Hoofdstuk 28

688 19 3
                                    

P.o.v. Damon
Met mijn zachte handen wrijf ik even door mijn ogen om ze vervolgens te openen.
Uit mijn neus lopen buisjes, in mijn hand zit een buisje.

Waar de hel ben ik? Nog belangrijker waar is Zina?! Mijn handen doen ongelooflijk veel pijn, nog niet gesproken over mijn enkel. 'Zina?' Zeg ik met schorre stem.

'Ah Damon je bent wakker.' Zegt de zuster die mijn kamer ingelopen word. 'Ik wil Zina zien.' Mijn stem klinkt nog steeds schor. 'Wat is haar achternaam?' 'Bovensma.' 'Oké, ik ga de dokter halen, ondertussen ook een glaasje water en daarna bel ik mevrouw Bovensma.'

Wie denkt ze wel niet wie ze is, Zina als laatste prioriteit zetten. 'Nee bel eerst Zina.' Een grom van mij was al niet meer nodig, ze stond te trillen van mijn boze stem. De zuster loopt bellend weg.

'Goedemiddag meneer Ramírez, hoe voelt u zich?' De dokter heeft een enorm lieve stem. 'Het gaat goed, alleen veel last van mijn hand en mijn enkel.'

'U heeft veel geluk gehad meneer, u heeft alleen wat lichte brandwonden op uw buik, zware brandwonden op uw hand en enkel en zware schaafwonden op uw hoofd en bovenbenen.'

Hoe lang zou ik weg geweest zijn? Zou Zina oké zijn? Ik kan haar niet zo lang alleen laten. De zuster komt de kamer binnen met een glaasje water. 'Drink maar rustig op.' Langzaam drink ik het water teugje voor teugje op.

'U bent weg geweest voor 2 weken en 3 dagen.' Mijn ogen worden groot, zo lang? Heb ik Zina zo lang alleen gelaten. Ik denk alleen nog maar aan Zina waardoor ik mijn enorme pijn vergeet.

P.o.v. Zina
'Met Zina Bovensma.' 'Ja hallo u spreekt met Zoë Staphorst van het BovenIJ ziekenhuis, meneer Ramírez is zojuist wakker geworden en hij vraagt naar je.' Mijn geluk kan niet op, zonder te twijfelen schreeuw ik dat ik eraan kom en vlieg naar mijn auto. Een eenzame traan dwarrelt naar beneden van geluk.

'Ik kom voor Damon Ramírez, ik ben Zina Bovensma.' Ongeduldig sta ik te springen terwijl ze zijn naam op zoekt. Het is niet normaal hoe sloom ze is. Mijn ogen kleuren donker, ik word kwaad omdat ze zo sloom is. 'Kamer A013.'

Rennen lijkt me geen slim plan in een ziekenhuis maar op een snel loop tempo loop ik naar de kamer van Damon. Om de hoek wacht ik nog even, zijn heerlijke geur treed mijn neus binnen, ja dit is mijn mate, en alleen van mij. 'Zina?' Hoor ik hem vragen. Mijn hart gaat te keer in mijn lichaam, ik ben nog nooit zo blij geweest om iemand weer te zien. De helft van mijn gezicht steek ik om de hoek. Hij heeft al veel minder buisjes dan eerst en een grote lach op zijn gezicht. Dit is mijn mate.

Ik blijf niet langer staan en ren op hem af, als ik eindelijk zijn lippen weer op de mijne voel begin in te huilen van geluk. 'Verlaat mij nooit meer voor zo lang.' Zeg ik in een smekende toon. 'Nooit meer lieverd.' Stevig knuffel ik waardoor hij zachtjes kreunt. 'Sorry heb je pijn?' Damon schud zijn hoofd maar meteen kan ik al van zijn blik aflezen dat hij liegt.

Als ik naar zijn hand kijk zie ik zware brandwonden. Voorzichtig pak ik zijn pols en druk zacht een kus op zijn wonden. 'Beter?' 'Veel beter.' De hele avond ben ik nog bij Damon geweest. Ongelooflijk hoe trots hij op mij was dat ik voor 4 hele dagen Luna speelde.
In tegen stelling tot Colton vond hij het wel leuk dat ik Jesse hard geslagen heb.

Colton belde me net om te zeggen dat ik hier wel tijdelijk kon slapen, dat hij alpha ging spelen. Wat een lief persoon is het toch.
'Damon?' 'Ja mijn liefste?' 'Ik hou van je .' Lichtelijk zie ik hoe Damon bloost. 'Ik hou ook van jouw.'

Een zucht verlaat mijn lichaam, mijn hoofd duw ik stevig in mijn handen terwijl ik zachtjes kreun, ook goedemorgen zonlicht. De bank waar ik op heb geslapen afgelopen 2 nachten geeft mij pijn aan mijn rug.

'Eindelijk wakker?' Vraagt de zware ochtendstem van Damon, hij is inmiddels alles al aan het inpakken. 'Hoe laat is het?' Vraag ik slaap dronken. '11 uur prinses.'
Shit 11 uur?! We hebben het gister veel te laat gemaakt met film avond.

Damon moet lachen van mijn geschrokken gezicht. 'Grapje schat, het is 9 uur.' 'Niet grappig.' Zeg ik nep boos.

'Laat me je helpen jij moet rust houden.' Ik wil de spullen van hem over nemen als hij het snel terug neemt. 'Ik kan het, zo herstel ik.' 'Dan herstel je op een rare manier.' 'Ik ben raar.' Grinnikt hij lief. 'Daarom hou ik van je.'

Damon trekt mij dichterbij via mijn heupen en zoent me stevig. Wat heb ik heb toch gemist.

Einde

Alpha MateWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu