Een Slecht Karakter

Hoofdstuk 9

Even later waren Ilham, Asma, Ali en de ouders klaat met eten en stapte ze terug in de auto.. Nog even tanken en toen konden ze vertrekken..
Ali was dit keer weer aan het stuur zodat z'n vader een beerje kon rusten.

Asma had haar oortjes aan en keek door het raam en dacht aan Bilal. "Omg misschien is hij dus wel mijn ware, maar ik denk dat ik hem nooit meer zal terug zien. Waarom vroeg hij niet naar mijn nummer pff." dacht Asma.
"Hallooo Asma?" riep Ilham terwijl ze met haar hand voor haar gezicgt zwaaide.
"Ohh Bilal toch" vloeg uit Asma haar mond.
"Bilal?" zei de mama van Asma?
"Huh zei ik Bilal?"
"Ja je zei Oh Bilal toch"
"Ilham zei ik dat echt?"
"Nee ik heb niets gehoord." zei Ilham.
"Hmm oke dan"
"Asma ik vind dat die Bilal er nogal crapuul uit ziet." fluisterde Ilham.
"Nee wat zeg je nu allemaal?"
"Ik probeer je gewoon te helpen he Asma, ik wil niet dat je ook zo word."
"Oh Ilham maak je maar niet ongerust ik ben slim hoor."
"Dan is het goed."

"Ilhaaam ik ben zo verliefd.
"Dan zijn we met twee... Awh kijk die Ali aan de stuur hij is zo perfect."
"Jaa dat komt omdat hij mijn broer is daarom."
"Hahaha egoo momentje."
"Seg laat mij is ik ben gewoon blij."
Hahaha ja da zie ik, je bent een beetje te blij."
"Ja maar als ik negatief kijk dan denk ik dat ik Bilal toch nooit ga terug zien." Fluisterde Asma.
"Jawel, je mlet gewoon positief blijven in het leven." antwoorde Ilham ineens met een luide stem.
"Jaa dat is waar Ilham." antwoorde Ali terwijl hij uit de achteruitkijkspiegel keek naar Ilham.
Ilham lachte even verlegen naar Ali.
"Shht a hmara waarom ineens zo luid?" fluisterde Asma.
"Haha dat was perongeluk" fluisterde Ilham back.
Even later..
"Papa? Mama wakker worden we zitten al aan de grens van Spanje. Ali heeft nogal door gereden. Amai we zitten bijna in Magreb." zei Asma.
"Hoe laat is het misschien al?" vroeg de moeder.
"Het is al 22uur in de avond"
"Amai zaaalig we zijn bijna in Marokko ik kan niet wachten." zei Asma
"Maar ik heb wel honger nu" zei de moeder.
"Ik ook." zeide Asma en Ikham tegelijk.
"Ik stap wel deze winkel binnen om iets te gaan halen of gaan we samen?"
"wij gaan wel mee we moeten even naar het toilet" zeide de meisjes.