen merk ik dat fotografen en cameramannen bij de ingang rondzwermen. Mama die vanachter naast me zit legr bemoedigend een hand op men bovenbeen maar ik grijp naar nanna in men jaszak. Ik haal ze niet uit. Laat staan dat iemand haar zou zien maar de aanraking laat me ontspannen. Wanneer ik uitstap sluit ik men hand nog wat steviger rond men lappen popje. Cameras beginnen onmiddellijk aan honderd per ur te flitsen en leggen elke beweging die ik maak vast. Ik verstijf. Konden ze me nu niet gewoon met rust laten. Mama kijkt me verbaasd aan wanneer ik zo plots blijf staan en draait haar om om me te komen halen maar ze stopt halvetwege. Ik voel een hand op men schouder en wanneer ik opkijk zie ik jonas naast me staan. 'Sorry dat ik wat laat ben', fluistert hij met een glimlach. Onmiddellijk ontspan ik als hij me meevoert naar de ik gang van het politie bureau terwijl ik maar een ding kon bedenken. Wat ben ik blij dat hij hier is

gebrokenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu