Het was enorm stil bij het binnenwandelen van het kantoor, wat niet echt normaal was. Normaal, als ik eens later of als laatste aankwam, hoorde je Koen tot in de gang roepen en Lotte daarmee lachen, ook Eric kwam de laatste tijd meer en meer aan het woord waardoor je hem wel eens hard hoorde lachen. Vandaag was het zo stil zoals je zou aankomen in een leeg kantoor. Misschien was de chef al enkele minuten eerder begonnen met zijn vergadering, al zou ik het raar vinden dat hij dan niet zou wachten tot iedereen aanwezig was.
Patrick stond, zoals altijd, aan zijn onthaal. Zijn wijsvinger, die hij natmaakte met zijn tong, gleed over de papieren in zijn boekje terwijl hij zijn ogen snel over de woorden liet rollen. "Goedemorgen Patrick, het is hier zo stil, is alles in orde?" Hij hees zijn lichaam rechtop en keek mij met een glimlach aan. Hij haalde zijn bril voor zijn ogen weg en knikte zacht. "Er zijn weinig aanwezigen, daarom dat het zo stil is." Verklaarde hij. Ik glimlachte en knikte waarna ik het onthaal voorbij liep en mij aan de vergadertafel neerzette, naast Koen.
Enkel Koen, Robin en Tom waren aanwezig waardoor het al snel duidelijk werd waarom het hier zo stil was. Robin en Tom hadden regelmatig de neiging gehad om een gesprek met elkaar aan te gaan en er anderen niet bij te betrekken, wat dus meteen verklaarde waarom ik Koen niet had gehoord. "Waar is iedereen?" Vroeg ik hem terwijl ik rondkeek doorheen de ruimte. "Floor en Femke zijn op reis en Gabriël is ziek dus Lotte is thuis gebleven. Van Eric weten we niets, weet jij iets?" Mijn wenkbrauwen kregen een kleine frons. Ik keek hem doordringend aan. "Nee, ik weet niets van Eric. Hopelijk blijft die niet weg door gisteren." Zei ik hem stil. Hij keek mij vragend aan, maar ik kon hem niet beantwoorden aangezien de chef zich bij ons aan tafel zette en wij hem meteen met volle aandacht aankeken.
Met zijn lepeltje, die hij tussen zijn duim en wijsvinger hield, roerde hij in zijn tas koffie. Hij keek ons allemaal om de beurten aan en schraapte zijn keel. "De komende dagen zal het allemaal een beetje anders verlopen," begon hij zijn dagelijkse bespreking. Koen en ik keken elkaar even aan waarna we weer naar de chef keken. "ik heb geen idee waarom Eric er niet is en ik denk dat hij ook niet gaat komen vandaag. Daarom gaan Koen en Brigitte samenwerken totdat Eric en Lotte terug zijn." Ik zette mijn ellebogen op tafel en leunde met mijn hoofd op mijn ineen gehaakte handen. "Eric en ik waren net aan een belangrijke zaak begonnen." Zei ik hem. Ik had mijn zinnen op deze zaak gezet en wou deze zo snel mogelijk oplossen. Eric zijn afwezigheid deed daar geen goed aan, aangezien ik hem echt wel nodig had. Hij was enorm slim met zulke dingen en vulde mijn gebreken perfect aan, net zoals ik de zijne aanvulde.
"Daarom dat Koen u gaat bijstaan zo lang dat nodig is." Koen keek mij met een brede glimlach aan. "Koen, dit is een serieuze zaak. Ik wil hier niet licht over gaan." Hij schudde meteen zijn hoofd en stelde mij gerust dat hij zich zou gedragen.
Enkele jaren geleden hadden ze ons, door vele ziektes, ook samen gezet en dat was niet goed afgelopen aangezien we beiden te veel aan het lachen waren. Zo hadden we een dader pas na twee dagen gevonden, terwijl we die de dag zelf nog hadden kunnen arresteren. De chef had ons toen hardhandig moeten aanpakken omdat we anders nooit onze taken zouden doen die elke dag vervuld moesten worden.
Koen tikte zacht tegen mijn schouder aan nadat we al enkele tientallen minuten in de auto zaten onderweg naar de haven. Volgens onze informatie was de container nog niet geledigd en stonden er enkele van onze collega's te observeren. Koen had voorgesteld om hen te verlossen zodat we er snel bij waren en meteen de juiste informatie hadden voor moest er effectief iets gebeuren. Koen en ik waren ook al langer in dienst en hadden meer ervaring in het onthouden van mensen hun uiterlijk en het achterhalen van hun identiteit. "Wat was dat nu over Eric?" Vroeg hij me en keek me even nieuwsgierig aan. Met een kleine zucht wendde ik mijn blik van hem af en staarde ik voor mij uit.
"We hebben gisteren een kort gesprekje gehad, over vroeger, en dat is niet zo goed verlopen en hij is gefrustreerd vertrokken." Verklaarde ik hem. Zijn gefronste wenkbrauwen en verbaasde blik betuigde van niet veel begrip, alleszins leek hij niet te begrijpen waarover wij hadden gesproken en waarom dat Eric gefrustreerd zou wegrijden. "Wat voor gesprek? Over wat juist?" Vroeg hij me dan ook. Ik haalde mijn schouders op en wees naar een inrit van de haven waarna ik hem duidelijk maakte dat hij daar moest inrijden.
Ik opende mijn raam nadat Koen onze auto naast die van onze collega's had gezet. "En, al iets opgemerkt?" Vroeg ik hen meteen. De man, met de korte zwarte haren en middellange baard, knikte zacht zijn hoofd. "Er rijdt hier af en toe een zwarte Volvo voorbij. Nummerplaat hebben we niet kunnen zien, maar ze stoppen altijd even voor de container in kwestie." Vervolgde hij. Ik glimlachte en bedankte hem voor de informatie.
Ik beval Koen om zich verdekt op te stellen en de camera's gereed te maken voor actie. Zo konden we alles vastzetten op beelden en hadden wij genoeg bewijs om aan de hogere instanties te kunnen laten zien.
"Brigitte," ik keek Koen aan die voor zich bleef uitkijken, "er is toch niets tussen Eric en u?" Ik liet een zucht mijn mond ontsnappen en keek voor mij uit. "Laten we ons nu maar gewoon op het werk concentreren, Koen."
Ik wist dat hij het beste met mij voorhad en mij probeerde helpen, maar met de woorden waarmee Eric mij heeft achtergelaten, kon hij niks doen. Ik kon nauwelijks zelf om met die woorden. Ik wist niet waarom hij de frustraties, die hij getoond had, in zijn lichaam had. Hij ging akkoord met wat ik hem zei en gaf mij gelijk. We hadden beiden onze relaties opgebouwd en konden dat niet verpesten door liefde dat in het verleden leefde.
"Eric," sprak Koen uit en nog voor hij verder kon gaan zei ik hem dat hij erover moest ophouden en zich op de zaak moest concentreren. Hij keek me snel aan en schudde zijn hoofd. Hij reikte zijn arm voor zich uit en wees iemand aan. Ik volgde zijn aanwijzing en keek recht op de persoon die ik hier totaal niet had verwacht. "Wat doet die hier?" Vroeg ik geschokt en keek naar hoe hij, samen met een kompaan, de container openbrak en de inhoud ervan in een wit busje duwde. Koen trok de camera uit mijn hand om foto's te trekken, terwijl ik geschokt bleef staren.
Hoe kon Eric dit ons aandoen? Hij had het vertrouwen van iedereen gewonnen en leek zich goed in te werken binnen ons korps. Hij had mijn vertrouwen gewonnen, iets wat in het begin zo moeilijk leek. Waarom deed hij dit? Was het mijn fout? Had ik, net zoals bij Hans, de verkeerde beslissingen gemaakt waardoor hij gevaarlijke stappen in het leven zette? De chef had ons vermeld dat, de man die ons van de drugshandel is komen vertellen, vannacht op het kantoor zat om een moord aan te geven die in diezelfde bende is gebeurd. Zo liep Eric nog meer gevaar, al kon het ook zijn dat hij de dader was.
Ik kon het maar niet begrijpen. Hij was één van ons. Hij heeft gezworen om zich aan de wet te houden, om burgers te straffen die dat niet deden. Wat was er in godsnaam misgelopen?
JE LEEST
Forbidden love
General FictionWanneer Hij en Zij elkaar weer tegenkomen en ook moeten samenwerken, komen ze snel tot het besef dat ze hun verleden nooit hebben afgesloten en dat misschien ook nooit meer kunnen. Ze doen er alles aan om hun huidige levenssituatie onveranderd te la...