3. (Herschreven)

513 41 2
                                    

'I-ik heb een wat?!' vraag ik verbijsterd.

'Een gebroken ruggengraat, schatje.' zegt mijn moeder uiterst kalm.

'Maar hoe dan?! Hoe is dit gebeurd?' vraag ik half in paniek.

'Bij de verbouwingen aan de overkant van de straat is een gasleiding geraakt. Die is toen geëxplodeerd en, nou ja, toen viel de zijkant van ons huis eruit, dus ook jij...' legt mijn moeder uit.

'Ah, ik hoor dat het al is verteld,' zegt de dokter, 'maar er zijn een paar dingen die je moet weten. Je kan waarschijnlijk niet meer lopen, maar we willen wel een operatie doen om de kans dat je kan lopen niet helemaal uit te sluiten. Ook zul je de komende tijd nog best lang in het ziekenhuis moeten liggen, om te herstellen van je klap.' Nooit meer lopen? Nee! Ik wil nog zoveel doen in mijn leven, en dan nu dit! Gelijk zie ik alle beelden voorbij flitsen van dingen die ik nooit meer kan doen. Huilend val ik in een diepe slaap.

**
De dagen daarna lopen er allemaal doktoren, vriendinnen en familie mijn kamer in en uit. Ik kan zowat al zwemmen in de bloemen en de kaartjes. Nou ja, zwemmen eigenlijk niet, want dat kan ik natuurlijk niet meer. Shit, ik kam echt niks meer doen. Niet zwemmen, niet sporten en zelfs niet die verschrikkelijke piepjestest rennen. Waarom moet mij dit overkomen?

Dit deur van mijn zaal vliegt opeens open en er wordt een bed binnen geduwd. Zo goed en zo kwaad als maar kan, hijs ik mezelf soort van omhoog - hoger dan 1 centimeter mag ik niet - om in het bed te kijken. Mijn nieuwsgierigheid zal altijd blijven.
Ik zie een extreem knappe jongen met bruin haar en een groot verband om zijn schouder in het bed liggen. Opeens vergeet ik alles om me heen, de obsessie vanwege die jongen raakt me hard. God, wat is hij knap.

En, alsof alle geluk opeens weer terugkomt naar me, wordt de jongen naast me gelegd.

'Hoi!' zeg ik enthousiast.

'Huh, hallo?' vraagt de jongen verbaasd.

Om beter antwoord te kunnen geven, probeer ik nog wat hoger te komen. Verkeerde keuze, het schiet in mijn rug.
'Au!' roep ik uit en ik zak gelijk weer naar beneden.

'Aw, wil je iets tegen de pijn hebben? Ik heb hier nog een pilletje. Dankbaar neem ik het pilletje aan, pijnstillers kan ik nu wel gebruiken. Het smaakt raar zoet en voordat ik het weet, voel ik mezelf wegzakken en voel ik dat iemand me aanraakt.

En toen was alles anders {HERSCHRIJVEN}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu