hoofstuk 2.

3K 117 6
                                    

samen met Nils loop ik over het strand heen. hij kijkt me aan en stopt met lopen. 'weet je hoe mooi je bent onder eht maanlicht!' hij trekt mij naar zich toe en drukt teder zijn lippen op de mijne. ik duw hem zachtjes van me af. "ik heb een vriendje sorry" schuldig bijt ie op zijn lip. 'maakt niet uit vrienden toch?' ik knik hevig. dan gaat nils zijn telefoon af. hij neemt op en begint te praten. hij kijkt me aan en zijn blik veranderd. hij hangt op en bijt op zijn lip. 'we gaan terug, je vader heeft een hart aanval gekregen, mama is nu bij hem in het ziekenhuis hij heeft het niet overleeft' die woorden het lijken wel bakstenen. ik zak door mijn benen heen en leg mijn hoofd in mijn handen. papa was de enige die ik nog had. de enige die mij echt goed kende. nu gaat ie naar mama toe. en ik ? ik blijf alleen achter. helemaal alleen. ik begin te schreeuwen. nils komt naast me zitten en slaat een arm op me heen. ik leg mijn hoofd op zijn schouder. zo blijven we minuten zitten. de tranen stromen over mijn wangen nils zet me op zijn rug en tilt me naar zijn huisje. hij geeft me een voetbal broekje en een shirt van hem en draaot zich om zodat ik me kan opkleden. ik ga in zijn bed liggen en verstop mijn hoofd in het kussen. 'alles komt goed, je komt bij ons wonen' zegt nils die een kus op mijn voorhoofd drukt. ik ben kapot van al het huilen. mijn ogen vallen langzaam dicht.

You forget me { mainstreet }Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu