Voorproefje van deel 2: Verlies (inleiding)

917 78 19
                                    

« Wat veel mensen vergeten over een vloek, is dat ze altijd bijwerkingen heeft. »

Madeline Elpis was vervloekt. Gedoemd tot sterven op haar twintigste, maar nu is ze eindelijk verlost. Tenminste, dat dacht ze dan toch. Beetje bij beetje ontdekt Madeline dat nog lang niet alles voorbij is. Als Madeline bij haar echte ouders wakker wordt, lijkt alles weer normaal te zijn, maar wat is überhaupt nog normaal... Wat wil de mysterieuze jongen Daniel van haar? En wie is die onbekende jongeman uit haar dromen?

Proloog

Er hing een onheilspellende stilte in het bos. Het enige geluid dat te horen was, was dat van de krakende takken onder mijn voeten. Ik had zo'n overduidelijk buikgevoel dat hij hier was, de man met het masker en de bijl. Ik zat er niet naast.

'Maddy, ik moet met je praten!' smeekte zijn stem achter me. Ik draaide me verschikt om en keek recht in de ogen van de man. Hij was niet veel ouder dan mij, daar was ik van overtuigd. 'Herken je me niet meer? Zeg mijn naam Madeline, alsjeblieft.'

Ik fronste verward en deed een stap naar achteren. Wie was deze gek en wat wilde hij van me?

'Hoe weet je mijn naam?' vroeg ik op mijn hoede. Deze man kon gevaarlijk zijn. Die balancerende bijl, die op zijn rug hing, alleen al. 'Ik stelde je een vraag!'

'Je kent me Madeline! Ik zweer het. En ik ken jou! Weet je het dan niet meer, wat we hebben meegemaakt? Farr, de drakenritjes met Firala, Narcisso...' zei de gemaskerde man zacht, hij deed een paar stappen naar me toe, maar ik liet hem geen centimeter dichterbij komen door evenveel stappen naar achteren te doen.

'Waar heb je het over? Je bent gek! Draken bestaan toch helemaal niet!' riep ik ongelovig naar hem. Hij keek me wanhopig aan en zakte door zijn knieën op de harde bosgrond.

Hij liet zijn hoofd in zijn handen rusten. 'Ik was al bang dat hij dit met je had gedaan.'

'Wie? Wat heeft hij met me gedaan? Spreek, vreemdeling!' beval ik hem terwijl ik met de minuut nerveuzer begon te worden. Ik had helemaal geen idee waarop dit individu doelde en wat hij dan ook van me wilde.

'Narcisso, hij heeft dit met je gedaan. Ik kan niet veel langer met je praten, maar ik vertel je dit nog. Ik zit vast. Narcisso heeft me opgesloten. Kom me zoeken, maar kom niet alleen. Ik zal op je wachten.'

Na die woorden begon de vreemdeling te vervagen. Ik rende naar hem toe om hem tegen de houden, maar het was al te laat. Ik had nog zoveel vragen voor hem. Het was nu wel duidelijk dat hij me kende omdat hij me om hulp vroeg. Hij vertrouwde op me.

En toen werd ik wakker.

Axe {De Vervloekte Trilogie 1}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu