HOOFDSTUK TWEE

2.5K 88 58
                                    


           

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

           

Wanneer ik mijn ogen open om het wazige zicht onder ogen te komen, staren twee groene ogen me aan.

Ik klem mijn handen om zijn polsen en probeer ze met alle kracht van me af te duwen. Helaas is de mannelijke gestalte te sterk voor me en overwint hij deze strijd. Langzaam voel ik de zuurstofgehalte in mijn lichaam verminderen, waardoor het gevoel van duizeligheid me overvalt.

"L-laat me los," weet ik met mijn laatste adem uit te brengen.

Opeens laat hij me los en zak ik vrijwel direct als pudding op de houten vloer. Met schokken probeer ik al het zuurstof wat ik daarnet niet binnen heb gekregen, binnen te krijgen. Ik sluit mijn ogen en probeer mezelf te kalmeren, sinds ik zowat aan het hyperventileren ben.

Als ik mijn ogen open, is er niemand meer te bekennen. Hij heeft me hier achtergelaten, alleen. Ik spring overeind en strompel snel naar buiten. Ik moet hier zo snel mogelijk weg, ik heb het geluk dat ik dit heb overleefd.

Mijn hart klopt als een bezetene, terwijl ik Apollo vastmaak aan de riem en hem mee trek door een tocht terug naar huis.

🐺

Thuis aangenomen lijkt het alsof mijn ouders al op me stonden te wachten. Dat is te zien aan de afwachtende blikken wanneer ik de huiskamer binnenloop. Helaas veranderen de gezichtsuitdrukkingen als snel naar zeer verbaasd sinds ik eruit zie alsof als of een seriemoordenaar me net heeft achterna gezeten.

            "Jaylinn, wat is er gebeurd?" vraagt mam bezorgd.

            "Met mij? Niks hoor," ik haal mijn schouders nuchter op, "naast het feit dat ik net bijna vermoord werd, is er niks aan de hand."

            "Wat?"

Pap springt overeind en loopt naar me toe, om vervolgens een arm om me heen te slaan en me mee te sleuren naar de bank. Mijn ouders kijken me aan met de blik die zegt: "vertel alles, nu". Met een zucht ga ik met een hand door mijn haar en ga comfortabeler zitten op de bank.

            "Ik was met Apollo aan het wandelen en toen kwamen we aan bij een half afgebrand huis, dus ik ging een kijkje nemen en toen was er opeens een vreemdeling die ervoor probeerde te zorgen dat ik stikte," leg ik uit.

Mijn ouders kijken geschokt toe en mam pakt haar telefoon al.

            "Wow, wacht, hij heeft me wel laten ontsnappen."

Mam zucht en schudt haar hoofd.

            "Ik zei toch dat Beacon Hills een vreemde plek was," bitst ze tegen pap.

            "Dat kon in New York ook gebeuren, het is nu eenmaal dom om in je eentje zulke dingen te verkennen. Daarnaast heb ik hier wel werk gevonden," zegt pap.

            "Lieverd," mam kijkt naar mij, "weet je hoe de man eruit ziet?"

Ik schud mijn hoofd. Ik heb bijna niks van hem kunnen zien, behalve zijn ogen en dat hij donker haar heeft. Als ik met deze informatie naar de politie zou gaan, zouden ze me vertellen dat ze meer informatie nodig hebben om te achterhalen wie het is. Daarnaast heeft hij me wel vrij gelaten, hij had me namelijk ook gewoon echt kunnen vermoorden.

Ik heb in ieder geval wel geleerd geen random huizen in het bos meer te bezoeken.

            "Ik ga slapen, truste."

Met die woorden sta ik op en verlaat mijn half ruziemakende ouders. Boven ontdoe ik me van mijn kleren en laat me op mijn bed zakken. Het voordeel van mijn verhuizing was dat ik allemaal nieuwe spullen voor in mijn kamer kreeg, dus nu kan ik genieten van een heerlijk bed.

Ik draai me om op mijn zij en sluit mijn ogen. Even wat ik vandaag allemaal heb meegemaakt verwerken. Het was een best vreemde dag, iets wat ik in New York nooit zou meemaken. Gelukkig heb ik wel snel nieuwe mensen leren kennen. Scott bijvoorbeeld is een hartstikke lieve jongen en zeker niet lelijk.

Met een zucht draai ik me om op mijn andere zij. Ik voel mijn lichaam compleet relaxen en alle gedachten vervagen langzaam in mijn hoofd.

Het geluid van getik tegen mijn raam zorgt ervoor dat mijn lichaam ontwaakt uit de relax-houding. Geweldig, val ik bijna in slaap en dan tikt iets of iemand tegen mijn raam. Wacht... Hoe is het mogelijk dat iets of iemand tegen mijn raam tikt? Dat zou namelijk zo'n twintig meter van de grond af zijn en niemand is zo lang.

Het getik is constant, in hetzelfde ritme. Ik open mijn ogen en kijk naar het raam. Er valt niks te zien vanwege de gordijnen die het uitzicht door het raam blokkeren. Ik sta op en loop erheen. Wanneer ik mijn gordijnen opentrek, stopt het getik direct.

In mijn tuin staan Scott en vrienden van hem. Wat doen zij nu hier? 

Ik open het raam en kijk ze verbaasd aan.

            "Wat is er aan de hand?" vraag ik.

            "Jaylinn," zegt Scott op een vreemde toon.

            "We zijn anders," zegt hij.

            "We zijn anders," zegt de rest in koor.

            "Anders. Anders. Anders. Anders. Anders. Anders. Anders."

Met een schok kom ik overeind. Mijn lichaamstemperatuur lijkt wel vijftig te zijn en mijn ademhaling is zwaar en onregelmatig.

Jeez, wat een droom...

Ik sta op en loop voor de zekerheid alsnog naar mijn raam toe. Ik trek de gordijnen open en kijk mijn tuin in. Wanneer ik dezelfde man zie die mij vroeger deze avond nog probeerde te vermoorden, begint mijn hart op haar snelst te kloppen...

LOVE WITH BLOODSTAINSWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu