my dad

--- 6 ---

Ik word 's avonds terug gebracht naar huis. Ik heb met mijn vader afgesproken dat ik iedere maand één keer bij hem logeer. En volgende week nog een keer want dan is het vakantie. Mijn moeder gaat op vakantie met wat vriendinnen dus blijf ik wat langer bij mijn vader. En vanmiddag brengt mijn moeder me naar mijn vader. Ik heb iets ontdekt. En ik wil weten of het waar is. Op internet is een artikel waarin mijn vader word beschuldigd van mensenhandel. Slavenhandel om precies te zijn. Zou Katie ook een slaaf zijn? Maar het verklaart wel een hoop dingen. Die kamer kon zo'n rare kamer zijn. Je weet wel met van die... enge dingen. Van die vijftig tinten grijs dingen. En wat Harold zei... misschien dacht hij dat ik een slaaf was ofzo. Maar misschien ook niet. Ik zit in de auto naast mijn moeder. 'Mama' zeg ik 'waarom zijn jij en pap uit elkaar?'

Ze kijkt me aan, 'er was iets voorgevallen waar ik niks van wist.'

'Pap zei dat het niet lekker ging tussen jullie.'

'Dat was ook zo. En daarom viel dat voorval ook voor.'

Ik knik. We zijn de rest van de weg stil. Nu weet ik het zeker! Wanneer we er zijn geef ik mijn moeder een kus en loop naar binnen. Ik loop meteen door naar de werkkamer van mijn vader. Door mijn oplettendheid vorige keer weet ik nog precies hoe ik moet lopen. Wanneer ik bij de werkkamer aankom klop ik aan. 'Binnen' hoor ik mijn vader zeggen.

Ik haal diep adem en open dan de deur. Mijn vader zit weer achter zijn bureau. Hij kijkt op, glimlacht en zegt: 'ah daar is mijn...'

'Ben je een slavenhandelaar' vraag ik nog voordat hij zijn zin kan afmaken.

Zijn glimlach verdwijnt en hij fronst. 'Hoe weet je dat?'

'Dus het is waar?'

Hij opent zijn mond om iets te zeggen maar op dat moment komt Vince binnen. Hij fronst wanneer hij mij en mijn vader zo ziet. 'Wat is er aan de hand' vraagt hij.

'Cam' zegt mijn vader 'hoe weet je dat?'

'Noem me geen Cam' zeg ik 'is het waar?'

'Hoe weet je het?!'

'Ik hoorde je praten en werd nieuwsgierig! En het zou moeten kloppen want anders zijn dingen niet te verklaren.'

'Wat is hier aan de hand' roept Vince.

'Mijn vader is een slavenhandelaar' sis ik.

Vince kijkt van mijn vader naar mij. 'Jack! Je zei dat ze het niet mocht weten!'

'Ik ben er zelf achter gekomen. En ik wil dit hotel niet meer wat gebouwd is op zwarte handel.'

Ik wil weglopen maar mijn vader roept: 'Vince!'

Vince duwt een doek tegen mijn mond en neus. Er zit chloroform op ruik ik. Ik val na een paar seconden flauw.