#Hoofdstuk 10

52 16 7
                                    

Kijk even of je hoofdstuk9 ook hebt gelezen want dat ik zeker de zelft minder. Alvast veel lees plezier xx

{Allison}

Ik word wakker door enkele zonnestralen, die door mijn gordijn zijn weten binnen dringen. Een zachte kreun verlaat mijn lippen door het felle licht in mijn kamer. Mijn handen leg ik op mijn gezicht en open langzaam mijn ogen om vervolgens naast me te kijken, recht in Derek zijn ogen.

"Goeie morgen engel." Zegt derek met een glimlach. Ik zucht diep. "Ben jij een ochtend mens of zo?" Vraag ik dan fronsend en laat mijn hoofd weer in mijn kussen vallen. Ik zelf ben normaal een ochtend mens tenzij ik te weinig slaap heb gehad of ongesteld ben. "Soms, valt te zien hoe ik heb geslapen, en met z'n schoonheid naast me slaap ik zeker goed." Zegt hij dan met een knipoog. Ik rol lachend met mijn ogen en leg een hand op zijn mond. "Slijm niet zo." Zeg ik dan lachend tegen hem. Het voelt wel goed om met derek samen te zijn. Hij voelt nog steeds zo heel vertrouwd aan maar nu zelf iets beters. Het voelt of het zo hoorde te zijn. Dit is allemaal zo cliché eigenlijk. Door die gedachten moet ik een beetje lachen.

We hebben nog een tijdje in bed gelegen tot mijn maag begon te knorren. Derek geeft alleen zijn broek aan getrokken, omdat ik zijn shirt nog aan heb en weiger om hem af te geven. Erg vind ik het niet want dan kan ik zijn gespierd boven lichaam bekijken terwijl hij eitjes aan het bakken is. Ik grinnik door die gedachten.

"Wat zit jij nou zo te grinniken?" Vraagt Derek fronsend. Ik schud lachend mijn hoofd. "Ik geniet gewoon van het uitzicht." Geef ik eerlijk toe. Gelijk begint derek te lachend. Zijn lach is echt mooi. Ik sta op en begin met de tafel te deken. Ik zet borden, vorken en messen ik loop naar de brood trommel en zie dat het brood op is. "Er is geen brood, ik zal even wat bij de bakker halen." Zeg ik zacht. Derek knikt en ik loop naar boven.

Ik neem gewoon het eerste het beste wat in mijn kast ligt en trek het aan. Ik kijk naar buiten en mijn oog valt op het bos. Ik woon dicht bij het bos, maar nu ik er zo over na denk en naar staar, voel ik een soort drang in mijn lichaam opborrelen. Ik blijf heel erg lang naar het bos staren dat ik niet eens meer aan het brood denk en de drang om naar het bos toe te gaan alleen maar erger word. Ik wil er naar toe, het lijkt net of het me roept, het bos roept me.

Ik loop ver in gedachten verzonken naar beneden. Ik trek schoenen aan een jas is niet nodig, het is lekker warm. "Allison?" Hoor ik de stem van derek heel zacht in de verte zeggen. Het enige wat nu door mijn hoofd gaat is dat bos, er is daar iets dat me roept of mijn aandacht trekt, maar wat weet ik niet. Plots gaat er weer een soort beeld door mijn hoofd en grijp dan naar mijn hoofd. Het was weer die witte deur.

"Allison? Wat is er?" Vraagt de stem van derek nu iets dichter. Ik draai me om en zie derek dan naast me staan.

"Uhh.. wat? Er is niks. Hoezo?" Zeg ik dan en kijk hem aan. Ik weet echt niet wat dit net was.

"Gaat het wel?" Vraagt derek bezorgd.

"Ja hoor. Maar ik ga brood halen." Zeg ik dan. Ik kan moeilijk zeggen dat ik nu al twee keer een witte deur voor mijn ogen zie en dat er net iets me naar het bos leek te roepen. Want dat klinkt zo belachelijk en raar.

Ik open de deur en ga dan naar buiten om brood te halen. Nu ik buiten kom krijg ik dat gevoel weer terug.

"Allison?" Vraagt derek fronsend en kijkt me ook raar aan.

"Ja."

"Vergeet je het geld niet?" Vraagt derek dan en kijkt me raar aan. Ik knik en neem snel wat geld uit een laatje. Snel loop ik het huis weer uit. Ik moet het gewoon proberen te negeren. Ik loop naar de bakker en bestel een wit brood. De hele weg er naar toe voelde ik me ongemakkelijk. Het was net of iemand me achter volgde. Ik reken af en loop met het brood naar buiten. Het word steeds erger het gevoel om naar het bos te gaan. Er is iets dat me er heen roept. Het word steeds meer een drang dan een gevoel.

Zonder dat ik het zelf besef loop ik richting het bos. Hoe dichter ik kom hoe luider en sterker dat het word. Ik kijk soms achter me omdat ik het gevoel heb dat iets of iemand me de hele tijd achtervolgd. Dat zit vast gewoon tussen mijn oren. Plots is het gevoel en de drang weg en kijk rond. Ik zie iets in de verte wat mijn aan dacht weer erg trekt. Vanaf hier lijkt het een zwarte stip, ik loop er langzaam naar toe en zie de stip groter worden. Het heeft de vorm van een huis denk ik. Normaal versneld je hartslag op dit soort momenten, ik word er juist rustig van. Het heeft net het zelfde gevoel als bij derek. Het voelt vertrouwd en veilig. Ooh dit is echt raar en juist dat maakt me bang. Ik kijk nog eens achter me maar zie nog steeds niks. Ik loop langzaam naar het huisje toe die steeds groter word. Het lijkt op... een... verlaten huis. Mijn gevoel zegt dat het dat is, maar waarom laat mijn gevoel me naar een verlaten huis gaan? Ik loop voorzichtig naar de voordeur en kijk nog snel om me heen. Ik open de deur waardoor een krakend geluid de kamer vult. "Hallo?" Zeg ik zacht. Ik kijk een beetje rond in de hoop iets te zien. Ik zie precies iemand staan op de trap. Ik kijk nog eens. Weg. Zal vast aan mij liggen.

Ik begin langzaam door het huis rond te lopen, tot mijn oog valt op een houten witte deur. Dat is de deur dat ik zag toen derek me voor de tweede keer zoende en die ik deze ochtend zag! De deur dat door mijn gedachten plots flitste. Wat heeft derek met die deur te maken? Wat heb ik hier eigenlijk allemaal mee te maken?

Ik loop langzaam naar de deur toe. De houten oude planken laten een krakend geluid achter als ik er overheen stap. Ik streel zacht de witte omkadering van de deur. Waarom krijg ik net het zelfde gevoel als ik bij derek ben? Wat zou er achter die deur zitten? Ik laat mijn hand langzaam over de deur zelf glijden tot mijn oog valt op de deur knop. Een witte deur met een paarse deur knop. Slechte combinatie. Ik laat mijn hand naar de deur knop glijden. Als mijn hand bijna de deurknop raakt hoor ik een luid geraak van buiten.

"Fuck!" Zegt een mannelijke stem. Ik schrik me rot waardoor ik meteen mijn hand terug trek en uit reflex snel naar de voor deur loop.

Als ik bij de voordeur ben kijk ik rond en zie ik een witte wolf. Ik kijk verder het bos maar kijk meteen terug naar de witte wolf. Een wolf? Die zijn hier helemaal niet in transmere en zeker geen witte. Ik kijk de wolf fronsend aan waardoor hij weg gaat. Wat is dit? En waar kwam die stem vandaan?

This Is My Story~ OrcusWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu