Ramp

31 1 0
                                    

Ik zie Rob weer lopen, niet heel verrassend want hij is docent hier op school. Maar ik kan aan zijn gezicht zien van een afstand van 4 meter dat er iets niet goed is. Dus ik loop naar hem toe.

Ik: "Hey, wat is er? Ik zie aan je dat er iets is!"

Rob: "Niks, laat me maar."

Hij krijgt tranen in zijn ogen.

Ik: "Welles. En ik ga je helpen en of troosten."

Rob: "Ik zei toch laat me maar?"

Ik: "Inderdaad, maar ik ben eigenwijs."

Rob: "Vooruit dan. Maar eerst naar mijn lokaal. Ik heb toch geen eerste uur. Ik ben als afleiding maar naar school gegaan."

Eenmaal in zijn lokaal begint hij te vertellen. Ik heb van onze docent het eerste uur vrijgesteld gekregen zodat ik met Rob kan praten, hij weet namelijk ook dat Lydia mijn beste vriendin was.

Rob: "Nou... mijn vriendin is dood... vermoord. Gewurgd."

Ik: "Oh my god. Lydia is ook gewurgd. Misschien is het dezelfde geweest!"

Rob: "Er stond met bloed 'Danke schön' op de muur! Maar aan Julie zelf is geen bloed te vinden!"

Ik: "Ik bel de politie voor deze aanwijzingen. Dit is opmerkelijk!"

Ik zie dat Rob probeert niet te huilen en zich sterk te houden.

Ik: "Nadat ik jou heb getroost!"

Ik zie dat hij alles loslaat. Hij huilt en huilt en ik geef hem een heeeeeele grote knuffel. Niet als 'lovers', maar hij is nu mijn enige vriend die me niet in de steek laat. Ik vind het zo zielig voor hem dat ik zelf begin te huilen. Het is niet de eerste keer dat we naast elkaar zitten te huilen en te knuffelen. Ik merk alleen dat ik me veilig voel bij hem. Uiteindelijk bellen we toch maar de politie.

Politie: "Wanneer kwam je er achter dat ze dood was?"

Rob: "Ik kwam thuis en ze lag dood in de achtertuin."

Ik: "Wacht eens even... mijn laastste uren gisteren van mevrouw Jonker vielen ineens uit. Ze was zogenaamd ziek naar huis."

Politie: "Verdacht, heel verdacht."

Hij zoekt mevrouw Jonker op en vraagt ook haar ID.

Ingrid Jonker
Leeftijd: 41 jaar oud
Woonplaats: Golmond
Relatie tot slachtoffer: Mentor

Rob: "Maar hoe zou ze Julie moeten kennen?"

Ik: "Is ze een facebookvriend van je? Dat is namelijk heel makkelijk om meer informatie over mensen te vinden."

Rob: "Verrek ja!"

Politie: "Ze gedroeg zich ongeïnteresseerd. Ik ga binnenkort eens met haar praten."

Ik: "En die andere man? Op die brug?"

Politie: "Heeft er niks mee te maken. Hij had een bewezen alibi. Hij zat op de dag van moord 1 in Frankrijk en moord 2 zat hij bij ons in de cel voor verder verhoor."

Ik: "Okay, dank u wel voor het melden."

Hij vertrok. Rob moet weer huilen. We gaan maar weer terug naar de pose van voor het telefoontje.

OnherroepbaarWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu