V I J F

1.7K 81 9
                                    

Na twee weken Jessie te hebben ontlopen werd Calum naar het kantoor van de rector geroepen. 'Ga zitten.' Klonk zijn vader's stem toen Calum de deur van het kantoor achter zich dicht deed. Hij vroeg zich af waarom hij naar de rector moest komen. Wat had hij fout gedaan? Dit was de tweede keer in zijn hele leven dat hij zich bij de rector moest melden. Snel nam Calum plaats in de stoel tegenover het bureau en wachtte tot zijn vader iets zou zeggen. 'Calum, ik weet dat mevrouw McGary niet bepaald makkelijk is, maar je bent nog steeds haar tutor. Dat houdt dus in dat je zorgt dat ze vrienden maakt, de weg door de school kan vinden, zich aan de regels houdt en met vragen naar jou toe kan komen.' Rector Hood pauzeerde even. 'En voor zover ik op de hoogte ben is dat nog niet gelukt.'

'Vind je het gek?!' Zei Calum verontwaardigt. Hij kon niet geloven dat zijn vader het hem kwalijk nam dat het niet goed ging met een medeleerling. 'Jessie is onmogelijk! Hoe zou ik haar in vredes naam kunnen helpen?.' Dacht hij geïrriteerd. Rector Hood zuchtte diep en keek zijn zoon streng aan. 'Als dit gaat om die hoge reputatie van jou, dan zou ik maar heel goed oppassen, Calum.' Waarschuwdde hij. 'Het is heel egoïstisch van je om ten koste van Jessie je reputatie hoog te houden.' Calum keek zijn vader stom verbaasd aan. Dacht hij nou echt dat hij uit Jessie's buurt bleef om zijn reputatie hoog te houden?! Dat is echt belachelijk! Calum had gewoon een hekel aan Jessie. Ze was bot, altijd in een slecht humeur, onaardig, onvoorspelbaar...

Maar buiten dat had ze inderdaad een slechte reputatie waarmee ze die van Calum omlaag zou kunnen halen. Dus ergens had zijn vader wel gelijk, maar Calum was niet van plan dat toe te geven. Even was het helemaal stil. 'Je weet dus wat er van je gevraagt wordt?' Vroeg rector Hood, wachtend op een bevestiging. Calum rolde geïrriteerd zijn ogen. 'Waarom krijg ik de taak om haar tutor te zijn?' Vroeg hij zichzelf in gedachten af, maar gaf zijn vader toch een knikje.

Calum's laatste uur was scheikunde. Stiekem had hij zich er erg op verheugd. De reden daarvan was omdat hij dan even weg zou zijn van alle drukte om zich heen. Hij was de enige populaire leerling op school die scheikunde volgde. De klas was altijd klein en gevuld met stille, leergierige tieners. Volledige rust dus. Calum was van plan om weer naast Luke Hemmings te gaan zitten, net zoals vorig jaar, maar toen hij het scheikunde lokaal binnen kwam zag hij dat de plek naast de blonde jongen al bezet was. Verbaasd bleef hij staan en wendde zijn blik van de jongen af. Voor zover Calum zich kon herinneren had Luke geen vrienden. In de pauzes zat hij altijd alleen aan een tafeltje in de hoek van de kantine. Verder zat Luke ook in zijn Engelse klas, waar hij ook alleen zat. Opnieuw keek Calum naar de op één na achterste rij tafels waar Luke in gezelschap van een blauwharig meisje zat. De rest van de plekken in het lokaal waren bezet, behalve de laatste rij achter Luke en Jessie. Snel liep Calum naar de lege plaats en plofte neer. Hij realiseerdde zich dat dit de eerste keer sinds het begin van de basisschool was dat hij alleen zat. Het was raar om alleen te zitten. Terwijl Calum zijn spullen uit zijn tas haalde begon de docent de les. Na een kwartier klassikale uitleg werden de vaste labpartners voor het komende jaar gekozen. Geen van Calum's medeleerlingen stond op om hem te vragen of hij hun labpartner wilde zijn. Het verbaasde Calum ook niet. In de scheikunde klas zaten alleen maar hoogbegaafde leerlingen die geen flikker gaven om populairiteit. Ze wisten wel wie Calum was en zijn positie in de rangen op school, maar geen van hun had tijd om zich in hem te interesseren. Na vijf minuten had iedereen een labpartner behalve Calum. Geïrriteerd rolde Calum met zijn ogen. Een oneven aantal in de klas... geweldig. Net op het moment dat hij op wilde staan om aan de twee jongens in de rij naast hem te vragen of hij in hun groepje mocht, draaide Luke zich om op zijn stoel. 'Hey Calum.' Zei hij onzeker en duwde zijn zwarte bril weer iets op zijn plaats. 'I-Ik weet niet of je me nog herinnert, maar we wa-'

'Waren labpartners vorig jaar.' Maakte Calum glimlachend zijn zin af. 'Luke Hemmings, toch?' Luke ontspande en knikte. Hij was best nerveus om met Calum te praten. Luke wist dat hij niet populair was en dat niemand zijn naam wist, maar dat Calum hem nog herkende voelde goed. Luke en Calum konden het vorig jaar tijdens de lessen goed met elkaar vinden. Het voelde alsof alle rangen van populairiteit die door de school heersten even niet bestonden. Voor Luke voelde het alsof hij een vriend had, maar zodra de bel ging was dat gevoel weer weg. Calum werd bij de deur van het lokaal altijd opgewacht door een grote groep vrienden en bewonderaars. 'We dachten... uhh nouja, ik vroeg me af of je bij ons in het groepje wilt aangezien jij nog geen labpartner hebt.' Zei Luke. We? Dacht Calum. Zijn blik vestigde zich op het achterhoofd van Jessie die recht voor hem zat. Ze zat zo stil dat het leek alsof ze verstijft was. 'Jij en Jessie?' Vroeg Calum verbaasd. 'En Jessie vind dat ook goed?' Hij haalde ongelovig zijn wenkbrauw op. Calum wist bijna zeker dat Jessie hem niet in het groepje wilde, maar waarom zei ze dan niks? Luke keek vragend naar Jessie alsof hij om toestemming vroeg. Ze zuchtte diep en haalde haar hand door haar haren voordat ze zich omdraaide naar twee jongens. 'Oké best, ik neem aan dat die ouwe je anders toch bij ons in het groepje plaatst.' Zuchtte ze met een knikje naar de docent. De rest van de les werd besteed aan een klein proefje. Tussen Calum en Jessie hing een ongemakkelijke stilte, maar Luke probeerde de sfeer te verbeteren wat hem zijn labjas kostte. Terwijl hij zijn gesprek met Jessie gaande probeerde te houden hing hij onhandig tegen de tafel aan waardoor de chemicaliën omvielen en op zijn labjas terecht kwamen. De blonde jongen sprong op als een geschrokken puppy en werd rood van schaamte terwijl hij alles weer rechtop probeerde te zetten. Er zat een enorme vlek op de labjas bij zijn kruis waardoor de hele situatie nog gênanter werd dan het al was. Jessie en Calum deden hun best om niet te lachen, maar hielden het op een gegeven moment niet meer in. Luke begon ook mee te lachen en het leek alsof ze alle drie vergaten met wie ze lol hadden. De ongemakkelijke sfeer tussen Calum en Jessie was weg totdat ze uitgelachen waren. Jessie en Calum keken elkaar aan alsof ze er nu pas achter kwamen met wie ze aan het lachen waren. Ongemakkelijk en beschaamd draaide ze allebij van elkaar weg en begonnen de tafel schoon te maken terwijl Luke met zijn labjas aan de haal ging. Niet lang daarna ging de bel en ging ieder zijn eigen weg.

Jessie gooide de ernorm grote voordeur van de villa achter zich dicht. Haar nieuwe pleeggezin was erg rijk en bezat niet alleen de grootste villa van het dorp, maar ook verscheidenen andere villa's over het hele land, vakantie huisjes op de mooiste tropische plekken op de wereld en grote stukken grond. Het pleeggezin bestond ook alleen uit haar pleegmoeder, Ashley Murray, pleegvader Derrick Murray en Jessie McGary. Gelukkig geen irritante pleegbroertjes en zusjes, dacht Jessie. Haar vorige pleeggezin bestond uit twee pleegouders en vijf pleegkinderen. Jessie gooide haar tas naast de deur neer en zette haar motorhelm op het tafeltje midden in de grote ronde hal. Nog voordat ze haar jas uit had, kwam het geluid van Mary's hakken al naar haar toe. Mary was één van de dienstmeisjes van Huize Murray. Om specifieker te zijn was Mary Jessie's dienstmeisje. Jessie hield absoluut niet van Mary's aanwezigheid. Ze was overal waar Jessie was behalve buiten de villa. Altijd een glimlach op haar gezicht en klaar om Jessie zelfs met de kleinste dingetjes te helpen. Jessie schatte haar in rond een jaar of vijfendertig. Ze was redelijk klein, had goudblond haar en lichtbruine ogen. 'Zal ik lekkere thee voor je maken? En heb je zin in een muffin? Ze komen net uit de oven.' Klonk haar zangerige stemmetje. Jessie draaide zich met een zucht om naar de blonde vrouw. 'Ik haat thee.' Zei ze uitdrukkingloos en liep langs Mary heen. 'Maar de muffins ruiken goed.' De geur van verse chocolade muffins werd steeds sterker naar maten Jessie dichter bij de keuken kwam. Aan het klikkende geluid op de tegelvloer te horen kwam Mary haar achterna. Toen ze de keuken binnen liepen werden ze begroet door de chefkok, Nigel. 'Ah juffrouw Murray, hoe was je dag op school?' Vroeg hij glimlachend met zijn dikke afrikaanse accent. Nigel was oorsprokelijk in Ghana geboren. Hij had een donkere huidskleur, donkere ogen en zwarte dreadlocks die in een haarnetje zaten. Hij was erg lang en zag er best atletisch uit, ookal was hij dat waarschijnlijk niet. Jessie gaf hem een boze blik. 'Het is McGary.' Snauwde ze. Als er één ding was waar Jessie zich meer aan kon irriteren dan de mensen om haar heen, was het wel om bij een andere achernaam genoemd te worden. Ze had in zo veel pleeggezinnen gezeten dat ze de lijst met achternamen die ze gehad had, zich niet meer kon herinneren. 'Weetja wat helpt as je een slechte daag heb gehaad?' Vroeg Nigel goed gehumeurd. Vanwege zijn accent zei hij de meeste woorden die je met een "a" uitspreekt als dubble "a" en woorden die je uitspreekt met dubble "o" als een enkele "o". Verveeld keek Jessie hem aan terwijl ze op de kruk aan het kookeiland ging zitten. 'Je neemt gewon een neger muffin.' Grapte hij. Nigel maakte wel vaker "neger grappen" over zichzelf of de dingen die hij kookte. Hij voelde zich ook niet gediscrimineerd als iemand anders een neger grap maakte over hem of in het algemeen. Hij kon er gewoon smakelijk om lachen. Nigel pakte een chocolade muffin van de bakplaat die op het aanrecht stond en zette hem voor Jessie neer. 'Jeremy had gebelt om the vragen hoe het met je gaat, misschien moet je hem terug bellen.' Deelde Mary mee. Jessie haalde onverschillig haar schouders op terwijl Nigel de muffin dichter naar haar toe schoof. 'Ik zweer, je voelt ja beter na die muffin.' Verzekerde hij haar. Jessie rolde met haar ogen, greep de muffin van het kookeiland en liep de keuken uit naar haar kamer.

A/N:

Heeey! Ik weet dat het lang duurt voordat ik eindelijk iets af heb, maar dat is omdat ik aan het leren en stressen ben voor m'n toetsweek en projectweek :-( Ik heb het echt heel druk op het moment en amper tijd om te schrijven. Dus waarschijnlijk kan ik niets/weinig posten in de komende weken. Ik zal proberen om af en toe een klein stukje te schrijven zodat er toch langzaam een hoofdstukje komt, maar ik hoop dat jullie begrijpen dat ik niets kan beloven.

Laat me in de comments weten wat je van dit hoofdstuk vond en please stem :D

xxx

StoryTimeWith

Bad Reputation || Calum Hood || UNFINISHEDWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu