Hoofdstuk 4

103 11 0
                                    

(Jay)

Zuchtend ga ik op bed zitten. Met een kwaad gezicht gaat mam voor me zitten.

‘Jij hebt heel wat uit te leggen, ventje!’

Ik kijk haar aan met uitdagende ogen.

‘Hoezo heb ik iets uit te leggen? Jij hebt me gewoon gevolgd! Je vertrouwt je eigen zoon niet eens!’

‘En terecht! Je kwam van de trap gelopen, en in drie tellen was je al weg, zogezegd naar Michael. Je wachtte niet eens om het te vragen of je naar Michael mocht, laat staan naar buiten!’, riep ze verontwaardigd.

‘Dus besloot je me maar te volgen?’

‘Ja, wat moest ik anders doen? En het toppunt was dan nog dat je niet eens naar Michael ging. Toen je op de trein stapte vertrok die al. Nu weet ik niet waar je bent geweest, en je gaat het nu vertellen!’

‘Denk je echt dat ik je dat ga vertellen? Vergeet het maar!’

‘Wel, dan blijf je op je kamer tot je het vertelt. Ik ben nog steeds je moeder, weet je wel?!’

Met die woorden loopt mijn moeder de kamer uit en slaat de deur met een oorverdovende knal dicht. Een kader met een foto van mijn vader valt van de muur. Mijn ouders zijn vijf jaar geleden gescheiden, toen mijn moeder nog zwanger was van Alanis. Ik zag mijn vader niet veel, want hij was bijna altijd aan het werk. Om dan uiteindelijk, na zo hard te werken, ontslagen te worden. Op de foto ziet hij eruit alsof hij mij in alles zou steunen. Ik neem het mam erg kwalijk dat ze hem weggestuurd heeft, want hij was nog op haar verliefd. Misschien leeft hij niet eens meer, want hij is zonder geld, eten en beroep het huis uit gezet. Ik stap naar de deur en raap de kader voorzichtig van de grond. Awtch! Er zit een glassplinter in mijn hand. Ik leg de foto op mijn bureau en peuter de splinter uit mijn vinger. Daarna schuif ik mijn bureaustoel vanonder mijn bureau en zet hem onder de klink. Zo kan mam niet meer binnen om me verder te ondervragen. Ik ga op bed liggen en doe mijn ogen toe. Langzaam val ik in slaap. Ik droom over Destiny. Ze danst sierlijk in m'n kamer. Dan komt ze naast mij liggen. Ik streel haar gezicht. Ik streel met m'n vingers over haar zachte wang. Ik kijk lang in haar mooie, blauwe ogen.

Ik word uit mijn slaap gehaald door geschreeuw. Aarzelend doe ik mijn ogen open en ga recht zitten. Ik vestig mijn blik op het raam. De zon schijnt fel. Toen ik ging liggen, was het al donker. Waarschijnlijk heb ik gewoon de hele nacht geslapen, zelfs door het avondeten. Ah ja, dat is nog goed ook. Zo ben ik ontsnapt aan een ondervraging van m'n moeder;

‘Jay, Jay! Kom ope doen! Ikke wil naa park gaan!’

‘Nee Alanis, nu niet. Ik… Ik ben huiswerk aan het maken. De deur blijft dicht, want anders haal ik een buis en is het allemaal jouw schuld.’, Ik grinnik zachtjes in mezelf.

‘Okee Jay. Je mag gee boos hale he Jay. Want dan is mama boos he Jay.’

Ik hoor Alanis de trap af lopen. Voor zover dat gaat, want na een paar treden hoor ik het geschreeuw van Alanis en een harde knal. ‘Wheeeeee! Mamaaaaaa!’

Plots rommelt mijn maag. Ik heb nog niets gegeten sinds gisteren. Vlug zoek ik mijn bureauschuiven door, op zoek naar iets eetbaars. Na een tijdje zoeken vind ik een half opgegeten chocoladereep, waar ik dan maar genoeg mee neem. Na mijn schrale maaltijd doe ik het raam open en leun naar buiten. Ik zoek op de buitenmuur een manier om hieruit te raken. Mijn oog valt op een buis tegen de muur, die zo naast mijn raam loopt. Dat zou moeten lukken. Ik neem mijn rugzak en stop er nog wat spulletjes in: een zaklamp, wat reserve kleren, een paar etensrestjes, de fotokader van mijn vader, een groepsfoto met Alanis, mam en ik, en natuurlijk mijn roze papiertjes en mijn stylo met roze inkt. Ik zwier de rugzak op mijn rug en pak dan mijn laken. Dat bind ik met het ene uiteinde rond mijn middel en het andere aan de buis. Voorzichtig ga ik op de vensterbank zitten en laat mijn benen naar buiten bengelen. Ik neem de buis vast, en laat me dan van de vensterbank glijden. Daar hang ik dan, aan die stomme buis. Alles gaat goed, tot plots de buis begint te kraken… Fuck, de schroeven komen los, hij buigt bijna door! En boem! Amper twee seconden later liggen ik en de buis op de grond. Ik heb mijn knie en hoofd vreselijk veel pijn gedaan, maar ik ben bang dat mam komt kijken wat dat geluid was dus sta ik vlug op en ga aan het rennen.

Op de vlucht voor mijn eigen moeder en zusje…

The Boy from the Pink LettersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu