'Hij h-heeft wat?' Stotter ik hopend dat ik het verkeerd heb verstaan. 'Z-zelfmoord?' Bevestigend knikt mijn moeder terwijl er tranen over haar wangen stromen. Waarom zou hij zelfmoord plegen? Voor zover ik wist had hij een geweldig leven. We waren een gelukkig gezin, we kwamen niets te kort. We hebben nooit iets van problemen gehad.'Hij is gevonden met een briefje.' Verteld ze. 'Een afscheidsbriefje.' Ze loopt de woonkamer uit, maar al snel komt ze weer terug. Deze keer met een stuk papier in haar hand. Met trillende handen overhandigt ze mij het briefje.
Ik weet niet hoe ik deze brief moet beginnen, ik weet niet wat ik moet zeggen. Ten eerste, het spijt me dat ik dit heb gedaan. Ik voelde me al een hele tijd nutteloos, alsof iedereen door mij heen keek, alsof ik niet bestond. Ik zei niets aangezien ik niet wilde dat jullie je zorgen om mij zouden maken. Sorry. Ik hoop dat jullie mij het kunnen vergeven.
Waarom heb ik hier niets van gemerkt? Hij leek altijd zo vrolijk, hij maakte veel grapjes, niemand had dit aan zien komen. Ook ik niet. Ik heb altijd wel een betere relatie met mijn moeder gehad, maar dat betekent niet dat ik niet van hem hield. Ik hield, houd zielsveel van hem. Als hij het ons, of mijn moeder had verteld hadden we hulp gezocht, zodat hij zich beter zou gaan voelen. Maar nu is het te laat.
Het is gewoon heel raar om te beseffen dat ik hem vierentwintig uur geleden nog heb gezien, in levende lijven. Zelfs toen heb ik er niets van gemerkt. Hoe kon hij zo normaal doen als hij wist dat hij er over vierentwintig uur niet meer zou zijn, dat hij dan dood zou zijn. Was ik nou toch maar naar huis gegaan gisteravond, dan had ik hem nog gezien. Dan had ik hem nog een knuffel kunnen geven en hem vertellen hoeveel ik wel niet van hem houd. Waarom moest die fucking storm mij tegenhouden?
'Hoe is het gebeurt?' Vraag ik voorzichtig aangezien ik mijn moeder niet nog meer wil laten lijden.
'H-hij heeft zijn polsen doorgesneden.' Voorzichtig knik ik met mijn hoofd, waarna ik zonder iets te zeggen naar mijn kamer ga. Ik pak een fotolijstje van mijn nachtkastje, waar ik, mam en pap op staan. Die foto was genomen toen we hier net heen waren verhuisd. We leken toen een heel gelukkig gezin, maar dat waren we niet. Tenminste, dat was papa niet.
'Lily, mag ik binnen komen?' Hoor ik een stem vanachter mijn kamerdeur vragen. Ik heb niet duidelijk kunnen horen wie het is, maar ik ga er vanuit dat het mam is. Want pap kan het niet meer zijn. Eigenlijk heb ik nu helemaal geen zin in mensen om me heen, het liefst wil ik gewoon even helemaal alleen zijn, alles proberen te verwerken. Voor zover dat lukt dan.
Ik hoor mijn kamerdeur open gaan en tot mijn grote verbazing staat niet mijn moeder daar maar Adam. Hij komt gelijk naar mij toe en sluit mij in zijn armen.
'Je moeder heeft het me verteld.' Zegt hij zachtjes. Ik leg mijn hoofd op zijn schouder. Door mijn tranen ontstaat er een natte plek op zijn shirt.
'Die droom.' Begin ik naar een tijdje. 'Het klinkt misschien raar, heel raar. Maar ik heb het gevoel dat het hier iets mee te maken heeft.' Vragend kijkt Adam mij aan.
'Hoe bedoel je? Hoe kan een droom hier nou iets mee te maken hebben?' Vraagt hij.
'In de droom gebeurde er iets.' Vertel ik. 'Ik moest kiezen, alleen koos ik niet voor hem.'
JE LEEST
Wolf Eyes
WerewolfEen nieuwe school, een nieuw huis, een nieuwe stad en alsof dat nog niet genoeg is ook nog een nieuwe gedaante. Wanneer Lily verhuist vanwege de baan van haar vader, verandert er veel. Maar dan ook echt veel! Er komen verschillende bovennatuurlijke...