POV RAVEN:
De wereld had me al vaker laten vallen, maar die nacht brak ze me.
Ik zat op de koude vloer van mijn kamer, mijn rug tegen het bed geleund, terwijl het knipperende blauwe licht van de politieauto's door de gordijnen sneed. De geur van verbrand rubber en nat asfalt leek de lucht uit mijn longen te persen. Mijn hand kneep de brief van Ethan zo strak fijn dat de woorden bijna onleesbaar werden, maar ze zaten al diep in mijn geheugen geëtst:
Sorry, Rave. Ik kan dit niet meer. Hou van je.
Ik wilde schreeuwen, maar mijn stem werkte niet. Ik wilde rennen, maar mijn benen voelden als lood. Ethan, mijn kleine broertje, mijn partner-in-crime, de enige die me begreep in deze verrotte wereld... was weg. En net zoals mijn ouders, die maanden eerder in een verdomde bocht van de weg hun laatste adem hadden uitgeblazen, had hij me alleen achtergelaten.
Sindsdien was ik niet meer dezelfde. De Raven die vroeger lachend met Ethan op rooftochten ging naar snoepautomaten of urenlang videospelletjes speelde, was ergens onderweg verdwenen. Wat er overbleef was een lege schaduw, gevuld met woede, verdriet, en een constante drang om de pijn te verdoven. De boksring werd mijn toevlucht. In de ring kon ik alles kwijt: de frustratie, de schuldgevoelens, de haat voor mezelf en de wereld. En buiten de ring? Daar zorgden pillen en alcohol ervoor dat ik geen seconde langer hoefde na te denken dan nodig.
Maar zelfs de ring en de middelen konden niet voorkomen dat ik uiteindelijk mijn spullen moest pakken. Het huis waar ik met mijn familie woonde, was leeg en vol spoken. Oom Eric, de enige nog levende bloedverwant die ik had, vond dat het beter was als ik bij hem in Silverridge ging wonen. "Een frisse start," noemde hij het. Wat hij eigenlijk bedoelde, was dat hij bang was dat ik net als Ethan zou eindigen.
Nu zit ik hier, in een gehavende auto die naar oud leer ruikt, terwijl de stad waar ik mijn hele leven heb gewoond achter me verdwijnt. Eric heeft zijn best gedaan om me gerust te stellen, maar ik hoor hem nauwelijks. Mijn hoofd is leeg, op één gedachte na:
Het maakt niet uit waar ik naartoe ga. Het probleem zit in mij. En het volgt me overal.
Ik zucht diep en sluit mijn ogen. Misschien is het tijd om een nieuwe maskerade op te zetten. Nieuwe school, nieuwe mensen. Niemand hoeft te weten hoe gebroken ik echt ben. Maar diep vanbinnen weet ik al dat ik niemand voor de gek zal houden.
Silverridge wacht. Maar het enige waar ik op voorbereid ben, is een nieuwe ronde in de ring. Want dat is wat ik doe: vechten, winnen of verliezen, het maakt niet uit. Ik leef voor het gevecht, omdat ik anders niets meer voel.
JE LEEST
Ronde twee
Teen FictionNa het tragische verlies van haar ouders en broertje is Raven (18) letterlijk en figuurlijk op de vlucht. Haar enige uitlaatklep is de boksring, waar ze de chaos in haar hoofd tot zwijgen brengt met elke stoot die ze uitdeelt. Maar buiten de ring ve...