Chapter 19.

2.2K 57 6
                                    

vrijdag 26 juli 2015

Ik leg mijn gitaar weg en sla mijn armen over elkaar. 'Wat doe je nou?' vraagt Harry verbaasd.

'Het lukt niet. Ik kan het niet.'  Ik laat me achterover op de bank vallen. 'Jawel! Het gaat bijna nooit makkelijk. Je moet niet opgeven', zegt Harry. Hij gaat slaat zijn armen om me heen en trekt me tegen zich aan. 

'Ik kan het toch niet', zucht ik. 'Misschien lukt het vandaag niet, maar we kunnen een andere keer verder gaan. Wanneer jij maar wil, oké?'

Ik knik en laat mijn hoofd tegen zijn borst rusten. 'Ben je moe?' vraagt Harry. Ik knik weer. 'Kom, ga maar liggen op mijn schoot.' Harry schuift een stukje op, zodat ik meet mijn hoofd in zijn schoot kan liggen en zodat ik met mijn benen op de bank pas. 

Zodra ik lig voel ik Harry's rechterhand rusten op mijn zij en met zijn andere hand glijdt hij steeds door mijn haar. Ik zucht en leg mijn rechterhand op zijn knie en mijn linkerhand laat ik op de bank liggen. 

Zijn hand blijft mijn haar aaien ik krijg een warm gevoel van binnen. Ik rol me op mijn rug, zodat ik naar Harry kan kijken. Hij veegt mijn pony uit mijn gezicht en glimlacht naar me, 'You're beautiful', fluistert hij.

Ik glimlach en voel dat het bloed - alweer - naar mijn wangen stijgt. 'Ik ben zo blij dat je hier bent...' gaat hij door, 'Je bent echt geweldig!'

Ik merk dat ik nog roder word en leg mijn handen op mijn wangen om het te verbergen. 'Hé...' Hij pakt mijn handen en legt ze op mijn buik, 'Je mag gewoon blozen waar ik bij ben. Ik vind het wel schattig...' 

Hij krijgt nu ook een lichte blos op zijn wangen. Een beetje ongemakkelijk kijkt hij de andere kant op. 'Jij mag ook blozen waar ik bij ben', zeg ik zacht. Ik leg mijn hand op zijn wang en duw voorzichtig zijn gezicht richting mij, zodat we elkaar aankijken. 

Hij legt zijn hand op mijn hand, die nog steeds op zijn wang ligt. Zo blijven we een tijdje zitten. Ik kijk in zijn groene ogen. Dan glijden mijn ogen een stukje naar beneden, naar zijn perfecte lippen. 

De vorm, de kleur, alles aan zijn lippen is perfect. Ik kijk weer naar zijn ogen en zie dat hij nog steeds naar mijn ogen kijkt. Ik kan er niks aan doen; mijn mondhoeken gaan een beetje omhoog en ik glimlach. 

Ineens hoor ik een harde klop op de deur en ik schiet omhoog. Mijn hart bonst in mijn keel. 'Wow, ik schrok', zeg ik lachend. 'Ik ook', giechelt Harry, 'Ik kijk wel even wie het is. Blijf maar liggen.'

Ik til mijn hoofd op, zodat Harry op kan staan en pak dan een kussentje en leg het onder mijn hoofd. Ik rol weer op mijn zij. Ik hoor dat Harry de deur opent en dat hij zacht tegen iemand praat.

'Nee!' zegt hij opeens, heel wat harder, 'Ik zeg toch dat ik het niet wil!' 'Ze denken...' Ik herken Simons stem. 'Ja, iedereen denkt altijd wat. Ze denken ook dat Louis en ik wat hebben. En Liam en Zayn. Het enige waar ze gelijk over hebben, is dat Niall verliefd is op eten.' Harry klinkt geïrriteerd, bijna boos.

'Harry, luister naar me.' 'Ga weg.' Harry slaat de deur hard dicht en loopt richting de bank. Ik kijk op. Ik durf het bijna niet te vragen, maar zeg uiteindelijk voorzichtig: 'Wat is er?'

'Simon loopt allemaal te zeiken dat het beter is dat je weer naar huis gaat. Mensen denken dat we misschien een relatie hebben.' Harry gooit zijn armen in de lucht wanneer hij het zegt. 

'Als het moet, ga ik wel weg... Ik wil niet voor ruzies tussen jou en Simon - of wie dan ook - zorgen.' 'We willen niet dat je weg gaat', Harry kijkt me aan terwijl hij het zegt, 'Ik wil niet dat je weg gaat.' 

Mijn hart begint ineens veel sneller te bonken. Harry wil dat ik blijf. Hij wil het. Hij vindt het niet erg om ruzie te hebben met Simon, als ik maar blijf. 

Sweet Creature✓Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu