Hoofdstuk 8 ~ Coco

61 5 6
                                    

Ik zat in een kleermaker zit op mijn bed een beetje muziek te luisteren. We hadden de hele dag rondgelopen en de flyers bezorgt, daar was ik heel moe van, maar toch kon ik niet slapen. Ik dacht er telkens weer aan, eigenlijk werd ik er gek van. In mijn hoofd kwam ik steeds niet verder dan de zin: 'Maite is vermist.' Alsnog geloofde ik het niet, zelfs niet nadat ik het meerdere keren uitgesproken had. Een aantal vriendinnen hadden me berichtjes gestuurd om te vragen hoe het met me ging. Natuurlijk wisten ze dat Maite een bijzondere rol in mijn leven speelde, ze zouden daarom ook wel snappen dat het op dit moment slecht met me ging. Ik had dan ook een standaard berichtje dat ik naar mensen kon sturen als ze vragen hoe het me ging, het luidde zo:
'Hoi .....,
Zoals je weet is Maite vermist en daar ben ik kapot van. Je hoeft geen medelijden met me te hebben, ik red me wel. Eva en ik doen er alles aan om Maite te vinden. Ik zou het fijn vinden als je aan mensen rond kan vragen of ze misschien weten waar Maite is of wat er is gebeurt. Als je dat zou willen doen, maak je me al blij genoeg.
Tot snel,
Coco.'

Ik had niemand verteld over de zoektocht van Eva en mij, die morgen ging plaatsvinden. Ik was bang dat ze ons tegen wilden houden of gingen smeken dat we niet gaan. Ze zullen zeer waarschijnlijk ook niet snappen hoe we ons plan precies wilden gaan uitvoeren. Eerlijk gezegd wist ik dat zelf ook nog niet en Eva ook niet. We hadden wel een belangrijk doel: Maite vinden. En een belangrijk doel is genoeg voor een plan.

Eva en ik gingen dus al de hele week niet naar school, onze ouders hadden daar ook begrip voor. Ik wist wel dat dit slecht was voor mijn schoolwerk en dat ik zo achter kwam te lopen op de rest, maar ik deed er alles aan om Maite te vinden.

Ik keek naar mijn wekker die op het paarse nachtkastje naast mijn bed stond. Het was inmiddels half twaalf 's avonds. Met mijn oortjes in staarde ik naar mijn plankje met fotolijstjes erop. Mijn oog viel op een foto van Eva, Maite en ik, alledrie staan we met een brede glimlach naar de camera te kijken. Normaal als de foto bekijk kreeg ik ook een glimlach op mijn gezicht, maar nu bleef ik strak voor me uit kijken. Huilen lukte niet meer, mijn tranen waren nu écht op. Voor vijf minuten bleef ik doelloos naar de foto staren. Toen ging ik op de rand van mijn bed zitten en reek met mijn hand naar het lijstje. Ik probeerde het de pakken, zodat ik het weg kon leggen zodat ik er niet langer naar hoefde te kijken. Maar natuurlijk moest het met de onhandige ik weer eens mis gaan en dus liet ik het lijstje vallen. Het glas brak in duizenden stukjes op grond en ik was bang dat ik de slapende familieleden wakker had gemaakt. Gelukkig was het nog stil in huis, op de muziek die nog steeds in mijn oren klonk na. Ik haalde de oortjes uit mijn oren en ging op de grond zitten. Met mijn hand schoof ik de stukjes glas onder de kast, want ik was te lui om stoffer en blik te halen. Ik legde mijn mat over de plek waar de scherven hadden gelegen, om te voorkomen dat ik in een glassplintertje stapte. Met de foto in mijn hand ging ik terug in bed liggen. Het lijstje legde ik op mijn nachtkastje neer. Ik pakte mijn mobiel en antwoordde een berichtje van een goede vriendin met mijn standaard berichtje. Nog snel zette ik mijn wekker voor morgen, want ik moest natuurlijk wel op tijd bij Eva zijn voor de zoektocht. Aan het eind van de ochtend hadden we afgesproken om Tessa bij haar huis op te halen, zodat ze mee kon met onze zoektocht. Ze leek zo aardig vanmiddag en ik vertrouwde haar meteen. En natuurlijk is extra hulp nooit verkeerd. Toen ik klaar was met mijn mobiel legde ik de foto van Eva, Maite en mij onder mijn kussen en viel in slaap.

Eén van onsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu