Hoofdstuk 11

98 6 0
                                    

Daar zaten ze, allemaal. Ze alle 12. Stuk voor stuk met bijzondere gaven... Krachten die ze verdienden. Blacky zuchtte toen ze vanuit de struiken het pleintje opkeek. Ik verdien mijn krachten niet...dacht ze. De commandant, haar vader, had haar na haar geboorte kunstmatig krachten kunnen geven waardoor ze opklom in rang en de naam Blacky kreeg. Ze was nog klein geweest en had er niets aan kunnen veranderen. Maar ooit, in een ver verleden was haar vader niet slecht. Toen hij nog met haar moeder in het Magische rijk leefde en ze pas geboren was, toen was hij nog goed. Maar nu was alles anders... Blacky kwam regelmatig is naar de cirkel om te kijken naar de mensen die haar vader verslagen hadden. Om te kijken hoe het was om het goede leven verdient te hebben. Maar ze hadden haar nog nooit opgemerkt, tot vandaag dan. Vandaag zou ze het plein opstappen en de confrontatie aangaan. Na wat er gisteren gebeurt was, was ze dat hen wel verschuldigd. Ze zuchtte en wandelde het pleintje op. Nu of nooit... Ze keken me met grote ogen aan en stonden op.'Wat doe jij hier?' snauwde December en de grond onder haar voeten bevroor.'Rustig aan' zei November en legde zijn hand op haar schouder. 'Is ze dit?'. December knikte en de hele groep werd meteen een pak alerter.'Heb je haar niet gehoord?' vroeg Augustus.'Wat moet je?'.'Ik wil jullie wat dingetjes uitleggen' zuchtte Blacky.'Over mijn vader'.'Vertel op' zei Juni en ging voor haar team staan, een echte leider.'Kunnen we misschien ergens binnen praten?' vroeg Blacky. 'Je weet wel, niet in het openbaar'. Juni keek haar even inspecterend aan. 'Prima, kom mee'. Ze draaide zich om en wandelde naar haar huis. Blacky volgde haar in stilte terwijl de anderen verward op het plein bleven staan. Juni deed de voordeur op slot en gebaarde Blacky in een zetel te gaan zitten. 'Is wat je zei in het restaurant waar?' vroeg Juni.'Ja' antwoorde ze.'Ik heb hem al jaren niet meer gezien of gesproken, niet sinds hij en mijn moeder gescheiden zijn'.'Blacky, dat is een naam van hoge rang' zei Juni en kwam tegenover me zitten.'Hoe kom je daaraan?'.'Zoals iedereen' zei ze. 'Luister, hij was niet altijd zoals hij nu is. Zijn ouders, mijn grootouders, zijn naar hier getransporteerd om als slaaf gebruikt te worden. Daarom leefde hij hier toen dat werd afgeschaft. Daarom is hij met een magisch wezen getrouwd en niet met een mens. Nou ja, was getrouwd...'.'Wat is er gebeurt?' vroeg Juni.'Hij was van de laagste rang, altijd geweest...' zuchtte Blacky.'Hij wou wraak nemen op al de magische wezens die mensen als nutteloze slaven zagen. Hij wou het rijk overnemen om zo de wezens aan de mensheid te onderwerpen... Hij werd gek'. Blacky staarde naar de grond en zuchtte.'Ik ben van hoge rang omdat een magiër uit het Oosten ervoor gezorgd heeft dat ik krachten heb. Maar ik ben aanvaard door de koninklijke familie, ik heb nog nooit iets verkeerds gedaan, echt waar'. 'Waarom zou ik je moeten geloven?' vroeg Juni.'Omdat ik je niet aanviel en doodde toen ik de kans had' zei Blacky en er viel eens stilte. Ze wisten allebei dat ze gelijk had...

De "13" kinderen(#3)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu