#2 deel 3

20 4 0
                                    

~Fiene~

Niet veel later komt Liam terug met een glaasje cola. Ik pak 'm dankbaar aan. 'Dank je,' Ik drink in grote, gulzige slokken me drinken op. Hij kijkt me met een amuserende blik aan. 'Zo jij had een dorst,' zegt hij als ik mijn drinken op heb en ik 'm op een tafeltje weg zet. Ik lach. 'Vind je het gek. Het is hier snikheet van al die mensen.' Hij glimlacht lief naar me. Ik verdrink zowat in zijn mooie chocoladebruine ogen. 'Nee, dat vind ik niet gek. Ik bega hetzelfde. Zullen we even naar buiten?' Ik schud resoluut m'n hoofd. 'Het is jouw feest. Je hoeft echt niet vóór mij naar buiten.' Hij lacht. 'Waarom niet. Ik wil er zelf ook even tussenuit. Veelte heet, hier.' Ik knik en geef hem gelijk. We lopen samen naar buiten en gaan zitten op een muurtje. 'Zullen we ons aan elkaar voorstellen,' begint hij met zijn voorstel. Ik knik, mij best. 'Ik begin,' zeg ik. 'Nou ik ben zestien jaar oud. Ik heb een broer, Tim. en ik heb een moeder en een vader, die ik heel erg mist.' Ik krijg een brok in mijn keel, die ik dan ook snel en dapper onderdruk. Ik wil niet huilen en al helemaal niet als Liam er bij zit. Dan lijk ik zwakkeling, en dat wil ik niet. Dapper ga ik verder met mijn verhaal. 'Ik ben hier in de kliniek, omdat er twee jongens waren die mijn hart gebroken hadden. eerst was er een jongen, Daan is zijn naam. Hij was zo lief voor me, hij was een...de bad boy van de school. Hij veranderde zich voor mij. Ik dacht dit is de ware. Maar nee even later zat hij gewoon te zoenen met een of andere slet. Hij had me gebroken. Hij probeerde tot me door te dringen en zei telkens dat het hem speet. Maar ik geloofde, geloof hem nog steeds niet. Daarna was de strijd doorgebroken. Telkens als ik in zijn buurt kwam. Pakte hij een van de zovele sletten van hem en duwde ze, de sletten dus, tegen de kluisjes aan en zoende hun hartstochtelijk. Ik werd er soms zo misselijk van dat het eten naar buiten kwam. Maar toen ik zo verdrietig was bleef er altijd een jongen voor me zorgen en troostte me, hij was ook een bad boy net als Daan. Daan was zijn grootste rivaal, dat was andersom ook zo. Hij dacht als ik nou Fiene troost en als ze me dan begint te vertrouwen, dan heb ik gewonnen van Daan. Snap je wat ik bedoel?' vraag ik aan Liam die er helemaal stil van geworden is. Hij is helemaal in gedachten en knikt langzaam. 'Vertel verder?' vraagt hij me nieuwsgierig. Ik ga verder. 'Nou, toen begon ik die jongen, Jasper was zijn naam, te vertrouwen. We kregen zelfs verkering, voor een korte tijd dan wel, maar toch we hadden verkering. Ik was blij, ik was zelfs een beetje over Daan heen. Maar helaas bleef dit niet lang zo. Jasper deed mij hetzelfde aan als dat Daan dat bij mij gedaan had. Hij stond een blonde griet te zoenen bij de toiletten. Ik was verschrikkelijk boos op hem geworden. En uitte dat ook. Ik schreeuwde hem alles toe, maar zeker geen een van die woorden waren mooi. Ik werd gek en sloeg hem zelfs recht in zijn gezicht. En ja toen ging ik weg. Ik ging verdrietig naar huis. Ik had me dagen vol gegeten met Ben en Jerry's en toen ik dat zat was at ik niks meer. En toen stuurde mijn ouders me naar de kliniek. Ik vond het best dan hoefde ik die klootzakken ook niet meer te zien.' Liam had de hele tijd stil staan te luisteren. Hij trok steeds een bedachtzaam gezicht. Ik vroeg me af wat er in zijn hoofd omging. 'Oe, heftig!' is het enigste wat hij uit kan brengen. 'Ik vind het echt erg voor je,' zegt hij met een medelijdende stem. 'Ik snap niet hoe hij jou, zo'n knap meisje, zoveel pijn zou doen,' zegt hij een boze twinkeling verschijnt in zijn ogen. 'Ehm, het waren er twee,' vertel ik hem zacht. Hij kijkt me even aan met nog steeds die boze twinkeling in zijn ogen. Gelukkig verdwijnt die langzamerhand, want ik zou die blik niet veel langer volgehouden kunnen hebben. 'Ja juist. Ze zijn gewoon klootzakken. Zet je erover heen. Ik weet dat je dat kan. Je verdient een veel betere jongen.' Hij geeft me een knipoog. 'Maar, ehm, zeg eens even heet die Daan toevallig, Daan Meyer?' vraagt hij me een boze ondertoon is goed door zijn stem te horen. 'Ja, hoe weet je dat? Ken je hem?' vraag ik hem verward. Ik weet haast wel zeker dat hij Daan kent. Anders kan je toch niet zo'n grote haat voor iemand opbouwen, in zo'n korte tijd. 'Nee, niks.' Hij maakt een weg wuivend gebaar. 'Het is niks.' Toch weet ik wel heel zeker dat hij Daan kent. En ik heb zo'n idee dat ze niet echt de beste maatjes van elkaar zijn. Dit zou niet iets nieuws zijn. Daan heeft nogal wat vijanden.  

Love Hurts 1&2 (Voltooid) 15+Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu