15

464 29 4
                                    

Jc sleurde me uit de auto en sloot de deur op een geheimzinnige manier. Ik werd er bijna bang van. ‘Oke, ik ga je nu iets laten zien en je moet me beloven het aan niemand te vertellen.’ Ik staarde hem met grote ogen aan en knikte langzaam. ‘Dat beloof ik.’ Fluisterde ik zacht. ‘Oke volg mij.’

Ik volgde hem naar een donkere gang. Het was er vrij stoffig en de muren waren grijs. Plotseling bleef hij voor een oude deur staan, met veel gekraak ging het ding open en verscheen er een lange eindeloze trap. Ik staarde naar de duisternis en keek Jc even vragend aan. ‘Moeten we daar heen.’ Zei ik angstig wijzend naar het diepe donkere gat. Jc grijnsde breed. ‘Wacht even.’ Hij liet me achter in het donker en ik stond met knikkende knieën voor de opening.

Een fel licht scheen in mijn ogen, Jc kwam het hoekje om met een grote zaklamp. Ik slaakte een zucht van opluchting en vroeg me vervolgens af waarom we in hemelsnaam naar beneden moesten.

Elke tree kraakte luid en ik zag een aantal spinnen langzaam over de muren klimmen, het tikken van de pootjes en het kraken van de trap gaf me nou niet bepaald een huiselijk gevoel. Ik klampte me vast aan Jc’s arm en beefde. ‘Calm, er gebeurt niks.’ Hij scheen in mijn gezicht en schoot in de lach door mijn angstige gezichtsuitdrukking.

Nadat we de eindeloze trap beklommen hadden stopte hij even, hij graaide in zijn achterzak en haalde er een klein sleuteltje uit. Ergens achter in de gang zag ik een glinsterend ding. Langzaam liep hij erheen, het was een grote glazen bak die aan de muur hing. ‘We zijn er bijna.’ Zei hij op een rustgevende toon. Hij stak de sleutel in het kistje en haalde er weer een grotere sleutel uit. De kist ging piepend open en stof belandde in mijn gezicht. Ik begon luidruchtig te proesten en zwaaide wild met mijn armen in het rond. De sleutel die hij eruit haalde was groot en glimmend en schitterde in het licht van de zaklamp.

Even leek het alsof hij niet meer wist wat hij moest doen, hij keek bedenkelijk rond en liep uiteindelijk rechtdoor. Ik liep vlak achter hem en keek hem even rustig aan. ‘Waarom helemaal hierheen?’ Die vraag brandde nou al een hele tijd op mijn tong. ‘Wil je echt weten wat er met Kian is gebeurt?’ Zonder enige twijfel knikte ik en er ontstond een brok in mijn keel toen ik zijn naam weer hoorde. ‘Volg me dan gewoon. Hij bleef staan voor een grote witte deur en stak de grote sleutel in het sleutelgat. De deur ging half open en we liepen naar binnen.

We kwamen in een grote kamer vol met boekenkasten en tafels. Een paar kaarsen schemerde in de duisternis en gaf de kamer een spookeffect. ‘Staan die kaarsen altijd aan?’ Waarom vroeg ik altijd van die stomme vragen. Ik bedoel maar te zeggen, een doodnormale tiener heeft een geheime kamer in zijn huis en het enige wat ik kan vragen is of de kaarsen altijd aanstaan. Toen Jc geen antwoord gaf besloot ik er maar niet verder op in te gaan.

‘Oke we zoeken hem op op het internet.’ Hij haalde een boek uit de kast en de kast draaide plotseling om. Er ontstond een soort deur en ik moest meteen denken aan van die films waar dit ook altijd in gebeurt. ‘We zijn er, het enige wat we moeten doen is uitzoeken wat er met je vriendje gebeurt is en of hij nog in leven is.’ Ik knikte instemmend en ging naast JC achter de computer zitten. Hij typte een soort van code in en er verschenen duizenden cijfertjes op het scherm. Hij pakte een bril zette het op. Het zag er vreselijk schattig uit. ‘Oke als ik op deze knop druk krijgen we informatie van alle mogelijke mensen in jou stad. Hij klikte op enter en er verschenen verschillende plaatjes van mensen op het scherm. Een paar herkende ik er wel, andere had ik nog nooit gezien. Plotseling herkende ik hem, KIAN. ‘Dat is Kian.’ Ik staarde naar het scherm en verlangde nu vreselijk naar hem. Mijn ogen vulde zich langzaam met tranen toen ik het brijschrift las.

Kian L. zeventien jaar.

 

Kian lawley was gisteren een tijdje spoorloos verdwenen. Veschillende agenten hebben het hele bos afgezocht waar hij volgens bepaalde mensen gezien moest zijn. Na een lange tijd zoeken vonden we een jong tiener lichaam aan de rand van de rivier. Gezicht was niet meer goed herkenbaar, maar volgens bronnen is er een grote kans dat deze persoon de Kian Lawley is.

troubleWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu