5

523 26 1
                                    

Donker.

Een gil.

Ik werd wakker en probeerde mijn ogen te openen, met succes.

Weer een gil.

Ik schoot overeint wat veel stof met zich mee bracht. Mijn ogen wenden langzaam aan de duistere ruimte. Ik zag wat vage voorwerpen door het schemerlicht wat door een klein raampje naar binnen kwam.

Een nieuwe gil.

Een gil vol pijn. Wat moest ik eraan doen? Wat kon ik eraan doen? Ik zat zo goed als opgesloten in een ruimte. Of niet? Zou hier een deur zitten? Dan kon ik ontsnappen! Wil ik eigenlijk wel ontsnappen? Wie weet wat daarbuiten allemaal gebeurd... Ik moet ontsnappen, anders kan ik het meisje van mijn dromen nooit meer zien. Ik stond op en liep naar het raampje. Ik keek naar buiten maar alles wat ik zag was water. In de verte was wel een eilandje te zien, maar dat was het ook. De maan glinsterde aan de hemel. Ik ontdekte aan de zijkant een bos, een donker bos. Ik kon net een paar takken zien. Dit grensde dus aan een bos, misschien wel een oerwoud. Het bos waar we gepakt werden. Isabell moest hier dus ook zijn! Ik liep de kamer door en ontdekte een deur, van staal, dicht en op slot. Ik legde mijn oor op de deur en luisterde. Ik hoorde wat geschuifel. 'Ga weg!' Duidelijk, heel duidelijk. Isabell... Ik bonkte hard op de deur. 'Isabell!' Riep ik. Het was stil. 'Ashton!' Paniek was te horen in haar stem. 'Ashton gedraag je alsjeblieft!' Een klein snikje in haar stem maakte me agressief. 'Waarom?!' Het bleef even stil. 'Isabell!' Riep ik. Ik bonkte opnieuw tegen de deur. 'Nee! Laat hem met rust!' Gilde ze. Ik begreep al snel waarom ze het zei. De stale deur werd opengesmeten en een enorme man stapte op me af. Hij groop me bij mijn arm en gooide me in een hoek. Met een doffe klap kwam ik terecht op de grond. De pijn nam mijn zicht over en mijn longen werden leeg gedrukt. Ik hapte naar adem terwijl mijn zicht wazig werd. 'Ashton!' Het laatste wat ik hoorde. Bezorgdheid in haar stem. Het stak in me, het raakte me harder dan de klap die ik net had gevoeld. De man verdween weer en de deur werd met een harde klap dicht gedaan. Mijn ogen vielen dicht.

Ik werd langzaam wakker in stilte. Mijn rug deed pijn, het voelde als flinke spierpijn. Ik schrok van een streel door mijn haar. Ik keek omhoog. Een druppel viel op mijn schouder. Ik besefte me dat ik op schoot lag van een huilend meisje. Haar haar kriebelde een beetje over mijn gezicht. Ze opende haar ogen die me direct doorboorden. Isabell. Ze begon te lachen en huilen te gelijk. 'Isabell.' Mijn stem klonk zwakker dan de bedoeling was. Ze wreef met haar hand langs mijn wang. 'Ik dacht dat je dood was.' Zei ze zacht. Ik keek haar aan. 'Dan moet er heel wat meer gebeuren.' Glimlachte ik. Haar ogen lichten wat op en haar mondhoeken krulden omhoog. Ik kwam langzaam overeint en kroop tegen de muur aan. Ik wees naar haar en klopte naast me. Ze kroop naast me en leunde met haar hoofd tegen mijn borst aan. Hier had ik van gedroomd. Dit voelde goed, heel goed. Beter dan al die andere meisjes... Slechts oefenen voor mijn Isabell, zo kon ik het perfect doen. Ik wist beter hoe ik meisjes moest versieren, ik wist beter hoe ik ze moest verwennen en hoe ik ze in mijn macht kon krijgen maar bij Isabell leek al mijn ervaring in een oogwenk verdwenen. Ze deed iets met me. Ze maakte me gek. Ze maakte mij in staat om mijn leven te geven voor haar. Ze liet me van haar houden door alleen al naar me te glimlachen. 'Waar denk je aan?' Vroeg ze zacht. Ik sloeg mijn armen om haar heen. 'Jou.' Fluisterde ik zacht in haar oor. Ze giegelde zenuwachtig. 'Hoe kun je nou aan mij denken?' Vroeg ze toen serieus. 'Hoe niet?' Vroeg ik terug. 'Ik ben vreselijk! Ik heb je gewoon aan de kant gezet voor Kay! Ik heb jou nicht vermoord, ik was zelfs in staat jou te vermoorden...' Zou ze dat kunnen? Mij vermoorden. 'Zou je het gedaan hebben?' Vroeg ik aan haar. Ik voelde dat ze haar vingers samen trok. 'Ja.' Zei ze zacht. Mijn hart leek even stil te staan. 'Maar, ik was verward. Nu zou ik het niet doen. Nu behoor je tot mijn geliefden, die doe ik niks.' Juist, die had ik ook. Geliefden. Mijn geliefde was: Isabell. Zij was mijn wereld. Ik heb haar lang gevolgd om uiteindelijk haar verliefd te laten worden op me. Ik had me voorbereid op een afwijzing maar dat was niet nodig. Ondanks dat ze in het begin wat afstandelijk deed, voelde ze zich nu juist aangetrokken tot me. Natuurlijk was dit egoïstisch, dat wilde ik niet, maar dit was de waarheid. 'Wie zijn jou geliefden?' Vroeg ze. Ik keek haar aan. Schijnbaar zei mijn blik genoeg. Woorden waren overbodig. Ze klom iets tegen me aan en kuste me. Mijn hart maakte een sprongentje en begon hevig te bonken. Mijn buik vulde zich met een prettig gevoel en ik ging mee in haar bewegingen. Ik legde mijn handen op haar goed gevulde kont en mijn hormonen begonnen te spelen. Dat kon niet hier.

Na een hevige kus liet ze me tevreden los. Verlangend nam ik ook afstand. Ik wilde meer maar hier was het geen goed idee. Ze ging uitgeput tegen de muur zitten. 'Isa.' Ze keek me aan. 'Ik hou van je.' Zei ik. Ze begon te blozen. Een straaltje licht van buiten scheen op haar huid en ik zag er allerlei blauwe plekken en wonden op. Ik kroop naar haar toe en omhelsde haar. Ik begon haar in haar zij te porren en lachend viel ze achterover. 'Nee! Ahahahaa! Hou op! Ashton!' Gilde ze lachend. Ik liet haar los en keek haar lachend aan. 'Ssst.' Zei ik. Ze grijnsde breed. Ze kwam omhoog en duwde me op de grond. Terwijl ze over me heen kroop kruisten onze ogen elkaar opnieuw. Van een kietel gevecht naar een passievolle zoen. Van een passievolle zoen naar onze lust stillen. Onze hormonen wonnen opnieuw de strijd.

BadAshWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu