Hoofdstuk 12

785 22 0
                                    

P.o.v. Damon
'Colton waar zit je?!' Mindlink ik naar Colton. Waar is die lapzwans als ik hem nodig heb. 'Ik ben op kantoor Alpha.'

Kwaad storm ik zijn kantoor binnen. 'De Killerwolves komen achter MIJN mate aan! We moeten iets doen voordat het te laat is.' Mijn stem klinkt 10 keer kwader dan verwacht.

'Rustig, hoe weet je zo zeker dat ze het gemunt hebben op haar?' Kan hij niet gewoon iets bedenken anders doe ik het wel! 'De Killerwolves hebben haar pols opengesneden en vervolgens gezegd de volgende komt op je keel, ze moet hier weg!' 'Ze willen je juist helpen waarom zouden ze dit doen? Ik begrijp het niet.' 'Blijkbaar willen ze mij niet helpen hé?!'

'Damon je moet aardiger gaan doen tegen iedereen dit kan zo niet langer, het is een wonder dat je nog geen oorlog hebt met de engelwolven.' Deze woorden dringen goed tot mij door... Ik ben een monster geworden door Killerwolves en er is niks wat ik er nu nog aan kan veranderen. 'Stuur haar naar het oorlogshuisje.'

'Dat gaat ze niet leuk vinden zonder jouw.' 'VROEG IK OM EEN WEERWOORD?!' Mijn stem galmt door de kamer. 'Nee Alpha.'

P.o.v. Colton
'Zina waar zit je?' 'Voorste woonkamer bij de hoofdingang wat dan?' Zonder antwoord terug te geven loop ik zo snel mogelijk naar de woonkamer om eerder te zijn als Damon. 'Pak je spullen we gaan.' 'Wat?' Hoor ik haar verbaasd zeggen.

'Ik leg het later uit pak nu je spullen!' Ik weet dat Damon het niet leuk vind als ik tegen haar schreeuw maar als ze niet luistert...

Een half uur later heeft ze eindelijk alles klaar. 'Stap in.' Ze doet wat ik zeg.
'Kun je me nu eindelijk vertellen waar we heen gaan?' Ze klinkt zo nieuwsgierig maar ik weet niet of het al veilig is, Damon heeft een goed gehoor.

P.o.v. Zina
'Kun je me nu eindelijk vertellen waar we heen gaan?' Vraag ik lichtelijk geïrriteerd en nieuwsgierig. Ik krijg even geen antwoord en besluit het nog een keer te vragen. 'Hallo? Colton?' 'Stil, ik vertel het zo.' Antwoord hij paniekerig.

Het voelt niet goed. Zou hij me terug naar de Killerwolves brengen?! De paniek neemt toe en ik begin te hyper ventileren. 'Zina doe rustig we gaan naar Wolferine.' 'Wat?' Waarom zou hij dit doen? Het maakt niet uit mijn hart maakt een sprongetje van blijdschap.

'Je bent geweldig Colton.' 'Dat weet ik.' Snuift hij arrogant. 'Damon wil je ergens heen sturen zodat je veilig bent van de Killerwolves.' Damon zou mij nooit naar Wolferine sturen. 'En hoezo stuurt hij mij dan naar Wolferine? Hij haat Wolferine.' 'Dat weet ik, hij wou het ook niet, hij zei stuur haar naar het oorlogshuisje en ik breng je nu naar Wolferine omdat ik weet dat je daar veilig bent, en je vind het veel leuker daar dan in dat saaie huisje.

Eén ding als Damon je belt zeg je dat het heel gezellig is en dat mevrouw Kampen goed voor je zorgt oké?' Ik knik lief. Wat een held is Colton.

Ik sta te springen om naar binnen te gaan, eindelijk mijn familie weer zien.
"Klop klop." De deur word open gedaan en ik vlieg de persoon die de deur open doet gelijk om de hals. Ik zie niet precies wie het is maar het maakt me niet meer uit, ik ben thuis! 'Ehm hallo? Wie ben jij?' Hoor ik een onbekende stem zeggen.

'Huh hebben ze nieuwe mensen aangenomen?' Dit is een vreselijk ongemakkelijk moment. 'Ja, ik ben Nerazj, aangenaam.'

Ik merk dat ik rood word van schaamte, zojuist heb ik iemand omhelst die ik helemaal niet ken. 'Wat komen jullie doen?' Vraagt Nerazj vriendelijk.

'Ik heb Charles gebeld hij is op de hoogte.' Antwoord Colton. 'Duidelijk zal ik helpen met koffers tillen?' Ik knik lief.

'Papa!' Ik ren op hem af en geef hem de grootste knuffel ooit. In zijn knuffel tilt hij mij op en draait me rondjes. 'Ik heb je zo erg gemist.' 'Ik jouw ook lieve Zina. Ik ben blij dat er ook nog goede mensen in Black Diamond zitten.' Zegt mijn vader en geeft een knipoog naar Colton. 'Je mag bij onze pack komen Colton.' 'Nee bedankt ik hou mijn trouw aan Damon.' Ik had het wel leuk gevonden als Colton ook bij Wolferine zou zitten.

'Is prima knul, bedankt voor haar heel aanleveren je mag gaan, jij ook Nerazj.' Hij is nog steeds zo bazig.

'Sinds wanneer zijn er nieuwe mensen?' 'Sinds dat er veel mensen gestorven zijn in de oorlog.' Zucht hij, ik kan zien dat hij er nog steeds pijn van heeft. Mijn vader ruikt ligt aan me en veegt dan mijn haar op zij, hij ziet mijn mark van Damon en zucht. 'Hij heeft het toch wel met toestemming gedaan hé?' Eigenlijk niet maar dat lag aan mij, ik ga geen antwoord. Maar dat leek me geen goed idee om nu te zeggen.

'Tuurlijk pap Damon is geen slecht persoon.' Mijn vader grinnikt binnensmonds. 'Waar zijn mama, Javiero, Lorenzo, Alphons, Xaviero en Jesse?' 'In de woonkamer, ga maar ik moet nog doorwerken.' Ik blaas mijn vader nog een kus toe en loop dan naar de woonkamer.

'Hey.' Ik doe mijn best om niet vreselijk enthousiast over te komen wat niet erg lukt want ik ben gewoon zo blij om iedereen weer te zien. Dit is de plek waar ik ben opgegroeid. 'Zina!' Jesse vliegt op en tilt me op met zijn armen om mijn middel. 'Kom je terug?!' Hoor ik Alphons verbaasd vragen.

Het eerlijke antwoord is nee want over een paar weken of maanden ga ik terug naar Black Diamond maar ik wil ze nu echt niet teleur stellen. 'Ja.' Jesse zet me neer en ik begroet de rest van de groep met een dikke knuffel. 'Mama ik heb jouw ook heel erg gemist.' Terwijl ik haar knuffel zie ik dat haar arm in het gips zit. 'Wat heb je gedaan?'

'Een stom ongelukje in de keuken niks om je zorgen over te maken lieverd, zullen we wat leuks doen? Een spelletje ofzo.' Hoe duidelijk was het dat dat een leugen was, ik voel het gewoon. Voor nu besluit ik om er niet verder op in te gaan dat komt later nog wel. Ik wil me voor nu focussen op de leuke dingen.

'Wie doet mee?' Vraag ik blij. Al mijn 4 broers schreeuwen blij ja. 'Jesse?' 'Nee nu even geen zin.' Wat is er gebeurt sinds ik weg ben? Mama en Jesse doen nu al vaag. Ik neem plaats naast Jesse op de bank. 'Mis je Isabel?' Volgens mij had ik het bij het juiste einde want ik kan zien dat zijn ogen waterig worden. Snel sla ik hem in mijn armen.

'Het is oké, ze mist je ook, ik ga mijn best doen om jullie zo snel mogelijk weer samen te krijgen.' Ik heb nog geen idee hoe ik het ga doen maar het komt vast wel goed. Volgens mij moet ik echt stoppen met dingen beloven aan mensen.

'Kom je nog Zina? Het spel staat klaar.' 'Ik kom eraan Javiero één momentje.' Jesse pakt mijn hand vast. 'Kom ik ga je inmaken.' Ik wist wel dat hij mee zou doen.

'Je mag 3 stappen vooruit.' Zegt Javiero omdat ik 3 gegooid heb. Ik strek mijn arm uit om mijn poppetje te verplaatsen aan de andere kant van het bord. Ik voel hoe mijn mouw omhoog gaat en mijn diepe snee te zien valt.

In een splitsecond trek ik mijn hand terug. Even kijk ik naar iedereen of niemand het gezien heeft maar het lijkt alsof iedereen het gezien heeft. Alphons trekt één wenkbrauw omhoog.

'Zina? Ga je je poppetje nog verplaatsen?' Ze hebben het gelukkig niet gezien, wat een geluk heb ik. Met de andere hand verplaats ik mijn poppetje 3 stappen vooruit.

'Gewonnen!' Zegt mijn kleine broer Javiero, hij is 10 maar hij gedraagt zich al als een volwassen man, ik denk dat het komt doordat hij met vele volwassenen omgaat. 'Gefeliciteerd maatje.' Zegt Jesse en wrijft hem op zijn haren.
Ik voel mijn telefoon trillen en kijk wie het is. Damon, verrassend. 'Wat is er Zina? Je kijkt zo angstig.' Kijk ik serieus angstig? Dat was niet mijn bedoeling. Zonder terug te reageren sta ik op en loop de kamer uit.

'Hey Damon.' 'Zina! Ik probeer je al een uur te bellen, ik had bijna Colton gestuurd.' 'Sorry ik was een spelletje aan het doen.' 'Oh met wie?' 'Jes... Dat was niet slim.' 'Wat zei je?!' Hij klinkt boos. 'Mevrouw...' Hoe hete ze ook al weer. 'Kampen.' 'Aha, ben je haar wel een beetje aan het inmaken?' 'Nee ik heb verloren helaas.' Mijn stem klinkt vreselijk saai en zenuwachtig, dat hij nog niks door heeft vind ik knap. 'Ja ze heeft dik verloren!' Schreeuwt Javiero blij. 'Wie is dat?' Vraagt hij net iets te rustig. 'Wie?' 'Ik hoorde iemand iets zeggen ik kon niet precies horen wat hij zei.' 'Dat moet een storing geweest zijn, ik moet gaan Damon we spreken later wel weer.'

Voordat hij nog iets kan zeggen hang ik op. Mijn handen zweten enorm. Kwaad loop ik de kamer binnen. 'En bedankt Javiero!' Ik sla de deur dicht en ren naar mijn slaapkamer. Het was niet heel eerlijk van mij om boos op hem te worden want hij heeft natuurlijk geen idee wat er allemaal aan de hand is, maar ik kon het niet helpen.
Mijn slaapkamer ziet er nog precies zo uit als toen ik hem achterliet. Mijn deken half omgeslagen omdat ik uit mijn bed vluchtte om Jesse te bezoeken.

Ik pak mijn oortjes en zet een verdrietig liedje aan. Ik heb het gewoon echt even nodig om te huilen. Mijn rug raakt de deur en ik zat naar de grond.

Ik plaats mijn handen in mijn haar en begin te snikken. Dit had ik echt even nodig.

Alpha MateWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu