13

23 2 0
                                    

Na het gesprek met Milo voel ik mij een stuk beter. Ik weet niet waarom, maar soms gaat mijn humeur alle kanten op, en kan ik opeens in huilen uitbarsten. Verschrikkelijk.
Uiteindelijk ben ik naar beneden gelopen en de jongens begroeten mij vriendelijk.
Robbie komt naar mij tie gelopen "es, ik zie dat je het moeilijk hebt, wil je het erover hebben?" en hij kijkt me bezorgt aan. "Nee hoor. Ik heb alles aan milo verteld, hij was bij mij. We hebben gepraat en ik voel me nu weer oke. Ik ga even een rondje lopen trouwens, alles werd ff teveel." Robbie knikt. "Doe je voorzichtig esje? tot zo, love you." zegt hij. "Komt goed robje. Tot zo, love you" zeg ik terug en ik loop naar de gang, doe mijn jas en schoenen aan en loop naar buiten. Een sigaret, dat is waar ik zoveel zin in heb. Als ik zeker weet dat de jongens mij niet meer kunnen zien loop ik naar een bankje toe en steek ik mijn sigaret op. God dit had ik nodig. Ik laat de rook door mijn longen glijden en blaas het uit. Gelijk voel ik de nicotine in mijn hoofd, dit gevoel heb ik gemist. Gelijk app ik Meave.

"Ik mis je."

"Ik jou ook.
wanneer kom je weer langs.?"

"Ik kan morgen wel komen?"

"Is goed tot morgen. <3"

"<3"

Ik doe mijn telefoon uit en kijk gelukkig naar voren. God wat ben ik blij met haar, mijn lieve vriendin.
"Kijk eens wie we daar hebben, Esmee. Ik had jou niet zo verwacht." Ik schrik en draai mij om. Kutzooi, Sander staat voor mijn neus. Hij had al een paar keer mijn nummer gevraagd die ik respectvol heb afgewezen en nogsteeds loopt hij als een hondje achter me aan. "Sander, echt, ik heb geen interesse dus loop alsjeblieft door." Zeg ik geïrriteerd en neem nog een hijs van mn sigaret. "Sow grote bek en ook nog eens roken. Ik herken je helemaal niet meer joh." zegt hij met een vieze glimlach, terwijl hij naast me gaat zitten en een arm om mij heen slaat. Ik schuif verder weg en kijk hem bang en geïrriteerd aan. Wat wilt hij toch van mij. "Echt waar sander, ophoepelen nu. Ik heb een vriendin en ik word zwaar oncomfortabel van jou." zeg ik met een trillende stem. Ik zie zijn blij verdonkeren en hij knijpt met zijn hand hard in mijn schouder. Ik kijk hem met een pijnlijk gezicht aan en mijn ogen worden waterig. "Alsjeblief, je doet me pijn sander. Laat me gewoon met rust." zeg ik bang. "Een vriendin zij je? Dus eigenlijk ben je een gore lesbie. Misschien kan ik dat er wel uit halen." zegt hij met een donkere grijns. Ik voel me hopeloos, er is niemand die mij kan zien of horen. Ik probeer weg te lopen maar hij heeft mij te stevig vast. Zijn hoofd komt langzaam naar voren en hij duwt zijn lippen op die van mij. Ik doe mijn best om hem weg te duwen wat niet lukt. "Je kan maar beter meedoen, anders loopt het nog slechter af." zegt hij met een diepe stem. Hopeloos doe ik mee, bang voor wat er nog meer kan gebeuren. Tranen stromen over mijn wangen, het liefst spring ik nu ergens van een brug.
"Wouw esmee, dit had ik nou echt niet van je verwacht. Een dag en je zoent nu al met iemand anders, een jongen nog wel." hoor ik opeens achter mij. Van schrik draaien we ons om en daar staat ze. Meave. Ze zal mijn locatie wel hebben opgezocht. " Ik dacht ik zoek je op, omdat we elkaar miste. Maar blijbaar was dat een leugen. Wij zijn klaar esmee, ik hoef je nooit meer te zien." En ze loopt kwaad erg. Sander is ondertussen ook lachend weg gelopen. Die lul krijg ik nog wel, mijn prioriteit is nu Meave. Ik loop achter haar aan. "Meave het is niet wat het lijk. Hij dwong mij, je weet hoe hij over mij denkt en dat ik dat niet wil. Geloof me alsjeblieft, ik kan niet zonder je." zeg ik huilend. "Nee esmee, ik geloof je niet. Verdwijn, ik hoef je nooit meer te zien. Je stelt me teleur es, ik had anders van je verwacht." Met dat loopt ze weg en laat ze mij hier achter. Ik ga terug op het bankje zitten. Het begint donker te worden, maar teruggaan naar huis doe ik niet. Dat verdien ik niet. Ik verdien het om hier weg te rotten, in de kou. ik kijk om mijn telefoon en zie dat ik allemaal appjes en gemiste oproepen heb van de jongens, maar terug appen doe ik niet. Ik leg mijn telefoon weg en kijk weer levensloos vooruit. De zonsondergang schemert op het water voor mij. Normaal gesproken zou ik hier gelukkig van worden, maar op dit moment voel ik me alleen maar vies. Ik wil weg, weg van hier. Waarom moet het allemaal zo kut gaan, waarom kan ik niet gewoon gelukkig zijn met Meave en de jongens. Ik begin te lopen naar de dichtstbijzijnde brug en ga op de rand zitten. Niet om te springen, wees maar niet bang. Maar de adrenaline die het mij geeft, wat als ik wel spring? zullen mensen mij missen? Op dit moment denk ik het niet. Wie zal zo'n walgelijk figuur als mij nou missen?

"ESMEE!"  Hoor ik iemand vaag schreeuwen. Ik geef geen reactie en blijf gewoon zitten. Volgens mij zit ik hier nu al 2,5 uur en het is nu donker geworden.
"Esmee, kom alsjeblieft weg bij die brug. Ik weet niet wat je van plan bent maar we houden van je." hoor ik dezelfde persoon zeggen, alleen is die nu veel dichterbij. Ik besluit me toch licht om te draaien en zie Raoul daar staan, tranen in zijn ogen. "Ik was niks van plan." zeg ik levensloos. "Ik moet hier blijven. Ik kan niet naar huis, dat verdien ik niet." zeg ik er achter aan. "Doe niet zo raar esmee, Ik ga robbie bellen dat ik je heb gevonden en dan ga je gewoon mee naar huis." Zegt hij als hij me van de rand af tilt. Ik geef geen reactie en hij pakt zijn telefoon om robbie te bellen. "Ja Robbie met mij. Ik heb haar gevonden, bij de brug vlakbij het meer. We komen nu naar huis, tot zo" Raoul slaat zijn arm om mijn schouder en leid me naar huis. "Wil je vertellen wat er is gebeurt?" vraag hij voorzichtig. Ik zucht, wil ik dat wel? Ik schud mijn hoofd en loop gewoon door. "je weet dat je alles tegen ons kunt zeggen?" zegt hij. Ik knik, maar hou nog steeds mijn mond. Ik heb nu de energie niet om dit te vertellen, en ik denk dat als ik het wel vertel, ik ook door de jongens wordt gehaat. Eenmaal aangekomen bij het huis lopen we naar binnen. Gelijk hoor ik de jongens naar ons toe lopen. "Godsamme Esmee, Weet je wel hoe ongerust wij waren, we hebben je kapot vaak gebeld." Zegt robbie met een doordringende blik. "jaja het zal." Zeg ik bot en loop langs de jongens heen die mij beduusd aankijken. Ik ga naar boven zonder nog maar iets te zeggen en ga in mijn bed liggen.

wtf is er allemaal vandaag gebeurt.

Tired of heelingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu