Hoofdstuk 10. (Heksen en demonen.)

125 6 8
                                    

Aliess.

   Ik was alleen, tenminste dat dacht ik. Ik was door het bos aan het wandelen, gewoon recht door het bos. Geen pad, en alleen maar mos, varens en bomen. Ik moest alleen zijn, ik moest weg van alles dat “normaal” was. ieder mens dat zoals ik leefde was al veel sneller weggerend. Ik niet, ik was een doorzetter volgens mijn moeder. Mijn moeder was twee jaar geleden overleden, ik was toen veertien. Ze overleed aan een hersentumor, die was uitgezaaid en de dokters konden er niks meer aan doen. Mijn vader kon niet met het verlies omgaan en had zich zelf opgehangen, ik had hem gevonden. En ik voelde niet eens verdriet, ik voelde niets. Ik was niet gelukkig of verdrietig, niet eens boos.

   Mijn vader had me heel lang mishandeld, hij gebruikte mij als mijn moeder er niet was. wat nogal vaak was, omdat ze dag en nacht aan het werk was. Hij kwam soms met jonge meisjes thuis, en hij had gezegd dat ik niks tegen mijn moeder mocht zeggen, anders werd alles alleen maar erger. Hij had mijn moeder ook veel misbruikt, dus nu is het toch niet zo raar om niks te voelen als je hem daar zo zag hangen. Of wel? Een ding dat ik weet was dat ik toen alleen was, niemand die voor mij als veertien jarig meisje zorgde.

   Ik ging niet meer naar school, en ik had net als mijn moeder nu dag en nacht een baantje. ’S Ochtends vroeg begon ik met een krantenwijk van ander half uur, dus ik stond rond vijf uur op om de kranten op tijd in de brievenbus te hebben. Dan was ik rond kwart over zeven thuis, daarna moest ik om acht uur honden uitlaten in de buurt. Dan was ik rond negen uur klaar, en dan had ik de rest van de ochtend voor me zelf. Ik moest dan vanaf één uur tot half zes werken achter de kassa in de supermarkt. Dan was ik rond zes uur thuis. Daarna moet ik tot acht uur schoonmaken bij mensen thuis of ergens anders. Als ik dat gedaan had moest ik oppassen op kinderen waarvan hun ouders niet thuis zijn, en ze anders alleen zijn zoals ik altijd ben. Dan waren de ouders ze rond twaalf, één uur midden in de nacht terug. Dan was ik rond half twee thuis, en dan begon dit om vijf uur ’s ochtends allemaal weer opnieuw.

   En het meeste werk dat ik deed mag ik niet doen. Met mijn veertien jarige leeftijd was ik te jong voor de supermarkt en schoonmaken mag volgens mij ook niet op die leeftijd. Ik had daarom ook gezegd dat ik 16 was, ik ben lang dus meestal geloofde ze dat, ik had voor elkaar gekregen om een nep ID te maken, dus toen konden ze er niet meer omheen. Ik verdiende daarom ook ongeveer rond de achthonderd euro in de maand. Met mijn krantenwijk verdiende ik per maand driehonderd euro, met de honden uitlaten ongeveer rond de dertig euro per maand. Het werk ik de supermarkt verdiend tweehonderd vijftig euro in de maand. Met het schoonmaken verdiende ik honderd vijfentwintig euro in de maand. En met het oppassen rond de vijfenzestig euro.

   Achthonderd euro lijkt veel, en voor een tiener is dat veel, maar omdat mijn ouders overleden waren moest ik alle kosten zelf betalen. En achthonderd euro is daar te weinig voor, dus ik was gevlucht. Ik had het een jaar vol gehouden, dus ik was vijftien toen ik vluchtte van mijn leven.

   Ik was met de trein naar Frankrijk gereisd, daar had ik een half jaar rond geleefd in hotels en kleine vakantie huisjes. Daarna was ik verder gereisd, ik was naar Italië geweest, Spanje, Zuid-Afrika, Australië, China, en uiteindelijk was ik naar Amerika geweest. Daar heb ik ook een half jaar gewoond. Nou ja gewoond, ik was heel Amerika door gereden met een oude jeep die ik voor weinig geld had gekocht. Ik mocht gewoon rijden in de auto omdat mijn ID zei dat ik negentien was in plaats van zeventien. Ik heb in totaal twee jaar de wereld over gereisd en nu ben ik weer terug. Nu ben ik alleen in een eng en donker bos aan het wandelen.

Chosen. (Nederlands) *On Hold*Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu