16

45 2 1
                                    

We hadden de beelden keer, na keer, na keer gekeken. Koen had dat gedaan om aanwijzingen te zoeken, ik omdat ik wou weten waarom Eric dit had gedaan. Hij was zo koelbloedig en zorgvuldig te werk gegaan, alsof het hem helemaal niets deed dat hij de levens van twee andere mannen had afgenomen. 

Ik had regelmatig mijn tranen moeten verbergen voor Koen. Ik had het echt niet kunnen geloven. Was er iets of iemand in zijn leven gekomen dat hem zover had gedreven? Was hij altijd zo geweest zonder dat ik het wist? Of was hij gewoon het noorden kwijt en wist hij niet wat hij deed?

Het was allemaal zo onbeschrijflijk lastig en verwarrend. Op geen enkele vraag hadden we zelf kunnen antwoorden, zelfs geen vermoeden. Meer nog, op elke vraag die we stelden, stelden we er extra bij. Steeds opnieuw, steeds meer. Hoe was het mogelijk dat ik een man zo goed had gekend en tegelijk ook helemaal niet? Was alles dan gelogen? 

"Waarom zou hij alles zo goed uitwerken, tot in de puntjes zodat we niets zouden vinden, maar vergeten dat er camera's zouden kunnen zijn? Hij is toch slimmer dan dat?" Vroeg ik aan Koen die was verschoten van mijn handen die het bureau stevig en luid hadden vastgegrepen. "Brigitte, ik denk echt dat we de chef op de hoogte moeten brengen. We kunnen dit niet blijven achterhouden." Hoe graag ik ook wou weigeren en hem wou overtuigen dat dit niet Eric was, wist ik dat hij gelijk had. Ik had Eric al jaren niet meer gezien en hij kon in al die tijd hard veranderd zijn. Hij kon zoveel meegemaakt hebben dat ervoor heeft gezorgd dat hij zo is geworden, ook al wou mijn binnenste dat helemaal niet geloven. Ik had zacht geknikt en toegegeven dat hij gelijk had, waarna hij meteen het initiatief nam om naar de chef te gaan door recht te staan en mij dwingend aan te kijken.

Met een diepe zucht was ik hem gevolgd en waren we het kantoor van de chef binnengewandeld. Hij keek ons star aan. Alsof hij teleurgesteld was dat we nu pas naar hem gingen om hem iets te vertellen dat hij al eerder moest weten. 

"Chef, we hebben u iets zeer delicaat te vertellen." Hij knikte eenmalig en wachtte geduldig tot één van ons begon te praten.

"We zijn vanmorgen opgeroepen voor een dubbele moord, bij aankomst was er geen lijk te bespeuren, maar kon de uitbater ons wel de beelden bezorgen van het incident." Koen legde de foto's voor hem op zijn bureau en verduidelijkte dat dit foto's waren van de beelden. De chef nam elke foto in de hand, één voor één, en bekeek hen grondig. Zijn ogen scanden in een sneltempo alles dat hij kon zien, waarna hij de papieren terug op zijn bureau gooide en zich achteruit gooide in zijn bureaustoel. 

"Hoe lang weten jullie dit al?" Vroeg hij stug. 

Koen en ik keken elkaar enkele seconden aan. Het had geen zin om nu nog iets te verzwijgen. De chef wist nu dat één van zijn mensen een crimineel was en hij was daar medeverantwoordelijk voor. "Dit incident is vannacht gebeurd en we zijn daar nu al enkele uren mee bezig." Gaf ik toe. De blik in zijn ogen verraadde dat hij wist dat we nog meer te vertellen hadden, dus daar wachtte hij weer geduldig op. "En wat nog?" Vroeg hij, aangezien geen van beiden het woord op zich nam.

"Bij die drugszaak hebben we hem ook gezien. Hij zorgde voor de transport van die drugs, diezelfde dag vertelde u ons dat hij zijn ontslag had ingediend." Zijn ogen verkleinden terwijl hij voorover kwam te zitten en zijn ellenbogen op zijn bureau zette.

"Ik ben er niet mee gediend dat ik dit nu pas weet, Brigitte. Als hij nu al twee mensen heeft vermoord, wie weet tot wat hij dan in staat is. Ik wil dat jullie dat nu direct tot in de puntjes onderzoeken, al moet ge heel zijn huis overhoop halen, maakt mij niet uit. Deze zaak heeft prioriteit!" Ik slikte de krop in mijn keel weg en knikte zacht. Koen was alweer rechtgestaan om het kantoor te verlaten. Ik keek de chef nog even schuldig aan, waarna ik rechtstond en de deurklink vastnam om die achter mij te sluiten. "Brigitte," ik draaide me om en keek de chef weer aan, "je bent mijn beste rechercheur, ik vertrouw erop dat je hem vindt." Ik knikte en wandelde weg. 

Wat had ik in godsnaam gedaan. Als de chef mij niet goed genoeg had gekend, had hij mij misschien wel ontslagen of van de zaak gezet, omdat ik dit had achtergehouden. Al had ik het gevoel gekregen dat hij kon begrijpen waarom ik dat had gedaan. Iedereen wou eerst zelf onderzoeken met wat zijn of haar partner bezig was, alvorens ze anderen erbij zouden betrekken. 

Koen en ik hadden ons weer achter mijn bureau neergezet. Peinzend over wat we konden doen om een stap vooruit te zetten. Het enige waar we bijna zeker van konden zijn was dat beiden zaken met elkaar te maken hadden. Geld en drugs gingen heel vaak gepaard en aangezien Eric op beide plaatsen aanwezig was, zou dat wel iets van een aanleiding kunnen zijn.

"Huiszoekingbevel aanvragen?" Vroeg Koen die ook niet leek te weten wat we anders konden doen. Misschien was Luna wel de persoon geweest die hem op het verkeerde pad had gezet en kon ze zo goed liegen dat ze ons enkele dagen eerder op het verkeerde spoor had kunnen zetten. Misschien had zij toen al geweten waarmee hij bezig was, of was zij zelfs de opdrachtgever. Maar zou Eric daar dan echt op ingaan? 

Ik wist dat hij zich vaak liet doen door anderen, dat hij vaak over zich heen liet lopen, maar als hij iets echt niet wou doen zou hij dat ook nooit doen. Tenzij zijn ouders daarbij betrokken waren, voor hen deed hij alles.

"We moeten ook eens langsgaan bij Eric zijn ouders." Koen keek mij vragend aan. "Gaan we hen dan niet ongerust maken?" Ik schudde hevig mijn hoofd en rolde mijn stoel naar achter.

"Koen, hij heeft twee mensen vermoord. We moeten hem vinden." Hij knikte zacht. Natuurlijk wist hij dat ik gelijk had.

Ik draaide me weer naar de computer en zocht het adres van zijn ouders op, eenmaal ik die had, gebaarde ik Koen dat we meteen zouden vertrekken. Ik keek er enorm tegenop, maar dit moest gebeuren, het was mijn job om dit te doen.

Forbidden loveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu