Hoofdstuk 13

28 3 5
                                    

Fay POV

"Ik heb honger," kreun ik wanneer mijn ogen gericht zijn op het plafond. Ik zit op een de matjes midden in de gymzaal. Ik merk dat Harry alweer zichzelf aan het uitsloven is door buikspieroefeningen te doen. Niet dat ik het erg vind. Hij doet het meestal zonder shirt waardoor ik zijn spieren aanbid.

"Ik zie je kijken," grinnikt Harry. Shit, als je iemand zoekt die iets kan doen zonder dat andere mensen het door hebben, zoals een detective kan je mij beter niet inschakelen.

"Harry, ik keek heel even in jouw richting." Zeg ik. Mijn hoofd wordt knalrood. Hetzelfde geld als een actrice, mij kan je daarvoor ook beter niet voor inhuren.

Harry begint te lachen. "Fay, je kunt het gewoon toegeven." Ik rol met mijn ogen. Ik ga helemaal niks aan hem toe geven. Straks worden we bevrijdt en zie ik die kerel nooit meer. Tenminste, dat hoop ik. Ik kan niet ontkennen dat ik gevoelens voor hem begin te krijgen, maar hij.. Harry is anders. Hij gebruikt meisjes voor een avond en er is geen weg dat hij met ze een relatie gaat beginnen.

"Zouden ze ons al missen?" Vraag ik hardop. Dit doe ik om van onderwerp te veranderen maar ook omdat ik zou willen weten wie hem als eerste zou missen.

"Nee, mijn kamergenoten niet, denk ik. Bij jou iemand?" Hij reageert nu kalm. Niet zo pedoachtig alsof hij iets van mij wilt.

"Tyler en Madelon zijn allebei vakantie aan het vieren. En Rosa, die zou ze niet druk maken om mij." Zeg ik eerlijk. Rosa zou eerder haar eigen problemen oplossen. Ik zou er bijvoorbeeld niet raar van op kijken dat ze Maddie stalkt en haar een klap verkoopt. Of dat hij opeens weer terug is bij zijn ex waar Harry bij woont. "Dus we zitten hier nog wel even."

"Ja."

"Ik heb honger, straks zitten we hier nu al een paar weken en zitten we nu in de fase waarin we uitdrogen en doodgaan." Mijn fantasie komt op gang. We hebben geen drinken én eten meer en ik sta er versteld van als we levend hieruit komen.

"We overleven het, Fay. Ik heb er alle vertrouwen in." Zegt Harry sarcastisch. "Je bent echt een dramaqueen."

"That's my second name," zeg ik in een arrogante toon. Harry rolt met zijn ogen.

"Maar je leest zelf wel John Green boeken?" Vraag ik hem nog een keer. Ik wil gewoon eerlijk antwoord van hem hebben.

"Nee." Zegt hij. Ik blijf hem aankijken in de hoop dat hij eerlijk tegen mij is. "Oke, ja. Maar dit ga je aan niemand anders vertellen? Oke?" Ik begin te grinniken maar mijn reactie veranderd wanneer hij naar mij toe komt en met zijn hand in mijn bovenarm knijpt. "Ik meen het."

"Laat los!" Gil ik. Ik kijk in zijn ogen en het lijkt alsof deze nu iets donker zijn geworden. Niet dat dat zou kunnen. Maar het lijkt alsof het zo is. "Het maakt niets uit hoor, John Green is een held."

"Ja maar ik hoor het niet te lezen," zegt Harry snel.

"Iedereen hoort het te lezen, zijn boeken zijn geweldig." Vertel ik hem. En het is zo, er waren al talloze discussies dat jongens de boeken van John niet mogen lezen omdat ze dan gelijk als 'homo' worden uitgemaakt. Het slaat serieus nergens op.

"Klopt." Zegt hij. Deze serieuze kant van Harry komt zelden voor en volgens mij is het ook raar dat ik het nu tegen kom. "Wat zijn we wanneer we hier uitkomen?"

"Ik ben Fay en jij bent Harry." Zeg ik droog.

Harry loopt terug naar zijn eigen matje en gaat hier weer op zitten. Ik snap hoe hij de vraag bedoelt. Of we nu misschien vrienden kunnen zijn. Ik wil best wel vrienden met hem zijn maar ik denk niet dat dat kan. Ik weet zeker dat ik hem nooit als een vriend zou gaan kunnen zien. Liever ontken ik het, en wil ik niet dat dit waar is.. Maar ik voel wat voor Harry en daarom weet ik ook dat we zeker geen vrienden kunnen worden. Nu niet, maar misschien later wel.

Tyler POV

"Sorry, Tyler maar je bent echt gestoord. Er zit niemand in de kelder en ik denk dat je j-" Mijn hand bal ik tot een vuist en ik sla zo hard als ik kan tegen de tafel aan waar ik tegen aan leun. Ik zie dat de man geschrokken zijn lunch neerlegt.

"Luister eens meneertje." Begin ik boos. "Ik heb drie uur gereden om mijn beste vriendin te bevrijden die in de kelder zit. Ik weet dat ze erin zit. Ik ben niet aan het doordraaien en het enige wat JIJ hoeft te doen is die verdomde sleutel te pakken en naar beneden te lopen om ze te bevrijden. Desnoods doe ik het!" Schreeuw ik naar de man.

Het lijkt erop dat de boodschap bij hem binnen is gekomen. Hij deinst achteruit en pakt meteen de sleutel. "I-Ik loop wel mee." Stottert de man. "Maar als ze er niet in zit dan vervloek ik jou omdat ik niet fatsoenlijk kan lunchen."

"En als ze er wel in zit vervloek ik jou omdat je niet gecontroleerd heb. Dan weet je wel zeker dat je naar je baan en je geliefde lunchpauzes kan zwaaien." Snauw ik tegen hem. Soms kunnen mensen mij echt boos maken en dan ben ik dus ook écht boos.

We komen aan bij een trap, we lopen hier naar beneden en komen terecht bij een deur. De man steekt zijn slot er in en ik kijk om mij heen. Ik zie helemaal niemand.

"Ik zei het toch? Je verspilt mijn tijd, en mijn lunchtijd." Ik kijk nog even om mij heen. Ik hoor zelfs niemand. De kans dat ze hier nu is is klein.

Lost {NIET AF}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu