15

835 31 3
                                    

(Op de foto is Markus en het liedje die erbij is toegevoegd zong Deveny in het vorige hoofdstukje.)

Vandaag is het maandag. We kregen vandaag vrij omdat we gister terugkwamen. Markus was beneden ontbijt aan het maken en ik ging stiekem zijn kamer doorzoeken. Ik kwam in een la sigaretten tegen en in zijn prullenbak lag een pakje. Rookt hij? De deur ging op en ik ging snel aan zijn bureaustoel zitten.

Ik at me broodje op en vroeg toen voorzichtig: 'Rook je?' 'Hoe weet jij dat?' siste hij. 'Je prullenbak.' zei ik zacht. Hij liep naar de prullenbak. 'Waarom kijk je daarin?' 'waarom niet? Beet ik hem toe. 'Ja ik rook zo nu en dan maar om een reden.' 'wat voor reden?' vroeg ik voorzichtig. 'Gewoon als ik weer bericht krijg dat Marco en zijn Squad weer iets afbranden van me pa dan heb ik afleiding nodig. Anders ga ik naar Marco toe en dan weet ik zeker dat ik dood ga.' 'Ze branden jullie gebouwen enzo plat?' 'Ja wat denk je dan dat ze er een cadeautje brengen?' 'Doe niet zo opgefokt. En roken is slecht voor je.' 'Dus bemoei je met jezelf ofzo, ga jij maar lekker verder met je leventje.' 'Hou je bek! Je weet dat ik dat niet kan, want dan ben ik van Marco.' ik stond op en sloeg de deur achter me dicht. Ik ging op de bovenste tree van de trap zitten. Markus liep langs me naar beneden. Hij was boos en ja dus? Ik ook. Ik liep terug naar zijn kamer, pakte het pakje sigaretten en smeed het uit het raam. Ik pakte me koffer en me tas en trok me schoenen en jas aan. Liever home alone dan bij een arrogante zak. En ja ik weet dat ik niet mocht rondsnuipen maar hij hoeft niet zo gemeen te reageren. Ik trok de deur achter me dicht en liep over straat. Ik hoorde een auto starten. Zal Markus wel weer wezen. Ik liep door en inderdaad Markus stopte zijn auto voor me zodat ik niet verder kon lopen. 'Stap in en ga mee terug.' ik negeerde het en liep om de auto heen. 'Jij zat verkeerd!' riep hij, 'jij snuipt rond.' 'Jij reageert gemeen!' beet ik hem toe. Er rolde een traan over me wang. Ik kon nauwelijks iets. Me ouders en broer zijn weg en thuis ben ik niet veilig, Markus is boos op mij. 'Niet weer gaan huilen.' zei hij. Ik liep naar hem toe en gaf hem een knuffel. 'Het spijt me. Maar roken is slecht en ik wil niet dat je vroeg dood gaat.' 'Dat valt wel mee hoor.' lacht hij. Ik stap in en dump de koffer en tas naast me. 'Ook sorry van mij dat ik gemeen deed.' 'Was mijn schuld.' zei ik. 'Waarom maken we zoveel ruzie?' vroeg ik. 'Weet ik niet we lijken we een oud stel.' zei hij. 'We zijn niet eens een koppel.' zei ik. 'Weet ik , zou je dat willen?' vroeg hij. Ik haalde me schouders op en zuchtte, 'ik weet het niet we maken vaak ruzie.' zei ik. 'En als we proberen minder te ruziën?' vroeg hij. Markus parkeerde de auto. 'Dan kunnen we het proberen.' zei ik. 'Echt?' zei hij vrolijk. 'Ja toch?' zei ik. 'Oké, Deveny, wil je mijn meisje worden?' vroeg hij lachend. Ik moest nu ook lachen, gaf een knuffel en fluisterde in zijn oor: 'Ja'

This is so badWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu