hoofdstuk 3: Jazz

586 21 5
                                    

Jazz pov

Jazz keek de piraten na die richting de horizon voeren. Hij vond het best jammer dat ze niet hadden aangevallen, want hij had altijd al op een echt piratenschip willen zitten.

‘Hee Kapitein Iglo!’ Riep hij dus maar naar Atalanta, ‘we kunnen Piet Piraat er niet zomaar vandoor laten gaan!’

Atalanta keek hem kwaad aan. ‘Als je me nog één keer Kapitein Iglo noemt, verander ik je in een visstick!’

‘Oh! Ik ben bevroren van angst!’

Atalanta zuchtte en Jazz glimlachte in zichzelf. Hij keek over de reling en zag zijn eigen weerspiegeling in het water. Zou zijn vader op hem lijken? Hij had hem nog nooit gezien… Hij keek weer naar zichzelf, donkere huid, donkere ogen en een bijna altijd aanwezige brede grijns. Hij leek te veel op zijn moeder om te weten hoe zijn vader er uit zou hebben gezien. Zijn moeder… Oké, het was kinderachtig om haar te missen, maar hij deed het toch. Hij miste Afrika en het warme weer, de zon en de heerlijke geur van zijn moeders koekjes. Misschien was zijn vader daar op af gekomen, en had hij toen zijn moeder ontmoet. Jazz had bijna een hekel aan zijn vader. Hermes, of hoe hij ook mocht heten, had zijn moeder alleen met hem achtergelaten. Oké, de god van de reizigers en dieven had haar misschien genoeg geld gegeven zodat ze naar Amerika konden verhuizen, maar meer ook niet. Ze was gebroken van verdriet geweest en had haar leven op het prachtige eiland opgegeven.

‘Hé, matroos, ga het dek eens schrobben!’ Atalanta gooide een bezem naar hem die hij behendig ving.

‘Wat? Waarom ik?’

‘Geen muiterij!’ Riep ze en ze verdween de kapiteinshut in. Geweldig, mocht hij weer gaan schoonmaken. Waar was die gast van een Joe eigenlijk? Oh nee he, Jazz gluurde door het raampje van de kapiteinshut en daar zat zijn vriend, samen met Kapitein Iglo te bespreken wat ze moesten doen.

Geweldig, zijn vriend had hem ook al verruild voor Miss Populair. Hij kon wel zien hoe Joe rood werd als hun handen per ongeluk elkaar raakten wanneer ze allebei iets wouden aanwijzen op de kaart. Hij kon het niet langer aanzien en liep naar zijn bezem om het dek schoon te maken. Was hij tenminste nog ergens goed voor…

Met zijn gedachten ergens anders begon hij te vegen.

~ Flashback ~

‘Morgen gaan we lieverd,’ Zei zijn moeder in de taal van het eiland. Ze gaf hem een zelfgemaakt koekje en begon alles in hun huisje of hut op te ruimen. Jazz was vijf, hij heette toen nog anders, en keek toe hoe ze dat deed. Alle belangrijke spulletjes, die van materiele en emotionele waarde werden in de grote koffer gedaan die ze in de grote stad had gekocht.

Hij kon haar donkere ogen zien schitteren in het kaarslicht terwijl ze haast dansend alles inpakte. Hij had nog geen idee wat er allemaal ging gebeuren, maar hij wist dat ze naar het grote land aan de andere kant van de wereld gingen. Amerika of zoiets. Zijn moeder was naar school geweest en had een bestaan opgebouwd in een dorp, een paar kilometer van de grote stad vandaan. En nu ging ze dat allemaal opgeven voor een koud land aan de andere kant van de oceaan, waar zijn vader vandaan kwam.

‘Mama?’

Ze draaide zich zwierig om. ‘Ja lieverd?’

‘Waarom gaan we naar Amerika?’ Hij had het nut ervan niet ingezien.

‘Papa wil dat graag. En dan kan jij naar een grote school en kunnen we in een huis wonen.’

‘Ik wil niet naar een grote school en ik wil niet in een huis wonen. Papa is stom. Ik heb hem nog nooit gezien.’

Het licht in zijn moeders ogen doofde en hij zag het oude verdriet weer terug. ‘Papa is een goed persoon, maar hij kan niet bij ons blijven. Dat vind papa’s… Eh… Baas niet goed.’

Jazz kon zich haast niet voorstellen hoe zijn vader een baas had. Hij ging op zoek naar zijn favoriete boek, Griekse Mythologie voor kinderen en keek naar de plaatjes. Ergens midden in het boek stond een tekening van een man met schoenen die konden vliegen, een rare helm en een staf waar twee slangen aan zaten. Mama had hem verteld dat papa op die man leek, maar als papa kon vliegen met die schoenen van hem, waarom was hij dan nooit naar hen toe gevlogen?

~ Einde Flashback ~

‘Jazz? Voel je je wel goed?’ Vroeg een zachte melodieuze stem achter hem. Hij draaide zich om en zag Livia daar staan. Haar blauwe ogen hadden dezelfde kleur als de hemel boven hem. Hij kon niet liegen met die ogen op hem gericht, dus knikte hij maar, bang dat zijn stem te nep zou klinken.

‘Het heeft met je vader te maken hè?’ Ze glimlachte droevig. Hoe wist zij dat? Kon ze gedachten lezen? Hij keek kwaad naar het meisje.

‘Ja. Het gaat over mijn vader. Hij is gewoon een ***.’ Hij smeet de bezem op de grond en deze brak in tweeën. ‘Hij heeft mijn moeder alleen gelaten en hij is mij nooit komen opzoeken!’ Vol opgekropte woede keek hij Livia aan.

‘Jazz…’ Smeekte ze hem. Hij wou zijn oren dicht doen en niet naar haar betoverende woorden luisteren, maar hij moest wel. ‘Jazz, alsjeblieft wordt rustig. Geen enkele god of godin heeft tijd voor hun kinderen. Mijn moeder heeft mij ook nog steeds niet erkend en…’

Haar woorden maakte Jazz weer rustig en hij wou haar omhelzen om haar te troosten. Toch weerhield iets hem… Wacht, was ze nou aan het…

‘Livia! Je kan charmspeaking!’ (ps, Lost Hero is volgens mij nog niet in het Nederlands uitgebracht dus ik weet de Nederlandse term voor charmspeaking niet. Korte uitleg: Het is wanneer iemand anderen kan overhalen dingen te doen met woorden. Het komt vooral voor bij Aphrodite kinderen.)

Ze werd bleek, kijk naar haar voeten en rende toen weg. Vreemd kind… Dacht Jazz. Op dat moment kwamen Joe, Atalanta en Elian naar buiten stormen.

‘We zijn uit die tijdloze zone!’ Riep Atalanta, ‘Met dank aan Joe!’ Joe werd rood en glimlachte trots.

Jazz keek de drie halfgoden kil aan. ‘Geweldig hoor. Gefeliciteerd.’

‘Jazz? Wat is er?’ Vroeg Atalanta.

‘Hé bro? What’s up?’ Joe liep naar hem toe maar Jazz draaide zich om en rende naar het ruim, zijn vrienden alleen achterlatend.

The Hunter's Daughter 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu