Hoofdstuk 15

37 4 2
                                    

We horen sirenes in de verte. Van het ene moment op het andere lig ik in de ambulance op weg naar het ziekenhuis en Brandon zit in een politieauto op weg naar het politiebureau.

Liv zit bij mij in de ambulance, met nog twee andere vrouwen/meiden. Ze lijken me jong. Iets ouder dan mij. "Dit is Jenna en dit is Farrah." stelt Liv voor. Ik geef ze een klein glimlachje en ze glimlachen terug.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

"Aan de kant, aan de kant." roept Jenna. Ik lig in een ziekenhuisbed. Die bedden zijn echt vet leuk. Ze hebben wieltjes, geweldig toch. Ik ben op weg naar een kamer. Jenna en Farrah hebben me vertelt dat ik waarschijnlijk geopereerd moet worden. Maar de operatie niet heel zwaar zou zijn.

"Oké we zijn er." zegt Farrah zachtjes. Ik kijk om me heen. Het is een kamer, een gewone ziekenhuiskamer. Niet dat ik iets anders had verwacht hoor. Maar het ziet er wel een beetje eenzaam uit.

"Hallo mevrouw." ik kijk op. Er staat een dokter bij de deur. "Hallo." zeg ik terug. "Ik kom u ophalen voor de operatie." "Oh oké." zeg ik een beetje nerveus. Dit is al de tweede keer in het ziekenhuis. Maar de eerste keer dat ik geopereerd moet worden. "Ik roep de zusters en dan gaan we naar de operatiekamer." ik knik naar de dokter, nog steeds nerveus. "Farrah, Jenna kunnen jullie de patiënt naar de operatiekamer brengen?" "Ja." zeggen ze in koor.

Op weg naar de operatiekamer zijn Farrah en Jenna druk met elkaar in gesprek. Ik daarin tegen volg het gesprek niet. Ik ben zenuwachtig, bang en nieuwsgierig tegelijk.

Zenuwachtig voor de operatie.

Bang, want wat als ik het niet overleef?

Nieuwsgierig hoe het met Brandon op het politiebureau gaat.

Langzaam aan komt de operatiekamer steeds dichterbij. Nog steeds spoken de gedachten door mijn hoofd, maar ik heb al meer vertrouwen in de operatie. Farrah en Jenna hebben me verteld dat het geen levensbedreigende wond is en dat er dus met de operatie niks mis zou mogen gaan. En dat brengt mij aan de twijfel.

'Zou mogen gaan' betekent misschien wel de dood.

Nee Sophie niet over nadenken. Het komt goed. Het zijn goede dokters.

"We zijn er." ik word uit mijn gedachten gehaald door Jenna. "Het komt echt goed. Het zijn goede dokters en wij zijn er ook bij." "Bedankt Jenna en Farrah." Toch nog een beetje gerustgesteld ga ik de operatie in. Meer krijg ik ook niet mee want ik word onder narcose gesteld.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

"Sophie?"
"Sophie?"
Ik hoor dat iemand mijn naam zegt. Maar ik ben nog niet volledig wakker en kan dus alleen horen en voelen. Ik kan niet bewegen, mijn ogen niet openen en niet praten.
"Sophie?" Hoor ik weer.

"Oh kom op iemand is aan het proberen om me wakker te maken. Ogen ga open!" Schreeuw ik tegen mezelf in mijn gedachte.
Het werkt mijn ogen gaan open.
Eerst zie ik een wazig beeld van de kamer en het bed waar ik in lig. Daarna zie ik een figuur naast mijn bed zitten.
Ik kan nog niet zien wie het is.

"Sophie?"
Wacht ik herken die stem. Dat... dat is de stem van Brandon.
Mijn beeld wordt steeds scherper en zie Brandon nu goed. Zijn wonden zijn gehecht.
Ik kijk naar zijn handen. Geen boeien.

"Je hebt geen boeien om? Betekent dit dat je niet opgepakt bent?"
"Ja, ze hadden geen reden om me aan te houden. Mike daarentegen wel, hij is naar de gevangenis gebracht. Je zal nog wel moeten getuigen bij zijn rechtspraak."
"Oh oke." Dat maakt me bang, want dat betekent dat ik hem nog vaker zal zien. En ik heb het liever niet. Maar als ik het niet doe zie ik hem misschien nog vaker.
"Het komt goed. Ik zal erbij zijn en Jack ook."
Ohja Jack.

"Hoe gaat het met hem?"
"Met wie?"
"Met Jack."
"Goed hij heeft er niks ernstigs aan over gehouden. En jij? Hoe voel jij je?"

"Ik ben oké. Ik had maar een paar wonden maar ze zijn gehecht." Hij kijkt me aan. Ik ben blij dat hij niet is opgepakt en dat hij niet heel erg verwond is. Als dat zo was zou ik het mezelf nooit kunnen vergeven.

Ik lach naar hem en hij lacht terug. Ik ben gelukkig. Alles is voorbij.

Love, lost and runWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu