proloog

301 12 0
                                    

'Heleen waar ga je heen?' Vraagt men vriendin wanneer ik zonder aanleiding ga staan. Ik grijp naar mijn pakje sigaretten in mijn jaszak en steek het in de lucht zodat ze het kan zien. 'Ah zo. Wil je dat ik mee kom naar buiten' 'Nee hoor', schud ik mijn hoofd, 'ik ben zo terug' Ze knikt instemmend en richt zich terug op de rest van de groep. Met een stevige pas loop ik naar buiten de koude nachtlucht in. Kort ril ik even. Het was al goed koud voor de tijd van het jaar. Ik haal een sigaret uit mijn pakje Marlboro en steek ze op. Diep adem ik in en laat me meevoeren door mijn sigaret. Ik haat het dat ik rook maar terzelfder tijd smacht ik iedere keer weer naar een sigaret. Ik zucht en trek vervolgens nog eens aan mijn sigaret. Het is een rustige avond bemerk ik. De straten zijn leeg op dit uur van de nacht en je hoort niets. Zelfs niet een auto ergens in de verte. Opnieuw trek ik eens van men sigaret en blaas vervolgens allemaal kleine wolkjes rook uit die duidelijk zichtbaar zijn in het licht van de straatlantaarns. Even blijft het stil terwijl ik rustig verder rook maar wanneer ik bijna klaar ben loopt er een ineengedoken gestalte om de hoek. Het is een vrouw dat zie ik aan haar kleine magere gestalte ondanks het feit dat ze zich dik had aan gekleed. Ze strompelt verder de straat door en ik kijk naar haar. Best wel stalkerig. Maar het was het enigste interessante voor het moment. En dan plots uit het niets. Twee handen sleuren haar het nabije steegje in. Ze slaakt een kort gilletje maar die wordt al snel gedempt. Ik moet zelfs niet denken. Ik gooi mijn sigaret op de grond en loop naar het steegje. Ik hoor ze worstelen nog voor ik de hoek om sla. Een gemaskerde man houd haar stevig tegen de muur gedrukt terwijl hij haar probeert te verdoven met chloroform. Ik ruik de verschrikkelijke geur helemaal tot hier. Domweg gooi ik me met mijn 55 kilo lichaam op hem. We tuimelen allebei op de grond waarbij ij met mijn schouder stevig op de grond terecht komt. Pijn giert er doorheen maar ik blijf iets te lang liggen. Snel krabbelt hij recht en haalt een knipmes uit zijn zak. Met een zacht klikgeluidje springt het open. Het lemmet flikkert in het licht van de straatlantarens en dat gecombineerd mijn zijn zwarte sadistische ogen zorgden voor een afschuwelijk beangstigend beeld. Doodsbang schuifel ik achteruit nog steeds op de grond. Mijn ogen vallen p De vrouw die de man probeerde te ontvoeren. Ze stond recht en zag wat er gebeurde. Met een schreeuw gooit ook zij haar op hem om mij te kunnen beschermen. De ontvoerder draaide hem net op tijd om en met een afschuwelijk geluid kwam het mes in de vrouw haar buik terecht. De geur van bloed omringde me onmiddellijk en ik zag het leven wegsijpelen uit haar ogen. Enkele keren haalt ze nog schokkend adel en dan was het gedaan. Ze was dood. Doodsbang en helemaal verstomd blijf ik kijken tot waneer HIJ zich om draait. Op slag kom ik weer tot zinnen. Ik spring recht en negeer de pijn die door mijn 1m60 lange lichaam raast en ik ren. Ik kijk niet achterom ik ren gewoon. Ik was nog geen 20 meter ver of hij had me al te pakken. Hij tackelde me en duwde me met mijn rug plat op de grond. Het bebloede mes zette hij aan mijn keel en het liet een rode bloederige streep achter 'Geen woord' klinkt het van hen. De dreiging in mijn stem doet me huiveren. In heel mijn leven was ik nog nooit zo bang geweest. 'Wij gaan het nog leuk hebben samen' zegt hij 'je bent zelfs nog beter dan die andere.' Met een harde klap slaat hij me. Even draait alles nog maar dan is alles in 1 keer zwart.

gebrokenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu