Deel X

64 12 8
                                    


Het gras prikte in zijn neus. Het rook verrukkelijk. Hij wilde zijn gezicht erin drukken en de groene, kruidige geur inademen. Hij zag dat Eva al bij het gat was en voorzichtig haar hoofd erdoorheen stak. Plotseling hoorde Floris een zwaar gedreun op het gras. Zijn hart stond stil. Hij keek op naar een enorm gestalte die zich boven hem aftekende. Een politieagent. Hij sleurde hem aan zijn versleten kraag van zijn blouse overeind en rammelde hem door elkaar. Hij voelde zich verslappen van angst. 'Waar ben jij goddomme mee bezig?' Zijn stem siste in zijn oor. Eva was halverwege het prikkeldraad. De man hield Floris nog steeds bij zijn nekvel vast, bukte zich en greep Eva bij haar enkel. Ze stribbelde tegen en probeerde zich los te trappen, maar hij was te sterk en trok haar terug door het prikkeldraad; haar gezicht en haar handen bloedden. Ze stonden voor hem, Eva snikkend en Floris met rechte rug en opgeheven rug. Vanbinnen trilde hij, maar hij had besloten dat hij zijn angst niet zou laten zien. Tenminste, dat zou hij proberen. Toen keek hij naar hem op, en zijn adem stokte. Het was zijn vriend. Zijn vriend van wie hij op de dag van de razzia afscheid had genomen. Hij herkende hem onmiddellijk. Hij zag zijn ademsappel op en neer gaan, en voelde hoe de dikke hand op zijn kraag beefde. 'Jullie kunnen niet ontsnappen,' zij hij bruusk. 'Jullie moeten hier blijven, begrepen?' Zijn vriend was nog jong, begin twintig, fors en met een roze huid. Floris merkte dat hij zweette onder het dikke, donkere uniform. Zijn voorhoofd glom van het vocht. Hij bracht zijn gewicht van het ene naar het andere been. Floris legde zijn hand op zijn arm. Hij zei: 'Je kent me nog wel, toch.' Het was geen vraag. Het was een constatering. Eva haalde de sleutel uit haar zak en liet hem zien. 'Mijn kleine zusje,' zei ze. 'U moet ons laten gaan, meneer. Mijn kleine zusje. Ze is in Maastricht. Alleen. Ik heb haar opgesloten in de kelder, omdat ik dacht...' Haar stem brak. 'Ik dacht dat ze daar veilig zou zijn! Ik moet terug! U kunt doen alsof  u me niet hebt gezien, meneer.' De man wierp een blik achterom naar de barakken, alsof hij bang was dat er iemand aan zou komen, dat iemand hen zou zien of horen. Hij keek weer naar Eva. 'Dat kan ik niet doen,' zei hij op zachte toon. 'Ik heb mijn orders.' 

Floris drukte zijn hand tegen zijn borst. 'Alsjeblieft,' zei hij rustig. Naast hem stond Eva te snuffen, haar gezicht besmeurd met bloed en tranen. De man keek nogmaals snel achterom. Hij leek totaal in de war. Eva voelde de minuten verstrijken, beklemmend en zwaar. Eindeloos. Ze voelde de snikken, de tranen opnieuw in haar opwellen, de paniek. Wat moest ze doen als hij haar en Floris terugstuurde naar de barakken? Hoe moest ze verdergaan? Hoe? Plotseling zei hij hun namen. 'Ga maar,' zei hij terwijl het zweet langs beide zijden van zijn gezicht naar beneden droop. 'Ga, nu! Snel.' Hij gaf hun een zetje in de richting van het gat en duwde ze met zijn hand naar beneden. Hij hield het prikkeldraad omhoog en schoof de twee er met alle kracht doorheen. Het prikkeldraad prikte in Eva's voorhoofd. Toen was het voorbij. Ze krabbelden snel overeind. Ze waren vrij, ze stonden aan de andere kant. De man voelde in zijn zakken, trok er iets uit en overhandigde het door de afrastering aan Floris. 'Hier, pak aan,' beval hij. Floris keek naar de dikke prop geld in zijn hand. Hij stopte het in zijn zak. De man keek over zijn schouder naar de barakken en fronste zijn wenkbrauwen. 'Rennen, in godsnaam! Rennen, en snel, allebei. Als ze jullie zien...Haal je ster eraf. Zoek hulp. Wees voorzichtig. Succes!' Eva wilde hem bedanken voor zijn hulp, voor het geld, ze wilde haar hand naar hem uitsteken, maar Floris greep haar bij haar arm en zette het op een lopen, ze renden zo snel als ze konden over de droge, stoffige weg, rechtdoor, met longen die bijna uit elkaar barstten, ver weg van het kamp, zo ver mogelijk. 

Reactie? Vote? Wat vinden jullie tot nu toe van het verhaal?🤔❤️

De TerugkeerWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu