De koning grijnsde, 'mooi zo. Anna. Kom eens hier.'
Anna liep voorlichting naar hem toe. Hij draaide zich naar haar toe. Hij tilde haar op en zette haar voor zich op het bureau. 'Het spijt me' zei hij 'Anna.'
'Waarvoor' vroeg Anna verbaasd.
'Dat ik jullie op sloot omdat ik wilde weten waar Rosa was. Ik had jou niet mogen opsluiten.'
'En mijn broers wel?'
Hij trok een wenkbrauw op, 'uhm... ja. Zij konden wel weten waar Rosa was, toch?'
Anna knikte langzaam. De koning glimlachte kort, 'oké. Rosa, blijf je hier?'
'Als u dat wilt.'
'Goed, Jonathan als je hulp nodig hebt zoek dan naar Louis de Bruin.'
'O die ga ik wel vinden' zei Jonathan.
Hij boog en liep weg. Ik ging in een stoel voor het bureau zitten. 'Mag ik naar Rosa' vroeg Anna.
De koning knikte, pakte haar beet en zette haar weer neer op de grond. Anna rende naar mij toe. Ik tilde haar op en zette haar op mijn schoot. 'Rosa' zei Anna 'waar ligt Niger ook alweer.'
'Ehm... net over zee. Papa ging altijd daarheen als hij het kortst weg was weet je nog?'
Ze knikte, 'o ja. Om handel te drijven. Dan nam hij altijd dat ene kruid mee voor dat zalfje.'
'Ja heel goed. Daar is Niger.'
'Als je wil' zei de koning 'kun je naar de bibliotheek gaan met haar.'
'Er is hier een bibliotheek' vroeg ik verbaasd.
Hij knikte, 'maar natuurlijk.'
Hij stond op en trok aan een touwtje aan de muur. 'Wacht even' zei hij.
Anna keek me aan. Ik haalde mijn schouders op. Ze giechelde. Er werd geklopt. 'Binnen' zei de koning.
Er kwam een bediende binnen. 'U riep Sire' zei de man.
'Dat klopt' zei de koning, 'zou jij Rosa en Anna de bibliotheek willen wijzen.'
'Natuurlijk majesteit.'
'Rosa' zei de koning 'ik verwacht dat je niet wegloopt.'
'Natuurlijk niet Sire' zei ik.
Hij knikte en zei: 'tot vanmiddag dan.'
Anna en ik stonden op. We liepen achter de man aan naar een bibliotheek.
Ik ging opzoek naar een kaart. Die legde ik neer op de tafel. 'Kom eens' zei ik tegen Anna.
Ze liep naar me toe. Ik wees aan waar ons land lag en toen waar Niger was. Daarna pakte ik een oud sprookjes boek en we lazen het samen. Zij las en ik hielp haar. 's Middags kwam de koning binnen. We zaten met onze ruggen naar hem toe en Anna las nog steeds voor. 'Als de kist weggedragen wordt, valt hij en het stukje giftige appel schiet uit de keel van Sneeuwwitje' las Anna voor, 'ze doet haar ogen open en komt uit de kist. De koningszoon vraagt haar ten en de wordt voorbereid. De boze stiefmoeder wordt ook uitgenodigd voor het feest. Voordat ze vertrekt, vraagt ze haar spiegel nog eens wie de mooiste is in het land. De spiegel antwoordt dat er een jonge koningin is die duizendmaal mooier is dan zij. De koningin wordt erg bang. Aangekomen op het feest herkent ze Sneeuwwitje. Ze krijgt gloeiende ijzeren muilen aan en moet net zo lang dansen, tot ze dood neervalt. En de koningszoon en Sneeuwwitje leefden nog lang en gelukkig.'
'Mmh' zei de koning.
We keken geschrokken om. 'Schrokken jullie' vroeg hij.
Anna knikte, 'we hebben u niet gehoord.'
De koning knikte en vroeg: 'Anna, denk jij dat Rosa en ik lang en gelukkig zullen leven?'
Anna dacht even na en knikte toen, 'ja. Dat denk ik wel.'
De koning glimlachte, 'kom. We gaan eten.'
'Eten zij met ons mee' vroeg ik terwijl ik opstond.
De koning knikte, 'ja. Jouw familie eet met ons mee. Zo kan je broer zien dat ik niets doe.'
'Hoe weet u...'
'Ik zie heus wel hoe hij zich gedraagt bij jou en dat is anders dan bij mij.'
Ik zuchtte, 'hij vertrouwde u niet.'
'Dat doet hij nog steeds niet' zei de koning, 'kom op.'
We liepen achter hem aan naar de eetzaal. Michiel en Nicolaas waren er al. 'Sire' zeiden ze 'we moesten hierheen komen.'
JE LEEST
13th queen
FantasiaRosalinda is zestien wanneer haar vader overlijd. Omdat hij voor de koning werkt in de koninklijke vloot krijgt hij een staatbegrafenis. Rosalinda en haar drie broertjes en zusje zijn daarbij. Hun moeder is al eerder overleden en Rosalinda weet niet...