Hoofdstuk 3

103 11 0
                                    

(Destiny)

Giechelend en lachend kom ik met Jessica mijn villa binnen. Jessica is mijn beste vriendin. Ze is niet beroemd. We kennen elkaar al van toen we twaalf jaar waren. We zijn net gaan shoppen. In de chiquere buurt, natuurlijk. We willen niet bepaald dat ik overladen wordt door honderden fans. We zetten onze zakken met onze buit in op de glazen tafel, en zetten ons dan in de lederen zetel.

‘Dat moeten we echt meer doen, Jess!’, zeg ik blij tegen haar.

‘Ja, je hebt gelijk. Bedankt voor de mooie (maar veel te dure) armband, trouwens’, antwoordt ze met een glimlach terwijl ze de peperdure armband rond haar pols aan me toont.

‘Oh, graag gedaan.’

Eén van mijn bodyguards komt naar binnen, met een stapel brieven in zijn handen.

‘U hebt post, mevrouw.’, Hij steekt zijn hand met de stapel brieven naar me uit. Ik neem het aan. ‘Bedankt.’ De bodyguard blijft nog even staan. De brieven bekijk ik later wel, maar nu kan me maar één ding van alle brieven echt iets schelen: dat kleine, mooi versierde, roze briefje dat gewoonlijk elke dag in mijn brievenbus zit. Ik roefel wat door de brieven, op zoek naar het briefje. En eindelijk heb ik het. Jessica kijkt me nieuwsgierig aan.

‘Wat is dat?’, vraagt ze met grote ogen.

‘Ik krijg elke ochtend zo’n briefje, met een compliment op’, antwoord ik haar. ‘Trouwens’, begin ik tegen de bodyguard, terwijl ik me omdraai. ‘Heb je kunnen zien wie het erin stopte?’

‘Niet helemaal. Het was een jongen, met blond-bruin warrig haar. Verder heb ik niks kunnen opmerken’, antwoordt hij met een lage, luide stem.

‘Lees eens voor wat erop staat!’, zegt m’n vriendin enthousiast.

‘Je kan zo goed zingen en acteren. Je bent gewoon een natuurtalent!’ Ik bloos lichtjes terwijl ik het voorlees.

‘Het is lief van de jongen -ie dat schrijft, maar het is wel eng. Zorg dat hij je niks aandoet, oké?’, zegt Jessica bezorgd.

‘Ja ja, ik heb twee goede bodyguards, hoor. Trouwens, wat is er zo eng aan? Het enige dat ik nogal creepy vind, is dat hij m’n echte adres weet. Maar ja, er wonen hier zoveel filmsterren’, verzeker ik Jessica. ‘Maak je dus geen zorgen, Jess.’

De bodyguard loopt weer weg. We halen de kleren, schoenen en sieraden die we daarnet gekocht hebben uit onze zakken. Ik zucht.

‘Wat is er?’, vraagt Jessica onmiddellijk.

‘Ik heb al een kleer- en schoenenkamer, dat zowat een hele verdieping inneemt. En die verdieping is bijna vol, dus waar moet ik deze plaatsen?’, vraag ik met een bezorgde blik, terwijl ik met de kleren zwaai. Jessica barst in een lachen uit.

‘Dat is echt een luxeprobleem, hé? Nee, serieus. Ik dacht dat er iets ernstig was gebeurd.’

Ook ik begin nu te lachen.

Ik zet wat muziek op, omdat ik haast geen tien seconden zonder kan. Geen muziek van mezelf, want daar word ik zenuwachtig van. Dan hoor ik alle fouten die ik zing, en verzin ik er zelf nog een paar valse noten bij.

‘Ik verveel me’, zucht Jessica dan.

‘Zeg, geniet eens van je vakantie, zoals ik doe!’, roep ik, terwijl ik Jessica een por geef.

Niet dat ik m’n beroep niet leuk vind, maar het wordt na een tijdje nogal zwaar. Om zes uur opstaan, naar de studio om een nieuw nummer van m’n toekomstig album “Enjoy Your Life and Be Quiet” op te nemen, dan terug naar m’n huis om een nieuw nummer te schrijven, dan héél snel eten, daarna repeteren voor m’n concert en ten slotte m’n concert geven. En op de andere dagen sta ik dan weer voor een hele dag op de set, wat ook nogal vermoeiend is. Kortom: na een maand ben ik dus doodop, en heb ik nood aan minimum een week vakantie.

‘Ja, jij hebt een veel leuker beroep dan ik!’, zegt Jessica met een pruillip.

Ik moet lachen. Jessica is een kassierster. Iets wat ik dus véél te saai zou vinden om zowat de rest van mijn leven te doen. Maar ja, ze heeft er zelf voor gekozen.

‘Ik weet wat we kunnen doen!’, zeg ik na een tijdje.

Jessica kijkt me nieuwsgierig aan.

‘Ik heb al een idee wat we kunnen doen met die stalker…’

The Boy from the Pink LettersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu