Vraag me geen uur, vraag me ook ni hoe lang. Maar toen er niks meer t'horen was, zei 'k tegen Fons da hij bij m'n pa moest blijven.
Allez, stelt nu da er nog gevaar was. Dan is't beter da ze een emotioneel wrak neerknallen dan ne jonge kerel.
Fons had alles wa er te vinden was voor de vitrine gezet. Ik heb alles voor de deur aan de kant gegooid en ik ging naar buiten.
Er waren al mensen op straat. Sommigen waren aan't schreien. Andere in shock.
"Sofieke!"
Ze keek op.
"Sofieke! Van waar hebben ze geschoten?!"
't Mens was aan't bleiten*.
"Aan de Tiense."En toen ging er een rilling door m'n lijf. Ma zo'n echte e, zo ne kouwe rilling over u ruggengraat waar heel u lijf op mee davert.
"Den Tiensepoort!" kreeg ze der eindelijk uit.
"Nee!"
Da was een moederlijke schreeuw van op voorhand paniek.Gelijk veel andere spoeiden* w'ons naar de Tiensepoort, al eeuwenlang letterlijk de poort naar Tienen.
Te voet, lopend me ons rokken in ons handen.Fons was ne goeie jongen. Zolang ik ni terug was, bleef hij waar ik zei dat hij moest blijven.
We waren me veel. Heel veel. 'k Had eigenlijk ni gedacht da we me zo veel daar na toe zouden gaan.
Rook krulde al boven d'huizen. En da vergeet ge ni. Da blijft op u ogen branden alsof heel de stad in de fik staat.
Overal op straat lagen mensen me huilende familie boven. De gendarme, die van't stad, die diensten daar, en andere mensen ruimden al puin. Allez ja...
t' Was eigenlijk vooral mensen ruimen.
"Greet!"
Da 'k die avond ni hees was snap 'k nog steeds ni. En tranen. Da vooral.Mensen duwden mij aan de kant, en 'k heb daar zelf ook wel wa mensen overhoop gelopen. Daar ga'k ni over liegen.
Bloed op de straten vloeide bijeen. Da was vies. Als 't ni rap regent zal't hier rap vol zitten me al't vuil van de straat. Vliegen, ratten en honden.
"Greet! In godsnaam!"
Voor da'k 't wist lag ik op m'n knieën.
*snuift*Te trekken en te schudden op 't lijf van mijn dode 14 jaar oude dochter. Samen me een hele hoop anderen. We waren me veel. Heel veel.
Mensen van d'ambulance kwamen al af. Ni da er nog veel te doen was.Kwajongens graaiden de kogelhulzen bijeen. Wa ne mens ni doet voor een baar Franken.
Iemand legt z'n hand op m'n schouder.
"Marie" t' is Gérard. Die van de epicier*.
"Marie. Wiske* was just bij mij".
Ik kijk'm aan. Me rood doorlopen ogen van de tranen.Als u kind dood is dan schreit ge alles da ge hebt.
"Ze's nog vermist."
Ik heb toen een diepe en jankende 'nee' los gelaten. Vermist. Ma zo veel dooien* over heel 't straat en d'huizen, ge zijt eerlijk he, dan weet ge't wel.Twee van m'n drie kinderen. Kwijt. Ge kunt veel verliezen, ma op diene moment was 'k wel echt bijna alles kwijt. En 't zou ni veel beter worden.
*huilen
* haastten
* Frans voor kruidenierszaak/ een kleinere buurt winkel
* koosnaam voor Louise
* meervoud voor dode mensen
JE LEEST
De Slag om Leuven (Leuvense versie)
Historical FictionLeuven (Vlaams-Brabant) in de Tweede wereldoorlog werd twee keer, telkens in twee dagen tijd, volledig vernield. Dit is het verhaal door de ogen van een gewone vrouw. - WAARSCHUWING; dit verhaal is in het zwak Leuvens dialect geschreven, er zijn...