Deel 25

70 2 3
                                    

Als ik mij ogen open - Dat kan niet? Ik hoor harstikke dood te zijn. Ik kan me de klap herinneren.

flashback

De val duurt maar een paar seconden, maar het voelt als een eeuwigheid. Het vallen geeft me een vrij gevoel, ook al hoor ik meneer Zail en nog wat andere mensen schreeuwen, het intresseert me niet. Mijn rug raakt als eerste de grond, en ik hoor het kraken. De pijn die door mijn lichaam schiet is niet te beschrijven pijnlijk, maar mijn emotinele pijn is erger. Ik hou mezelf voor dat ik zo toch met mijn hoofd tegen de harde tegels sla en dat dan alles is afgelopen. Dan is alle pijn voorgoed weg...

Het klopt dat ik daarna met mijn hoofd tegen de tegels aan sloeg, en ook dat deed even pijn. Gelukkig verlies ik al meteen het bewustzijn, en ik herinner me niets meer. Maar nu doe ik mijn ogen open, en ik kijk in de ogen van meneer Zail en nog wat andere, onduidelijke, onbelangrijke mensen. Ik begin meteen weer te huilen: Ik zou nu in de ogen van Thijs moeten kijken. Iemand tilt me op (Dat zou....) en legt me op een brancard ofzo. De sirenes zijn vaag en ik verlies mijn bewustzijn voor de tweede keer.

FLASHBACK

P.O.V. THIJS

*****

Ik scheur de straat door. Mijn zwarte mercedes glimt en valt nauwelijks op in de regen. Ik ga dood, dat is zeker. Iedereen zal het hebben over een 'tragisch auto-ongeval', maar dat is het niet. Bij lange na niet. Ik weet het, Daan weet het, mijn vriendin weet het en Siara weet het ook als ze haar brief leest. Alles staat uitgelegd in die ene (ellelange) brief. Ik stop voor het asgrijze gebouw en stap uit, ik hou de plastic tas met daarin de papieren boven mijn hoofd om niet in een keer zeiknat geregend te worden. Ik ren naar het gebouw en open de zware loodsdeur. Eenmaal binnen valt die met een zware klap achter me dicht en is het stikdonker. Opeens gaat er een bouwlamp schuin boven me aan, en ik kijk tegen het felle licht in. Ik weet dat ik hier dood ga, en de jongens hier zijn professioneel. Ze zullen het heel mooi maken, me terug in mijn auto zetten en er alles aan doen om het te laten lijken op een auto-ongeluk. En het lukt ze, ongetwijfeld. Ik hef mijn hand op tegen het licht, en op dat moment hoor ik de zware stem. 'Laat het zien.' Ik schud de papieren uit de zak en laat ze uitgespreid voor mijn voeten liggen. De zware stem bromt tevreden. Het licht gaat uit, ik hoor even later een gedempte knal en daarmee gaat ook het licht van mijn leven uit. Ik kreun en zak in elkaar op de grond, de kogel met gif boort zich direct in mijn hart en nog geen seconde later lig ik dood op de grond. In mijn allerlaatste gedachte flitst het beeld van Daan, mijn vriendin, Siara en ik in ons huis. Ik zal er nu nooit meer voor ze kunnen zijn, ik heb niet eens afscheid van Siara kunnen nemen. Ik hoop dat.... Mijn gedachten vervagen en met een uitdrukking van spijt en verdriet val ik op de grond.

P.O.V. Siara

De kamer waarin ik lig is heel erg wit. Ik kreun en zak terug in mijn kussen, trek de deken over mijn hoofd. Mijn armen doen pijn. Ik beweeg een beetje en ik gil het haast uit door de hevige pijnscheut die door mijn lichaam schiet. Waar ben ik? De wereld is nog nooit zo wit geweest. Ik til met de grootste moeite mijn hoofd op, en het doet pijn. Ik kijk om me heen. Het lijkt me vrij duidelijk dat ik in een ziekenhuiskamer lig. Kreunend val ik terug in mijn kussen. Zo blijf ik een tijdje liggen en luister naar de piepjes op de monitors naast me. Na wat een kwartier, maar ook een uur geweest kan zijn gaat de deur open en komen er wat mensen naar binnen, waaronder een dokter. Hij zet het tussen overeind en helpt me helemaal omoog (zodat mijn lichaam een hoek van negentig graden maakt). Ik kijk wie er nog meer meegekomen is: Daan. 'Daan....' fluister ik zacht en mijn ogen vullen zich met tranen. Hij knuffelt me heel voorzichtig, erop lettend dat hij me geen pijn doet. We zitten zo best lang. De dokter kuch en Daan laat me snel los en staat een beetje beschaamd op. De dokter begint te ratelen wat er allemaal met me is: 'Goed, je hebt een flinke smak gemaakt. Je hebt je rug op twee plekken gebroken, gelukkig heb je geen zenuwen geraakt en ben je dus niet verlamd. Je hebt ook een kleine schedelbreuk, maar ook daar is niets vitaals aangetast. Verder zal je hele lichaam wel bont en blauw zijn van de klap. Je hebt heel erg geluk gehad, dame. Het had een stuk slechter met je kunnen aflopen.' NEE!! schreeuw ik van binnen. IK HEB GEEN GELUK GEHAD. Dit was godveromme een zelfmoordactie, en ik heb gefaald. Ik heb geen geluk gehad. De enige persoon waar ik voor leef ik gestorven. DUS NEE IK HEB GEEN GELUK HAD. Ik wil het allemaal schreeuwen, maar ik houd me in. Ik pers mijn lippen op elkaar. Na een tijdje vraag ik: 'Meneer, hoe lang moet ik hier blijven?' 'Dat is nog niet met zekerheid te zeggen, maar zeker een week. Als je hoofd al genoeg hersteld mag je dan weg. Je moet zeker nog een maand met een soort korset in je rug lopen voor de breuken daar.' Ik knik. 'Dan eh... dan laat ik jullie maar even alleen. Je hebt twintig minuten, jongeman. Ze moet rusten.'

De dokter loopt weg en Daan en ik blikven achter. Hij komt op mijn bed zitten en slaat voorzichtig een arm om me heen. Ik leg mijn hoofd op zijn schouder en huil. Hij veegt mijn tranen weg. 'Hoe?' vraag ik. 'Hoe kan hij zo plotsenling weggevaagd zijn uit onze levens?' Daan kijkt me aan en knikt. 'Het is verschrikkelijk....' Hij slikt. 'Maar het was geen auto-ongeluk.' Mijn ogen worden groot. 'Niet? Maar.. Hoe.. Wat is er dan gebeurd?' Daan reikt me de brief aan die de directeur aan me gaf. Hij is verkreukeld, want ik heb hem die hele tijd vastgehouden. Snel maak ik de enveloppe open en trek de brief eruit.

Lieve, lieve Siara.

Als je dit leest, ben ik dood.

Om te beginnen, het spijt me. Het spijt me zo dat ik weggegaan ben zonder iets te zeggen. Dit kan het niet goedmaken, maar ik zal je in ieder geval proberen uit te leggen waarom ik werkelijk dood ben gegaan. En ik kan je vertellen, dat is niet door een auto ongeluk.

Het begon allemaal ongeveer tien jaar geleden. Tessa Janssen was een goede vriendin van me. Op een dag gingen we (Tessa, mijn vriendin en ik) naar het strand. Het was heel gezellig, maar volgens mij was Tessa jaloers op mijn vriendin. Heel cliché allemaal. Toen kreeg mijn vriendin kramp in het water, en Tessa zwom maar een paar meter van haar af, terwijl ik aan de kust stond, tien meter verderop. Tessa wilde mijn vriendin niet redden. Ze weigerde. Dus toen heb ik gezegd dat ik alles zou doen, als ze haar maar redde. Ze zag blijkbaar in dat ze daae nog eens een keer voordeel in zou kunnen hebben, dus toen deed ze het wel. Gelukkig was mijn vriendin gered, maar ik was boos op Tessa omdat ze  haar niet gewoon meteen redde. Ik dacht dat ze mijn vriendin was! We kregen erge ruzie en sindsdien heb ik haar nooit meer gezien.

Tot nu. Ongeveer een jaar geleden benaderde ze me weer. Ik was haar al bijna vergeten, en ik wist eerst niet eens wie ze was. Ik kreeg een mailtje van een zeker bedrijf Janssen & co. In dat mailte herinnerde Tessa me er even haarfijn aan dat ik haar nog wat verschuldigd was en zei ze dat ik iets voor haar moest doen. Dat 'iets' was in dit geval informatie verzamelen over onze directeur. Ja, die zit ook in dit zwaar corrupte wereldje. Aangezien ik het haar verschuldigd was moest ik wel, want ik ben een man van mijn woord. Bovendien zou ze me toch wel weten te vinden. Het kostte me ongeveer driekwart jaar om alle informatie die ze eiste te vinden. Trouwens, ze is niet echt slecht. Ik ken haar goed en ze heeft nog nooit iets kwaad gedaan, ik weet ook niet waarom maar ze wilde hiervoor informatie hebben. Maar, zoals altijd, hebben deze mensen een no-risk garantie.  Oftewel, ik moet dood, zodat ik zelf niks met de informatie die heb ik ga doen. Het bedrijf Janssen & co is slechts een schuilnaam. Zij is de baas van het bedrijf. Ze hebben hele professionele mensen in dienst, die zullen er voor zorgen dat mijn dood een auto-ongeluk lijkt. Laat dit mensen denken.

Nu weet je de oorzaak van mijn dood. Ik vind dat je er recht op hebt om het te weten. Nogmaals, het spijt me dat ik je heb achtergelaten.

Siara, ik heb maar eens laatste wens voor je: Ga niet achter Tessa aan. Ze is ongrijpbaar. Laat het rusten. En, je moet jezelf geen pijn doen nu ik dood ben. Alsjeblieft. Denk aan The Butterfly project. (A/N: Dan tekent iemand een vlinder op de pols van een ander, en zet de naam van een dierbare eronder. Als je je niet snijd, en de vlinder natuurlijk laat wegvagen (dus niet wassen) is het je gelukt en heb je je vlinder levend gehouden. Als je je toch snijd, heb je je vlinder doodgemaakt en de persoon waarvan je houd (figuurlijk) ook. Je hebt die persoon dan teleurgesteld.)

O ja. Siara, ik weet dat je van me houd. Vergeet dat niet. Zorg goed voor jezelf.

Liefs en vaarwel,

Thijs.

Ik heb de brief al drie keer gelezen, maar nog steeds vat ik hem niet. Thijs, corrupt? Bij een een of andere gang? Nee, gedwongen. Hu? Nou ja, waarom ook niet. Mijn leven is al fucked up, dus dit kan er ook wel bij. Ik lees de zin je moet jezelf geen pijn doen nu ik dood ben. Alsjeblieft. over en over. Ik heb hem nu al teleurgesteld, en hij is nog niet eens een week dood. Ik bedoel, ik heb mezelf behoorlijk pijn gedaan toen ik uit dat raam klapte.

Ik leg de brief in mijn schoot en huil, met Daan aan mijn zijde.

----------------

A/N: Sorry dat ik telkens haar ouders niet betrek in het verhaal. Ik bedoel, in het echt zouden die echt wel invloed hebben, maar in het verhaal komt het gewoon even beter uit als er geen ouders zijn. Dus vergeet de ouders even en denk gewoon dat ze weg zijn ofzo. Idk ;)

I just wanna be yoursWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu